‘Baanbrekende’ glyfosaatstudie opnieuw ontkracht: ‘Leidt níet tot conclusie dat glyfosaat kankerverwekkend is’

01 juli 2025
Protest tegen het gebruik van glyfosaat in de landbouw. Beeld: Laurens van Putten/HH/ANP

In dit artikel

De feiten: Glyfosaatstudie levert geen nieuwe inzichten op

Bron: Ctgb, Environmental Health, Zembla

Begin juni publiceerden wetenschappers van het Italiaanse Ramazzini Instituut, King’s College London en Boston College een nieuwe studie. Daarin concluderen zij dat er een verband is tussen de herbicide glyfosaat en het risico op kanker bij ratten.

De studie veroorzaakte meteen veel opschudding.

Onderzoek maakt veel los

Kamerlid Ines Kostić van de Partij voor de Dieren riep minister Femke Wiersma (Landbouw, BBB) op het bestrijdingsmiddel te verbieden.

Tegen televisieprogramma Zembladat onlangs een journalistieke prijs won voor zijn glyfosaatuitzending – zeiden experts dat de bevindingen ‘baanbrekend’ en ‘zorgwekkend’ waren.

Ook NPO Radio 1 sprak van een ‘baanbrekend onderzoek’. De radiopresentator  zei in een uitzending van De Nieuws BV zelfs dat nu ‘voor het eerst onomstotelijk is aangetoond’ dat glyfosaat kankerverwekkend is.

Land- en Tuinbouworganisatie Nederland (LTO) vroeg de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) en het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) om de nieuwe studie met ‘de hoogste prioriteit’ te beoordelen.

Als de resultaten kloppen, wil de LTO een onmiddellijke stop van glyfosaat, schreef Trouw.

Ctgb komt met voorlopige conclusie over ‘kankerverwekkend’ glyfosaat

Het Ctgb heeft de veelbesproken glyfosaatstudie in het tijdschrift Environmental Health nu inderdaad bestudeerd. Daarbij legde het de gegevens in het gepubliceerde artikel naast data uit het uitgebreide stofdossier van glyfosaat van de Europese Unie.

Op basis daarvan stelt het Ctgb vast dat het veelbesproken artikel ‘níet tot de conclusie leidt dat de stof glyfosaat kankerverwekkend is’.

Het College heeft geen toegang tot de ruwe data van het onderzoek: de ongefilterde onderzoeksresultaten. Daarom spreekt het van een voorlopige conclusie.

Het Ctgb hoopt dat de EFSA en het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA) wel toegang tot deze gegevens krijgen, omdat ‘de goedkeuring en classificatie van glyfosaat een Europese aangelegenheid zijn’.

Wie zegt wat over de voorlopige conclusie van het Ctgb over glyfosaat?

Bron: Ctgb, X, ministerie van LVVN
  • ‘De stof glyfosaat is voor de goedkeuringsbeslissing in 2023 op carcinogeniteit beoordeeld op basis van zes studies volgens internationale OECD-richtlijnen in het beoordelingsdossier. […] Het artikel van Panzacchi et al. biedt hierbij geen nieuwe inzichten,’ schrijft het Ctgb op zijn website.
  • ‘Op basis van een zeer omvattend wetenschappelijk dossier met meer dan 2.400 studies concludeert het Ctgb dat glyfosaat veilig kan worden toegepast. Ik neem de conclusies van het Ctgb over en zal op basis hiervan geen aanvullende maatregelen nemen,’ schrijft landbouwminister Femke Wiersma (BBB) in een Kamerbrief.
  • ‘Alle heisa van Zembla – BNNVARA en Humberto Tan om niks. Het Ctgb heeft de studie van het Ramazzini Instituut gecheckt en komt tot de conclusie dat de studie weinig toevoegt aan de al bestaande kennis. Niet geheel verrassend. Eén studie is geen studie in de wetenschap. Het is heel gek dat deze studie onderdeel werd van het publieke debat,’ schrijft wetenschapsjournalist Hidde Boersma op LinkedIn.
  • ‘Wij wachten op het oordeel van de EFSA die de brondata erbij zullen betrekken,’ zegt een woordvoerder van landbouworganisatie LTO tegen EW. Met brondata worden de ongefilterde onderzoeksresultaten bedoeld.
  • ‘Zoals verwacht noteert Ctgb wat ik al eerder aangaf: ons dappere
    Zembla-duo Ton van der Ham en Vincent Harmsen heeft een rammelend onderzoek ten onrechte tot Groot Nieuws verheven,’ schrijft wetenschapsjournalist Maarten Keulemans van de Volkskrant op X.

