Publiek onderwijs uitgehold door verkeerde analyses en keuzes

08 december 2021Leestijd: 5 minuten
Demissionair Minister Ingrid van Engelshoven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (D66) - ANP

Langzaam wordt duidelijk hoe groot de problemen zijn in het onderwijs. Bij het vinden van oplossingen moet niet alleen worden gekeken naar het publieke onderwijs, maar ook naar private aanbieders. Beleidsmakers zouden het private onderwijs moeten omarmen, schrijft onderwijsdeskundige Tim Goudriaan op EW Podium.

Afgelopen dinsdag verscheen het langverwachte onderzoeksrapport Publiek karakter voorop van de Onderwijsraad. Het blijkt een interessant en prangend rapport, met een aardig genuanceerde blik op het samenspel van, en de spanningen tussen, publiek en privaat onderwijs. Helaas vallen de aanbevelingen van de raad, en daarmee de leerlingen van de toekomst, ten prooi aan beleidsmatig wensdenken. En dat is zonde: de oplossing hebben we ten slotte al in handen.

Tim Goudriaan (1985) is oprichter van onderwijsplatform Teachmehowtodothat en docent aan de Universiteit Utrecht. Als docent combineert hij gamification met experiential learning in digitale en hybride omgevingen, met een specialistische focus op het Midden-Oosten en Oost-Azië. Daarnaast ontwikkelt en verkoopt hij e-learning modules omtrent academische en professionele vaardigheden.

 

Dit is een artikel van EW Podium. Daarop publiceert de redactie van EW elke week diverse artikelen van jonge schrijvers, die vanuit hun eigen onderzoek, expertise of werkervaring willen bijdragen aan het publieke debat.

Overbelasting van het onderwijs in de komende jaren

Waar het rapport niet of onvoldoende bij stilstaat, is dat het Nederlands onderwijs de komende jaren of zelfs decennia in het teken zal staan van een groeiend lerarentekort, steeds grotere klassen, en zwaarder belast personeel – met name in de grote steden en bij het speciaal onderwijs, waar de problemen nu al het grootst zijn. Dit heeft verschillende oorzaken.

Allereerst wordt het (toekomstige) leraren door stijgende huizenprijzen en inflatie moeilijk, zo niet onmogelijk, gemaakt om in de stad te wonen en daar comfortabel te werken. Ondertussen beraamt het CBS dat Nederland rond 2063 zo’n 20 miljoen inwoners zal hebben. Van hen zullen tussen de 5,3 en 8,4 miljoen een migratieachtergrond hebben, van wie een deel extra ondersteuning nodig zal hebben op taal- of cultuurgebied. Gezien de huidige demografische trends zullen velen van hen in steden (gaan) wonen.

Op de kortere termijn zullen de komende jaren in het teken staan van herhaaldelijke besmettingsgolven, maatregelen, en alle spanningen die daarbij komen kijken. Ondertussen, en wellicht niet heel verrassend, is de Pabo ongekend onpopulair – net zoals ook de zorg schreeuwt om personeel.

Willen we meer of minder private aanbieders?

Dat private onderwijsaanbieders uitkomst kunnen bieden, erkent ook de Onderwijsraad. De twee meest genoemde redenen voor samenwerking met een externe partij zijn dan ook ‘dat scholen de eigen leraren willen ontlasten’ en dat ouders uitwijken omdat zij ‘ontevreden zijn over de mogelijkheden in het publiek bekostigde onderwijs.’

‘Een negatieve houding tegenover alle private inbreng is behalve onrealistisch ook onverstandig,’ aldus het rapport. Want de komst van private partijen in het onderwijs heeft ook positieve kanten, zoals het snel kunnen ‘reageren op een veranderende arbeidsmarkt’. Ook kunnen zij directer inspelen op behoeften omdat ze ‘voor hun voortbestaan vaak afhankelijk’ zijn van de tevredenheid van onder anderen ouders en leerlingen.

De Onderwijsraad zet private aanbieders buitenspel

Hoewel het lerarentekort in het rapport wordt genoemd als belangrijke oorzaak van privatisering, zet de Onderwijsraad vooral in op ‘meer bewustwording’, ‘discussie aanzwengelen’. Zij spreekt daarbij ‘alle spelers binnen onderwijsorganisaties aan. De schoolbestuurders, maar evengoed schoolleiders, leraren, intern begeleiders, teamleiders, human resource-personeel, medezeggenschapsraden en interne toezichthouders.’ Alle spelers inderdaad, behalve de private aanbieders waar het hele rapport over gaat. U weet wel: die zo snel kunnen reageren en gevoelig zijn voor de tevredenheid van ouders en leerlingen.

