Europa, stop met zon- en windobsessie en omarm net als China kernenergie

29 augustus 2019Leestijd: 9 minuten
Chinezen bezoeken tentoonstelling over kernenergie in Peking. Foto: EPA.

Nieuwe economieën, China voorop, omarmen kernenergie, terwijl het Westen krampachtig zijn hoop vestigt op zonnepanelen en windmolens. Energiedeskundige André Wakker ziet het bezorgd aan en pleit voor een radicale koerswijziging: bouw tien kerncentrales en de energietransitie is grotendeels gefikst.

Vorig jaar rond deze tijd was de World Nuclear Exhibition in Parijs, de tweejaarlijkse beurs van de nucleaire industrie. Iedereen is er. Mijn interesse ging vooral uit naar het Chinese paviljoen. China, met 20 procent van de mondiale energieconsumptie nu al ’s werelds grootste energiegebruiker, koppelt elk jaar tien nieuwe kerncentrales aan het elektriciteitsnet. Volgend jaar heeft China evenveel kerncentrales in bedrijf als Frankrijk. Rond 2025 zal het de Verenigde Staten als grootste kernenergieland ter wereld passeren.

Verfrissend, dat rotsvaste geloof in de kracht van nucleaire technologie

Dr.ir. André Wakker (1958) is zelfstandig ondernemer. Voorheen werkte hij bij het ECN, zijn nucleaire dochter NRG, en bij Shell.

Verrassend was het rotsvaste geloof in de kracht van nucleaire technologie, dat in supersonische hyperbolen van het paviljoen afspatte. Power! Prosperity! Progress! Planet! Het enthousiasme van het personeel was overweldigend, evenals hun feitenkennis. Een verademing vergeleken met alle krampachtigheid rond kernenergie in Nederland.

In mijn geboortejaar, 1958, was 98 procent van de mondiale energiemix nog ‘vies’. Dat wil zeggen: olie, kolen en gas voor de productie van elektriciteit, warmte,  transportbrandstoffen en plastics in de rijkere landen, plus allerlei verbranding van primitieve biomassa in de allerarmste landen. De 2 procent schone energie kwam uit waterkrachtcentrales.

Terwijl het mondiale energiegebruik meer dan verdubbelde, steeg het aandeel schone energie van 2 naar 9 procent in 2000, dankzij de stroom uit 450 kerncentrales, voornamelijk gebouwd in het Westen. Het Atoms for Peace-programma van de Amerikaanse president Dwight Eisenhower (1953-1961) was de aanjager van dit succes, dat in 2005 werd bekroond met de Nobelprijs voor de Vrede voor het Internationaal Atoom Agentschap.

Wie de gezaghebbende World Energy Outlook van het Internationaal Energieagentschap (IEA) bijhoudt, weet dat het al meer dan een decennium bergafwaarts gaat met schone energie. De bouw van nieuwe kerncentrales in het Westen kwam grotendeels tot stilstand, en we omarmden groene energie. Na de sluiting van kerncentrales in Japan en Duitsland daalde het aandeel schone energie naar 7 procent in 2015. Groene energie, voornamelijk uit wind en zon, groeide, maar kon het verlies van zo’n zeventig kerncentrales in de verste verte niet compenseren.

Met een onafgebroken subsidiestroom van 200 miljard dollar per jaar voor groene energie wereldwijd, aangevuld met alle denkbare klimaatmaatregelen, voorspelt het IEA nog steeds maar een schamele 15 procent schone energie in 2040: 6 procent kernenergie, 6 procent groene energie, 3 procent waterkracht. Daar kan misschien nog 2, 3 procent bio-energie bijkomen al naar gelang de toepassing van moderne biomassa daadwerkelijk ‘schoon’ is. Hoe dan ook: dit is geen energietransitie. Dit is een schandalig diepe energiecrisis.

