Nederlandse industrie blijft afhankelijk van China

28 november 2022Leestijd: 1 minuut
Een containerschip in de haven Rotterdam. Foto: Peter Hilz/HH/ANP

De Nederlandse industrie is vorig jaar afhankelijker geworden van China. Vooral de telecommunicatiesector kan niet zonder Chinese import. De Nederlandse bedrijven in telecommunicatie ­haalden in 2021 zo’n 26 procent van hun import uit China. In 2015 was dat nog 14 procent.

In 2021 importeerde Nederland voor 48 miljard euro aan goederen uit China. Tweederde daarvan verlaat Nederland ­overigens weer in onbewerkte staat. In 2020 was de totale import nog 39,6 miljard euro.

Daarmee is bijna eentiende van alle Nederlandse import van goederen afkomstig uit China. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek naar aanleiding van een gezamenlijke studie met het Centraal Planbureau over de economische verbondenheid met China.

Alleen uit Duitsland kwamen meer goederen

Nederland importeert relatief veel hightechproducten uit China, zoals computers, laptops en mobiele telefoons. De invoer uit China groeide sinds 2015 gemiddeld met 8,7 procent per jaar, terwijl de goede­reninvoer jaarlijks met gemiddeld 5,5 procent toenam. Dat betekent dat China steeds belangrijker is geworden voor de ­Nederlandse economie.

Was in 2015 het aandeel van China in de goedereninvoer nog 8,2 procent, in 2021 was dat toegenomen tot 9,9 procent. In 1990 kwam niet meer dan 0,6 procent van de ingevoerde goederen uit China. Alleen uit Duitsland kwamen in 2021 meer goederen dan uit China.

Lees ook hoe de argeloze EU zich uitlevert aan het Rijk van Xi Jinping: Hoe Europa nog altijd rode loper uitrolt voor China