Ingezonden opinie: Progressief Nederland erg laat, kabinet te laks bij kritiek op Iran

21 oktober 2022Leestijd: 5 minuten
Demonstrante tegen het regime van Iran. Foto: AP Photo/Middle East Images, File

Nederland is te laat met steun aan de strijd van de vrouwen in Iran, schrijft Tweede Kamerlid Derk Jan Eppink (JA21) in een ingezonden opinie. Misstanden in het land – in 2021 waren er 333 executies – zijn weggemoffeld, zowel door kabinet als ‘progressieve’ partijen. Bij het kabinet was het Atoomakkoord met Iran een reden tot zwijgen. Bij linkse partijen het argument dat kritiek op Iran ‘islamofoob’ zou zijn. Beide zijn onterecht, zelfs hypocriet.

Derk Jan Eppink (1958) is sinds maart 2021 Tweede Kamerlid voor JA21. Tussen 2019 en 2021 was hij lid van het Europees Parlement. Daarvoor werkte Eppink als journalist voor onder meer NRC Handelsblad en was hij columnist voor EW.

 

Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van EW.

Intussen blijkt hoe gewelddadig Iran is, ook in het buitenland. Klim-atlete Elnaz Rekabi klom in Zuid-Korea zonder hoofddoek en werd meegenomen door leden van de Iraanse ambassade. Haar lot in Iran is nu ongewis. In de Verenigde Staten wordt het leven van journaliste Masih Alinejad bedreigd door agenten van de Iraanse geheime dienst, die meestal als ‘diplomaten’ op de Iraanse ambassade werken. Een lid van de Islamitische Revolutionaire Garde, de moordbrigade van de ayatollahs, beraamde in Washington D.C. een moordaanslag op voormalig veiligheidsadviseur John Bolton.

Nederland veel te lankmoedig na moord Iraanse opposanten

Nederland is veel te lankmoedig met Iraanse ‘diplomaten’, alias geheime agenten. In 2015 en 2017 werden twee Iraanse opposanten in Nederland doodgeschoten, in Almere en Den Haag. De sporen liepen naar de Iraanse ambassade. Nederland zette twee ‘diplomaten’ uit. Dat was alles. De ‘zachte hand’ maakte Iran enkel gulziger.

De Zweedse rood-groene regering spande de kroon toen zij zich in februari 2017 in Teheran presenteerde als de ‘eerste feministische regering ter wereld’. De Zweedse ministers paradeerden langs de Iraanse president Hassan Rohani die in zijn vijfjarige ambtstermijn 3.500 executies liet voltrekken. Rohani overtreft zelfs zijn radicale voorganger, president Mahmoud Ahmadinejad, die in acht jaar 3.327 burgers liet doden. Tussen 2005 en 2015 executeerde Iran ook 73 kinderen.

Kaag bezocht in 2018 president Rohani, mét hoofddoek

Dat weerhield onze toenmalig minister van Buitenlandse Zaken, Sigrid Kaag (D66), er niet van om in 2018 president Rohani te bezoeken. Een minister van Buitenlandse Zaken ontmoet geregeld figuren aan wier handen bloed kleeft. In Iran geldt de hoofddoekplicht en Kaag voldeed eraan door ‘op lichte wijze’ het hoofd te bedekken. Wat is licht? Op de foto leek ze een onderworpene. Niet gaan is ook een optie.

Het kabinet hoopte met een zachte koers Iran te bewegen om het nucleaire akkoord met het Westen (en Rusland, China) te respecteren en geen atoomwapens te maken. Dat geeft Iran recht op vreedzaam gebruik van atoomenergie, niet op kernwapens. Gezien de aard van het regime in Teheran is de westerse houding bijzonder naïef. Voor de ayatollahs is een kernbom een politieke levensverzekering. En voor Israël een dodelijke bedreiging. Iran levert nu drones aan Rusland. Wat krijgt Iran in ruil? Russische hulp bij de vervaardiging van een atoombom?