China, India en Rusland bouwen onverschrokken kerncentrales

Om die 6 procent kernenergie in 2040 te halen moeten er netto tweehonderd nieuwe kerncentrales bij komen. Die bouwt China wel, standvastig en onverschrokken. India, Rusland en een paar andere nieuwe economieën zullen er vijftig kerncentrales bijbouwen. Tegelijk komt het einde van de bedrijfsduur van westerse kerncentrales, bij elkaar driehonderd, in zicht. Rond 2030 begint de grote ontmantelingsgolf, zonder dat daar vooralsnog substantiële nieuwbouw tegenover staat, noch in Europa, noch in Amerika. Wat er in de nieuwe wereld bijkomt, gaat er in de oude wereld weer af. Dat is een crisis in het kwadraat.

Lees dit coververhaal terug: Zonder kernenergie lukt het nietCover Elsevier Weekblad editie 45 2018

Behalve klimaatschade hebben fossiele energie en primitieve biomassa inmiddels meer dan een miljoen directe en indirecte doden veroorzaakt, door heel veel ongelukken en door heel veel vieze lucht. De antinucleaire hypocrisie hier in het Westen heb ik dan ook nooit begrepen. Ik begrijp alleen dat de Sierra Club, Greenpeace en WISE er nooit genoeg van krijgen om, georganiseerd en schaamteloos, mensen te hersenspoelen met fabeltjes over straling, afval en proliferatie, en met leugens over de externe gevolgen van twee ongelukken. Zij zien het liefst dat kernenergie voor altijd en eeuwig een onbewoond en onbereikbaar eiland blijft, in een oceaan van onwetendheid. Het zij zo. In 2040 woont driekwart van de wereldbevolking in Azië en Afrika, met navenant energiegebruik. Die hebben heel andere waarden en overtuigingen.

De energiecrisis in Europa is in wezen een cultuurcrisis. Ons geloof in grootschalige technologie en menselijk kunnen is gaandeweg verdrongen door een obsessie met allerlei kleinschaligheid. Dit moet in een behoefte aan ‘de menselijke maat’ voorzien. Huizen en kantoren klimaatneutraal maken met zonnepanelen, warmtepompen en aardwarmte is big business aan het worden. Energiebedrijven springen hier met hun marketing op in. Kijk naar alle reclame voor zonnepanelen en je beseft: dit is alleen nog maar commercie. Eigenaren van zonnepanelen bakkeleien wie er het meest verdient met terugleveren aan het net. De royale salderingsregeling wordt gefinancierd door buren die geen zonnepanelen hebben. Eigenaren voelen zich goed, de maatschappij voelt de pijn, en het levert niets op. Zonnepanelen zijn de heroïne van de energietransitie.

Na ‘groene koers’ Rutte II zegde ik mijn VVD-lidmaatschap op

Zelf was ik was jarenlang lid van de VVD. Ik bracht het tot de partijcommissie economische zaken. Ik stelde een liberaal energiebeleid voor: koop de schone energie die je zelf wilt, groen of nucleair, maakt niet uit. Maar betaal het zelf, alsjeblieft. Zo’n beleid, argumenteerde ik destijds, is goed uitvoerbaar met een producentenverplichting voor schone energie, gekoppeld aan een verhandelbaar systeem van garanties van oorsprong, zonder marktverstoringen door subsidies.

Ik kreeg het er niet door. Energie doe-het-zelven paste perfect in het VVD-frame van de ondernemende burger. Bovendien moest de achterban worden klaargestoomd voor de alliantie met de PvdA, die toen in de maak was. Ruttes favoriete slogan dat windmolens op subsidie draaien, was snel vergeten. Toen het kabinet-Rutte II er inderdaad kwam, inclusief groene koers, heb ik mijn lidmaatschap opgezegd.

