Het gelijk van ‘boerenkinkel’ George W. Bush

Over zijn (gebrek aan) verbaal talent werd altijd lacherig gedaan. En nog altijd duiken fragmentjes op van een zich versprekende George W. Bush. Dat hij met een zuidelijk Amerikaans accent spreekt, helpt ook niet. In de ogen van hoogopgeleide Amerikanen wordt het platteland van Texas, waar Bush zijn ranch heeft, louter bevolkt door rednecks – boerenkinkels. Bush was ook nog eens een Republikeinse president (2001-2009). Dat deze man het soms ook bij het juiste eind had, ging er dus bij velen niet in.

De Amerikanen beloofden Al-Qa’ida ‘uit hun hol te roken’

Na de aanslagen van 11 september 2001 (9/11) beloofde Bush de Amerikanen de terroristen van Al-Qa’ida ‘uit hun hol te roken’. Hun schuilplaatsen bevonden zich in Afghanistan, waar de volgelingen van Al-Qa’ida-leider Osama bin Laden ongestoord konden trainen, dankzij hun gastheren, de Taliban.

‘De beste manier om Amerika te vrijwaren van terrorisme, is de terroristen te bevechten op de plek waar ze zich verschuilen en hun plannen smeden,’ zei Bush in november 2002. Dat werd in de jaren erna door zijn vele critici smalend de puppy dog theory genoemd: die wat simpele Bush zou denken dat terroristen als kleine hondjes achter de Amerikaanse soldaten zouden aanlopen. Dus als de Amerikanen naar Afghanistan zouden gaan, dan zouden de terroristen daar ook blijven.

Tijdens zijn afscheidsspeech op 15 januari 2009 erkende Bush dat zijn besluiten sinds 9/11 tot hevige discussies hadden geleid en dat dat ook goed was. ‘Maar er kan weinig discussie zijn over de resultaten. Al zeven jaar is er geen aanslag meer geweest in Amerika.’ Bush zei daar overigens niet bij dat er in die zeven jaar wel aanslagen door Al-Qa’ida-sympathisanten waren gepleegd in Europa – denk aan de meervoudige bomaanslagen in Londen en Madrid.