Feministen en linkse politici zagen kritiek op Iran lang als ‘islamofoob’

Naïviteit inzake Iran wordt ook gevoed vanuit de Nederlandse politiek. Feministische politici en linkse partijen zagen kritiek op de Islamitische Republiek Iran lange tijd als ‘islamofoob’ en hielden zich afzijdig. Israël was de vaste boeman in het Midden-Oosten, Iran zelden. Dat gold in Nederland bijvoorbeeld voor GroenLinks, PvdA en D66. Op 8 oktober jongstleden demonstreerden linkse partijen op het Malieveld eindelijk tegen het bewind in Iran, en overschreeuwden zich er luidkeels met de roep om ‘sancties’, na jarenlang stilzwijgen. Een kentering, maar erg laat.

Oorzaak is de betekenis van de hoofddoek. Voor Iraanse vrouwen is het afdoen ervan een vorm van protest. Het dragen is verplicht, onderdrukkend, en de zedenpolitie waakt. Linkse partijen in Nederland zien de hoofddoek echter als een vorm van ‘eigenheid’ en ‘culturele diversiteit’, mede onder druk van hun deels islamitische achterban. Lastige vragen over de hoofddoek omzeilen ze, met de opmerking dat het ‘een vrije keuze’ is. Dat is het vaak niet, gezien de sociale druk en dwang.

In Iran is de betekenis van de hoofddoek juist politieker

In Iran is de betekenis juist politieker. Het protest richt zich tegen het regime van de ayatollahs. Vrouwen vormen de voorhoede, vooral jonge generaties, omdat zij de grootste slachtoffers zijn. De hoofddoekplicht is aanleiding tot het protest, maar het radicaal-islamitische bewind is de oorzaak.

Lees ook deze ingezonden opinie van Hatte van der Woude (VVD): Na terechte woede over Iran ook tijd voor aanpak hoofddoekdwang in Nederland

De Duitse minister van Buitenlandse Zaken, Annalena Baerbock, lid van de Duitse groenen, sloeg daarom de plank mis. De Duitse groenen zijn in Europa de meest ‘ayatollah-vriendelijke’ partij geweest. Kritiek was er zelden. Volgens Baerbock heeft geweld tegen vrouwen in Iran ‘niets te maken met religie’. Het heeft er alles mee te maken. Iran is een theocratie, en daarmee het tegenovergestelde van een democratie, en zeker van rechten voor vrouwen en kinderen. Iran, de vrouwenonderdrukker, is nota bene lid van de VN-Commissie voor Vrouwenrechten.

Nederland heeft Iran tot ‘code rood’ voor Nederlandse reizigers uitgeroepen. Opnieuw erg laat.

In 2019 arresteerde Zweden Hamid Nouri op de luchthaven van Stockholm. Hij werd beschuldigd van massa-executies van duizenden opposanten in 1988. Doodstraffen werden uitgesproken door een ‘Commissie des Doods’, waarvan de huidige Iraanse president Ebrahim Raisi prominent lid was. Nouri kreeg levenslang. Daarop werd een Zweedse toerist in Iran opgepakt.

België beloonde Iraans terrorisme met een bonus

Een Belgische rechtbank veroordeelde de Iraanse diplomaat Assadollah Assadi tot 20 jaar gevangenisstraf wegens het beramen van een bomaanslag op een bijeenkomst van de Iraanse oppositie in Parijs in 2018. Daarop nam Iran de Belgische ontwikkelingswerker Olivier Vandecasteele gevangen. De Belgische regering ging akkoord met Iran om een ‘uitruilverdrag’ te sluiten over de uitwisseling van Assadi en de ontwikkelingswerker. België beloonde terrorisme met een bonus.

Intussen heeft Iran tal van Europese burgers opgepakt, en zal hen als gijzelaars gebruiken om westerse sancties te voorkomen.

Het regime van de ayatollahs zal niet zonder slag of stoot ten onder gaan. Het Nederlandse kabinet moet waakzamer en sneller zijn. En alle partijen moeten zonder schroom opkomen voor de vrouwen in Iran.