Intussen blijft ook Rutte III volhouden dat de energietransitie haalbaar en betaalbaar is met energie uit allerlei kriskras verspreide puntbronnetjes te land, ter zee, op daken, of uit de grond. Alsof je een uitslaande brand kunt blussen met emmertjes water. Windturbines en zonnepanelen worden goedkoper, zeker, maar ze maken het energiesysteem duurder naarmate hun aandeel groeit. Dat voorspelde ik al in 2009, toen ik in NRC Handelsblad op persoonlijke titel over de onhaalbaarheid van groene doelen schreef. Als adviseur voor Balkenende III en IV berekenden we destijds bij het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) dat jaarlijks 3 miljard euro aan subsidie nodig was om in 2020 20 procent groene energie te halen. Dat was toen nog het doel. De subsidieteller staat nu op 1 miljard euro en kijk eens: in Nederland hebben we piepend en krakend 7 procent groene energie gehaald!

Twee kerncentrales leveren evenveel stroom als duizend windmolens

Alle hoop om dat doel van nog eens 14 procent groene energie alsnog te halen, is nu gevestigd op windparken op de Noordzee. Twee moderne kerncentrales daarentegen leveren evenveel stroom als de duizend windmolens waarmee de Noordzee straks vol staat. Windmolens hebben hulp van gas nodig wanneer het niet waait, en moeten elke twintig jaar worden vervangen. De twee kerncentrales staan tachtig jaar en leveren 24/7 stroom. Er zit bovendien maar een fractie in van al het staal en beton dat nodig is voor al die windmolens. Ook het elektriciteitsnet op zee is niet nodig, en energieopslag – mocht Nederland op lange termijn echt van het gas af willen – evenmin. Daarmee wordt een enorme opgave aan batterijrecycling voorkomen. Over duurzaamheid gesproken.

Lees ook de column van Simon Rozendaal: Achter elke windmolen staat een gascentrale 

In 2040 is Europa nog maar goed  voor 10 procent van de mondiale energievraag. De energiemix van de toekomst wordt gecreëerd in Azië. Toch willen de Groenen in Duitsland dat de Atomausstieg een voorbeeld wordt voor de wereld. Hoe wereldvreemd kun je zijn? De Energiewende is gewoon een Alleingang. Overal ter wereld groeit de verstedelijking exponentieel. In 2050 woont 80 procent van de wereldbevolking in stedelijke agglomeraties, of in metropolen. Driekwart van Nederland woont dan in de Randstad. Dat is ideaal voor een centrale energievoorziening met kerncentrales, niet alleen voor stroom. Kerncentrales kunnen prima waterstof maken voor warmte en transport. Ook de restwarmte kan worden benut.

China begrijpt kernenergie inmiddels beter dan Europa

Helaas wil Brussel haar vingers niet branden aan kernenergie. Lidstaten mogen zelf uitmaken of ze bouwen of niet. Maar zolang Brussel zelf de groothandelsprijzen voor elektriciteit kapotmaakt door voorrang en door prijsgaranties verplicht te stellen voor zon en wind, met structurele overcapaciteit tot gevolg, is er hier geen business case voor nieuwe kerncentrales. Die is er wel in China omdat de overheid een groothandelsprijs voor kernenergie vastzet voor de ultralange termijn. China begrijpt kernenergie inmiddels beter dan Europa.

Bestel de speciale editie:

Een koele blik op een verhitte discussie. Over klimaat, CO2, thorium, duurzame energie, batterijen en de noodzaak van gas. U leest het in de spe­ciale editie Nieuwe energie. Deze geïllustreerde uitgave telt 100 pagina’s en kost € 8,95. Bestel Nieuwe energie op shop.elsevierweekblad.nl of bel 085-8888151.

‘Je kunt geld verdienen met de energietransitie,’ hoorde ik VVD-minister Eric Wiebes laatst zeggen. Allicht. Er valt veel te verdienen zolang eindgebruikers er de prijs voor willen betalen. Maar niet alles waar een prijskaartje aan hangt heeft ook waarde. Hoeveel waarde creëer je met een beleid waarmee je de markt vrij baan geeft om een goed functionerend, centraal elektriciteitsnet te vervangen door een kwetsbaar, decentraal, alsmaar fluctuerend puntbronnetjesnet dat afhankelijk is van weer en wind? En hoeveel waarde creëer je met lokale, kleinschalige groene warmtenetten waardoor ons aardgasnet er straks ongebruikt bij ligt, terwijl het nog uitstekend kan worden gebruikt voor het transport van centraal geproduceerd waterstof?

