Woede in Boedapest om controversiële wetten Orbán

14 december 2018Leestijd: 5 minuten
Protesten bij Hongaars parlement in Boedapest. Foto: EPA.

Enkele duizenden Hongaren gingen donderdag opnieuw de straat op. Dit keer omdat het parlement in Boedapest woensdagavond de omstreden ‘slavenwet’ van premier Viktor Orbán heeft aangenomen. Het is niet de eerste wet die deze maand tot woede in de Hongaarse hoofdstad heeft geleid.

Volgens de wet mogen werkgevers vanaf volgend jaar hun werknemers vierhonderd uur per jaar laten overwerken. Die overuren hoeven pas na drie jaar te worden uitbetaald. Tot nu toe mochten werkgevers werknemers 250 uur per jaar laten overwerken.

De demonstranten, die zich met Europese Unie-vlaggen verzamelden bij het zwaarbewaakte parlementsgebouw, riepen ‘verraders’ en ‘Orbán, loop naar de hel’. Sommige betogers gooiden met voorwerpen naar de politie, die daarop met pepperspray spoot.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

De demonstranten gingen de zaterdag voorafgaand aan de stemming in het parlement over de ‘slavenwet’ ook al de straat op. Maandag en dinsdag blokkeerden de vakbonden wegen in het hele land. Na Kerst willen de bonden staken.

De regering van Orbán verdedigde haar plannen door te zeggen dat ze gunstig zijn voor zowel werknemers als bedrijven die met een werknemerstekort kampen. ‘We moeten bureaucratische regels zo veel mogelijk afschaffen, zodat zij die meer willen werken en verdienen dat kunnen,’ zei de premier dinsdag.

Oppositie kritisch op wet voor nieuw rechtssysteem

Deze week nam het Hongaarse parlement – waarin Orbáns partij Fidesz een tweederde meerderheid heeft – ook een wet aan voor het opzetten van een nieuwe administratieve rechtbank, een rechtbank die zich met bestuursrechtelijke zaken bezighoudt en die onder direct toezicht komt te staan van de (partijloze) minister van Justitie László Trócsányi. Woensdag stemde een meerderheid van de 199 parlementsleden in met de wet, waarmee een nieuwe rechtbank en een nieuw hooggerechtshof in het leven worden geroepen. De rechters gaan zich onder meer richten op kwesties als verkiezingen, belastingen, corruptiezaken en politiegeweld, schrijft het Amerikaanse persbureau Bloomberg.

Jelte Wiersma: Hup Sargentini! Onderzoek na Hongarije ook dubieuze praktijken in andere EU-landen

In september stemde het Europees Parlement in met sancties tegen Hongarije. In het ernstigste geval kan het land daarbij zijn stemrecht in de Europese Unie kwijtraken. Het Parlement volgde daarmee de conclusies uit een rapport van europarlementariër Judith Sargentini (GroenLinks). Zij meldde in april dat de regering van premier Viktor Orbán al sinds 2010 maatregelen treft die de rechtsstaat en democratie uithollen. Volgens haar worden de onafhankelijke media en academische wereld beknot, hulporganisaties gedwarsboomd en onafhankelijke rechters vervangen door ‘vriendjes’ van de regering.

Oppositiepartijen hekelen de wet, omdat ze vrezen voor politieke invloed op de rechtspraak in Hongarije. Dit omdat de minister van Justitie verantwoordelijk wordt voor de benoeming van de rechters. Daarom probeerden de leiders van de oppositiepartijen de stemming in het parlement te verstoren door te fluiten en te joelen.

Justitieminister Trócsányi bezwoer dat hij ‘het principe van rechterlijke onafhankelijkheid en de scheiding der machten’ zal respecteren, maar dat hij tegelijkertijd ‘meer politieke verantwoordelijkheid’ moet nemen voor de administratieve rechtbank. Zo kan de rechtspraak volgens hem effectiever verlopen. Op verzoek van de Hongaarse regering gaat de commissie van Venetië – een onderdeel van de Raad van Europa die advies geeft over constitutioneel recht – haar mening geven over de hervorming van het rechtssysteem, die in 2020 officieel zou moeten worden.

‘Soros-universiteit’ verhuist naar Wenen na ‘haatcampagne’ Orbán

Een andere Hongaarse kwestie die veel stof doet opwaaien, is het vertrek uit Boedapest van de Central European University (CEU), ook wel de ‘Soros-universiteit’ genoemd. De universiteit, opgericht door de Amerikaanse miljardair van Joods-Hongaarse afkomst George Soros, kondigde vorige week op haar website aan te gaan verhuizen. Het merendeel van haar activiteiten wordt verplaatst naar de Oostenrijkse hoofdstad Wenen. Het vertrek van de universiteit is een gevolg van een wet die Hongarije vorig jaar heeft aangenomen en bepaalt dat universiteiten zich alleen in Hongarije mogen vestigen als ze ook een vestiging hebben in het thuisland. Hoewel de CEU een nevenvestiging opende in New York, moet de universiteit in Boedapest toch worden gesloten.

Geert WildersWilders ontmoet ‘held’ Orbán: ‘Hij is een voorbeeld voor EU-leiders’

De CEU spreekt van een ‘haatcampagne’ van premier Orbán, waartegen de Verenigde Staten en de Europese Unie te weinig zouden hebben gedaan. Volgens Orbán wil Soros, die met zijn Open Society Foundation progressieve non-gouvernementele organisaties steunt om de wereld ‘opener’, liberaler en multicultureler te maken, de oorspronkelijke Hongaarse bevolking ‘vervangen’ door migranten. ‘We hebben een tegenstander die anders is dan wij,’ zei Orbán tijdens zijn verkiezingscampagne. ‘Hij werkt niet met open vizier, maar in het geniep. Hij is niet eerlijk, maar bedriegt, hij is niet nationaal, maar een kosmopoliet. Hij gelooft niet in werken, maar speculeert met geld. Hij heeft geen vaderland, omdat hij denkt dat de hele wereld van hem is.’

Rutte: kabinet betreurt vertrek van de universiteit

De Nederlandse Tweede Kamer debatteerde deze week over het vertrek van de CEU uit Boedapest. Premier Mark Rutte (VVD) is bezorgd over de gedwongen verhuizing van de universiteit: ‘Het Nederlands kabinet betreurt zeer wat er gebeurt met de Central European University. Het is ernstig dat zij Boedapest gaat verlaten. Het is een belangrijke speler in het academische landschap in Hongarije en vandaaruit in heel Centraal-Europa,’ aldus Rutte. Ook D66-Kamerlid Kees Verhoeven noemde het vertrek van de CEU ‘problematisch’ en vindt dat met ‘het schenden van de academische vrijheid (…) een steunpilaar van de vrije samenleving’ wordt geschonden.

Lees ook dit portret van Viktor Orbán, beschermengel van het christendom