Op bezoek bij Frank de Boer in Atlanta: ‘Voetbal wint hier aan populariteit’

09 mei 2019Leestijd: 2 minuten
Foto: EPA

Oud-topvoetballer Frank de Boer verbaasde velen eind 2018 toen hij bekendmaakte hoofdtrainer te worden van Atlanta United FC. Hoe vergaat het hem in de Verenigde Staten? Elsevier Weekblad zocht hem op.

Terwijl de spelers van Atlanta United FC een warming-up doen op het trainingscomplex van de voetbalclub, op een half uur rijden ten noorden van de hoofdstad van de staat Georgia, trapt Frank de Boer een balletje. Van 20 meter afstand probeert hij op de lat te schieten. De lat galmt verscheidene keren. De Boer, zongebruind en afgetraind, grijnst elke keer. Waar hij ook mee bezig is, hij moet winnen.

Voetbal in Amerika

Een stap terug wil De Boer zijn avontuur – na mislukte periodes bij Inter Milaan en Crystal Palace – liever niet noemen, ondanks de reputatie van de MLS als een tweederangscompetitie. Atlanta United FC speelt pas drie jaar mee in de MLS, maar won vorig jaar al voor het eerst de titel. Geld is geen probleem voor de clubeigenaar, multimiljardair Arthur Blank, onder meer medeoprichter van de Amerikaanse bouwketen The Home ­Depot.

VlogVoetbal wint snel aan populariteit in Amerika – met de club in Atlanta als lichtend voorbeeld.

Het trainingscomplex kostte bijvoorbeeld omgerekend 53 miljoen euro. Het stadion, een futuristisch ogende kolos in het centrum van de stad, noemt De Boer ‘het mooiste wat ik in mijn carrière heb gezien’. Er passen 72.000 mensen in en qua bezoekersaantallen staat de club in de wereldtop, tussen teams als Barcelona en Real Madrid.

Wie zegt dat voetbal niet leeft in de Verenigde Staten? ‘Atlanta wil op een Europese club lijken. Ze gaan niet voor veteranen, ze kiezen voor jonge talenten, om die uiteindelijk door te verkopen. En ze zochten naar een trainer die daarvan het gezicht kan zijn. Het gemiddelde niveau in de Amerikaanse competitie is vergelijkbaar met de subtop van de Eredivisie, met een club als AZ. Ons team heeft enkele spelers die makkelijk het niveau Ajax aankunnen. ­Makkelijk.’