Zonder radicale koerswijziging in Brussel komt hier geen kerncentrale

Omdat groene doelen nog nooit zijn gehaald, houdt het zwaarbevochten Klimaatakkoord alvast ‘de deur open voor kernenergie’. Trap er niet in. Zonder een radicale koerswijziging in Brussel komt er helemaal geen nieuwe kerncentrale in Nederland, en evenmin elders in Europa. De twee nieuwbouwprojecten in Finland en Frankrijk, met een hypermodern maar veel te complex reactorontwerp van de Franse kerncentralebouwer Framatome, zijn geen succes: over het budget heen, overtijd, gedoe met de toezichthouder.

Hier of daar een kerncentrale bouwen, is ook vragen om ellende. Alles draait om kwaliteitscontrole en schaalbaarheid. Creëer eerst een eersteklas toeleveringsketen en bouw dan een grote, pan-Europese vloot. Het reactorvat en de betonfundering zijn cruciaal. Een vaste, competente ploeg van tienduizenden ingenieurs, projectmanagers en bouwers is nodig. De Chinezen begrijpen dat, organiseren dat, voeren het uit, en zijn er nog trots op ook.

Wat niet echt helpt, is dat energiebedrijven die zelf kerncentrales exploiteren ook in groene energie zitten. Winsten consolideren met het groene verdienmodel, dat louter functioneert dankzij subsidies, is lekker makkelijk. En afgeschreven kerncentrales als melkkoe gebruiken zolang het nog kan, maakt aandeelhouders blij. Je moet wel heel visionair zijn, veel moed hebben, of gewoon gek zijn om hier nog een nieuwe kerncentrale te willen bouwen.

Kernenergie kon groot worden omdat elektriciteitsbedrijf Westinghouse en techreus General Electric het Atoms for Peace-programma uitvoerden. In Frankrijk maakte president Charles de Gaulle er een zaak van nationaal belang van. Zijn staatsbedrijf Framatome bouwde in twintig jaar vijftig kerncentrales. Siemens deed hetzelfde in Duitsland, gesteund door een krachtige industriepolitiek. De kerncentrale in Borssele, een Siemenscentrale, was een welkome bijvangst.

Klimaatsceptici houden evenveel van onze planeet als klimaatdrammers

De energietransitie vraagt om voorspelbaarheid, standvastigheid en een geloofwaardige weg voorwaarts tot het einde van de eeuw. Daarom moet de overheid zelf eigenaar worden van die transitie, in plaats van het naar de markt te blijven schuiven. Doorgewinterde energie-experts zouden de energietransitie opnieuw moeten uitvinden op een manier die echt impact heeft. Het groene-energiedoel kan meteen worden vervangen door een ambitieuzer en realistischer schone-energiedoel. Diezelfde experts zouden ook moeten onderzoeken of de privatisering van de energiemarkt wel zo’n goed idee was, juist nu ons hele energiesysteem fossielvrij moet worden gemaakt. Misschien kan de energietransitie onder gezag worden geplaatst van een nieuw op te richten nutsbedrijf. De overheid kan sowieso goedkoper geld lenen dan de markt.

Ik ben ervan overtuigd dat klimaatsceptici evenveel van onze planeet houden als klimaatdrammers. Maar steeds meer mensen voelen aan dat het groene businessmodel opbrengsten privatiseert, lasten socialiseert, en van energie een luxeproduct maakt. Daarom stemmen ze op Geert Wilders, op Thierry Baudet, en op een volgende verlosser zodra die zich aandient. Verlaat de groene puntbronnetjesjungle, en creëer weer een begaanbaar pad voor kernenergie. Ik denk dat onze energietransitie met tien kerncentrales, en energiebesparing, is gefikst. In China lukt dat in één jaar.