De ondergang en renaissance van het Europees buitenlandbeleid

09 maart 2022Leestijd: 4 minuten
Op verzoek van de NAVO is Defensie activiteiten aan het ontplooien om de paraatheid te verhogen, de zichtbaarheid te vergroten en de reactietijden te verlagen vanwege de oorlog in Oekraine. Foto: Sander Koning/ANP

De Russische invasie in Oekraïne is een wake-upcall die het hart van de Europese visie op het buitenland raakt en diepliggende veronderstellingen in twijfel trekt. Waar de oude pilaren afbrokkelen, zal ruimte zijn voor een renaissance van het Europese buitenlandbeleid, schrijft datawetenschapper en geopolitiek analist Paul Verhagen op EW Podium.

Paul Verhagen (1991) is datawetenschapper en geopolitiek analist bij The Hague Centre for Strategic Studies, waar hij onderzoek doet naar nieuwe technologieën,

zoals kunstmatige intelligentie.

Samen met zijn vader Frans Verhagen schreef hij het boek Het Amerikaanse presidentschap (2020).

EW Podium publiceert opinies van jonge schrijvers, die vanuit eigen onderzoek, expertise of werkervaring bijdragen aan het debat. Plaatsing hoeft geen redactionele instemming te betekenen.

De twee pilaren van het Europese buitenlandbeleid sinds de Koude Oorlog zijn pacifisme en economische verwevenheid. Beide vormen al decennia de kern van hoe Europa tegen de wereld aankijkt. Europa gebruikt geen hard power (pacifisme), fixeert op soft power (idealisme) en economie moet vooral via de marktwerking gaan (neoliberalisme).

Dit wereldbeeld is in de loop van een week verbrijzeld en daarmee is een nieuw paradigma voor Europa aangebroken. Lang gekoesterde principes op zowel links als rechts komen keihard in aanvaring met de realiteit.

Idealen bieden weinig dekking tegen kogels

Voor links is dat de postmoderne visie op wapens en defensie. Echt idealisme betekent dat de notie van geweld niet past in de moderne wereld, en dat bestedingen aan defensie verspild geld zijn. Oorlogsvoering en geweld als machtsmiddel behoren tot de twintigste eeuw, zijn niet van de dag van vandaag. Uit Oekraïne blijkt echter dat idealen weinig dekking bieden tegen kogels, en dat de verdediging van die idealen niet alleen woorden, maar ook wapens vereist. Je mag dan zelf nog zo postmodern zijn, een Russische tank gaat en staat waar Poetin wil.

Lees ook het omslagverhaal van Hans Crooijmans: Poetins pad naar oorlog

Bij politiek rechts, dat economische belangen ziet als de fundering van de wereldorde, is het ook even slikken. Hun veronderstelling dat economische verstrengelingen en vrijhandel oorlogvoering ondenkbaar maken, is ook verworpen. Coherente rivalen zoals China en Rusland zijn maar al te blij om economie en handel als wapen te gebruiken in grootmachtcompetitie. Zelfs de Verenigde Staten – historisch de vaandeldrager van neoliberalisme – begint zich aan vrijhandel te onttrekken in de strategische competitie met China. Marktwerking in je buitenlandbeleid betekent uiteindelijk dat je je buitenlandbeleid uitbesteedt aan rivalen.

Weken waarin zich decennia voltrekken

Met het begin van de oorlog in Oekraïne zijn binnen een week stappen gezet die daarvoor ondenkbaar waren. Niet alleen is de EU eensgezind, maar beginnen landen de NAVO-norm van 2 procent defensiebesteding serieus te nemen, met über-pacifistisch Duitsland aan de leiding. Vergaande economische sancties zijn aangenomen die een serieuze inslag zullen hebben op de Europese economie, en ook is het boegbeeld van veiligheid door economische verwevenheid – de Nord Stream 2-pijpleiding – opgedoekt. Hiermee is de breuk met het verleden compleet. De onaantastbare drijfveren van pacifisme en economische verwevenheid zijn niet meer onaantastbaar.

Taiwan

Lees meer over de houding van China ten aanzien van de oorlog in Oekraïne: China heeft Taiwan op de radar, maar sein is nog rood

Dit zal verregaande gevolgen hebben voor Europa, en niet alleen op defensiegebied. Een serieuze revaluatie van Europa’s rol in de wereld, een besef van hoe machtig Europa kan zijn als zij eensgezind is en een kritischere houding met betrekking tot vrijhandel zullen Europa tot in de kern veranderen. Men hoeft niet ver de toekomst in te staren om te zien hoe klimaatverandering, de opkomst van kunstmatige intelligentie, de Amerikaans-Chinese rivaliteit, en de volgende pandemie Europa zullen dwingen tot nog veel meer moeilijke keuzes.

De mogelijke renaissance van een krachtig Europees buitenlandbeleid

Met het losweken van pacifisme en vrijhandel zullen beleidsopties die vooralsnog onuitspreekbaar waren een reële mogelijkheid worden. Van een harde buitengrens voor Europa tot Europees industrieel beleid, van buitenlandbeleid dat enkel bij de EU ligt, tot een volwaardige EU-pijler binnen de NAVO – veel is denkbaar. Beleidstrajecten die al jaren muurvast zitten, zien er in een nieuw daglicht ineens heel anders uit, en op stapels dossiers is plotseling vooruitgang mogelijk. Daarmee is het paradigma van na de Koude Oorlog, dat over het afgelopen decennium al begon te wankelen, definitief afgesloten.

Lees meer over de oorlog: Russische Z als nieuwe swastika

De gehele moderne internationale orde was gericht op het voorkomen van een landoorlog in Europa. Nu dat scenario zich ondanks alles toch heeft voltrokken, rest niets anders dan een herschepping van de wereldorde. Het heeft dertig jaar geduurd en wat gaat volgen, is zeer de vraag, maar Europa heeft zowel de noodzaak als de bewegingsruimte om zich te ontpoppen tot een volwaardige geopolitieke wereldspeler.