Onderwijs

Lees ook dit commentaar van Roelof Bouwman: Stop het linkse gefröbel, tijd voor ouderwets degelijk onderwijs

Het effectief buitenspel plaatsen van wellicht de belangrijkste gesprekspartner, is niet voorbehouden aan de Onderwijsraad. Begin november schreef CPB-directeur Pieter Hasekamp in het Financieele Dagblad dat de bijlesindustrie het publiek onderwijs dreigt uit te hollen. Hij acht het een onwenselijke ontwikkeling dat commerciële bijlesbedrijven (deels) gebruikmaken van publieke middelen omdat dit de ongelijkheid op onze scholen vergroot.

In diezelfde krant schreef ik een reactie waarin ik deze gevolgtrekking nobel noemde, maar ook onjuist. De groei van deze industrie is namelijk een gevolg van die uitholling, niet de oorzaak. Dat de directeur van het CPB anno 2021 nog altijd met ‘onbeantwoorde vragen’ zit over de aanleiding voor de toename van ‘schaduwonderwijs’ is veelzeggend.

Het Nationaal Programma Onderwijs maakt de problemen groter

Het Nationaal Programma Onderwijs (NPO), bedoeld voor ‘herstel en ontwikkeling van het onderwijs tijdens en na corona’, illustreert de dynamiek die ik schetste. De gebrekkige transparantie van onderwijssubsidies lag al onder vuur van onder meer de Algemene Rekenkamer, maar de NPO-gelden blijken – vanwege hun ad hoc- in plaats van structurele karakter – sommige problemen zelfs te verergeren. Het personeelstekort, en dan vooral in de grote steden en het speciaal onderwijs waar problemen al het nijpendst waren, lijkt door de NPO-gelden juist te zijn toegenomen – net als de werkdruk.

‘Ik had liever dat we met deze miljarden iets structureels zouden doen,’ zegt René Jansen van de school OBS B in Steenwijk. ‘De klassen verkleinen en de loonkloof tussen het basis- en het voortgezet onderwijs dichten. En bovenal het lerarentekort in de Randstad oplossen.’ Een logische maar ironische consequentie, meldt NRC afgelopen juli, is dat het extra geld de kansenongelijkheid juist versterkt.

Ironisch genoeg draagt juist het beleidsmatige wensdenken dat doorschemert in het artikel en het recente rapport bij aan het probleem. Met andere woorden: terwijl de Onderwijsraad, het CPB en beleidsmakers zich beklagen over de uitholling van publiek onderwijs, verergeren zij de situatie door middels beleidsmatig wensdenken de belangrijkste partijen vooral buiten de deur te willen houden. De private industrie lijkt zodoende verworden tot laatste (en dure) strohalm in een ontoereikend onderwijssysteem. En waarop richten overheid, politici en instituten als de Onderwijsraad en het CPB hun pijlen? Op juist die strohalm, door die uit te sluiten, te stigmatiseren (‘schaduwonderwijs’) of in te perken.

Omarm en kanaliseer privatisering van onderwijs nu het nog kan

Bestuurders, beleidsmakers, Onderwijsraad, CPB: meent u dat de komende jaren zich zullen kenmerken door een groeiend lerarentekort, steeds grotere klassen en zwaarder belast personeel? Zo nee, waar baseert u dat op? Zo ja, bent u bereid en in staat om fors te investeren in capaciteit en kwaliteit? Ziet u niet dat u met private aanbieders veel van de gezochte oplossingen al in huis heeft? Wellicht kunt u een discussie aanzwengelen om bewustwording te creëren betreffende het goud dat u in handen heeft, maar de rug dreigt toe te keren.

Wil jij een reactie geven op dit artikel? Discussieer mee! Stuur een reactie van minimaal 200 woorden naar ewpodium@ewmagazine.nl. Inhoudelijke reacties die voldoen aan de algemene fatsoensnormen worden geplaatst onder dit bericht. Zie voorwaarden.