De Hoge Raad heeft op vrijdag geoordeeld dat de vermogensrendementsheffing van box 3 juridisch niet door de beugel kan. Het (nieuwe) kabinet heeft er een levensgroot probleem bij, schrijft Jeroen van Wensen.
De Belastingdienst mag over niet meer rendement belasting heffen, dan over het in een jaar daadwerkelijk behaalde rendement. Dat is kort en goed het oordeel van de Hoge Raad in een zaak die handelde over de box 3-heffing van de inkomstenbelasting, zoals die geldt sinds 2017. Het betekent dat vooral spaarders geld terug moeten krijgen.
‘Deze keer is het gelukt’
‘Ze hebben de trekker uiteindelijk overgehaald,’ zegt Cor Overduin (59), die als belastingadviseur verbonden aan Grant Thornton, de Bond voor Belastingbetalers al jaren bijstaat in box 3-zaken. Telkens kregen Overduin en de Bond bij de rechter nul op het rekest. ‘Maar deze keer is het gelukt.’
Box 3-belastingbetalers kunnen gaan rekenen: heeft de fiscus mij sinds 2017 voor een hoger rendement aangeslagen dan het door mij werkelijk behaalde rendement? Als het werkelijk rendement lager ligt, dan krijgen ze geld terug.
Box 3 en fictieve rendementen
In box 3 wordt belasting geheven over spaargeld, beleggingen en bijvoorbeeld het tweede huis. De Belastingdienst berekent over de waarde van het vermogen jaarlijks een fictief (forfaitair) rendement, dat oploopt tot 5,6 procent. Over dat fictieve rendement wordt 31 procent belasting geheven.
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
- Bent u al abonnee, maar heeft u nog niet een account? Maak die dan hier aan. Extra uitleg vindt u hier.
Reeds op EWmagazine.nl geregistreerd?Log dan direct in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout
Uw sessie is verlopen
Wilt u opnieuw inloggen