EW's visie: Onderzoek naar glyfosaat is gepolariseerd

Door: Laurien Onderwater, redacteur Vooruitgangsgeloof

Het Ctgb heeft er goed aan gedaan om de glyfosaatstudie zo snel mogelijk te analyseren. Er was immers veel te doen om de publicatie in het tijdschrift Environmental Health.

Toch was het Ctgb niet snel genoeg, want al snel gingen verschillende nieuwsmedia aan de haal met de conclusie van het onderzoek. Zulke overhaaste berichtgeving, waarbij niet kritisch is gekeken naar de resultaten, werkt misinformatie en wantrouwen in de hand.

Glyfosaat blijkt een gepolariseerd onderwerp

Het is bovendien betreurenswaardig dat glyfosaat zon gevoelig onderwerp is in de wetenschap. Het is zo verschrikkelijk gepolariseerd, zei plantwetenschapper Pieter de Wolf eerder tegen EW.

De Wolf is onderzoeker aan Wageningen University & Research en projectleider van de Boerderij van de Toekomst. Zodra je als wetenschapper nuance aanbrengt, ben je meteen verdacht. Je wordt in een hoek gezet, bijvoorbeeld dat je banden hebt met Big Agro.

Het is goed dat wetenschappers onderzoek blijven doen naar de effecten van blootstelling aan glyfosaat – en andere bestrijdingsmiddelen – en de mogelijke gevolgen voor de gezondheid.

Wetenschap is altijd in beweging en biedt dus geen absolute waarheden, iets wat veel mensen moeilijk kunnen verkroppen. Zeker sinds de coronapandemie.

Maar wetenschappelijk onderzoek is juist gebaat bij twijfel en tegenspraak zo lang als dat nodig is, en niet bij verkettering van wetenschappers. Dat geldt ook voor glyfosaat, hoe controversieel het onderzoeksgebied naar het bestrijdingsmiddel ook is.

Verdere verdieping: Dit zijn de inhoudelijke bezwaren van het Ctgb tegen de glyfosaatstudie

Bron: Ctgb

Het Ctgb heeft het artikel in Environmental Health grondig doorgenomen. Omdat de ruwe data niet beschikbaar zijn, luidt het oordeel dat de betrouwbaarheid van de studie ‘niet goed vast te stellen’ is.

Te oude controledata

Het College geeft enkele inhoudelijke bezwaren. Het eerste is dat de onderzoekers verouderde controledata hebben gebruikt, van andere ratten, waarmee ze hun resultaten vergelijken.

Bij toxicologisch onderzoek, zoals de glyfosaatstudie, worden deze gegevens gebruikt om te beoordelen of het aantal tumoren in een behandelde groep echt uitzonderlijk is.

Vooral bij Sprague-Dawley-ratten, die in dit onderzoek zijn gebruikt, is dit belangrijk omdat ze op latere leeftijd spontaan tumoren kunnen ontwikkelen. Daarom mogen de controledata maximaal vijf jaar oud zijn. De controledata die de onderzoekers in het glyfosaatonderzoek gebruikten, zijn veel ouder: ze dateren uit de periode 1984-2008.

Appels met peren vergelijken

Een ander zwak punt van de studie is dat de onderzoekers verschillende soorten tumoren bij elkaar hebben opgeteld. Dus ook als ze een andere oorzaak of risicofactor hebben dan glyfosaat, zoals bepaalde vormen van leukemie of levertumoren.

Daardoor lijkt het alsof er vaker tumoren voorkomen en ontstaat sneller een statistisch verband tussen glyfosaat en kanker. Maar dat klopt biologisch gezien niet, doordat je appels met peren vergelijkt.

Niet méér tumoren bij hogere dosis

Waar de studie ook rammelt, is dat geen sprake is van een dosis-responsrelatie: bij een hogere dosis glyfosaat ontwikkelden de ratten niet per se méér tumoren, terwijl je dat wel zou verwachten.

In een aantal gevallen ontwikkelden ratten juist tumoren bij de laagste dosis glyfosaat, maar helemaal geen bij de hoogste dosis.

Het Ctgb hamert in het voorlopige rapport erop dat de onderzoekers de ruwe data beschikbaar moeten stellen aan de Europese instanties.

‘Vooralsnog is de betrouwbaarheid van de studie van Panzacchi et al. (2025) niet aanwijsbaar en moet de studie als niet acceptabel worden beschouwd,’ aldus het College.

Verdere verdieping: meer over de glyfosaatstudie