Via herinneringen, liedjes en gedichten keert Afshin Ellian even terug naar het Midden-Oosten en Centraal-Azië. Zoals zovelen in de regio droomt hij van een vaderland zonder oorlog en zonder islamisme.
Een tijdje geleden wandelde ik langs een bejaardentehuis. Een oude, elegante dame keek me aan en stuurde mij een kusje. Ik antwoordde met een gebaar, een kusje terug. Wandelend vroeg ik me af of zij mij herkende, of dat ik haar aan een oude liefde deed denken. Het rijk waarin we allebei leven heet: herinneringen.
Ik ben de zoon van de tragische kusten van het mediterrane
Afshin Ellian
Prof.mr.dr. Afshin Ellian (Teheran, 1966) is hoogleraar encyclopedie van de rechtswetenschap en wetenschappelijk directeur van het Instituut voor Metajuridica aan de rechtenfaculteit van de Universiteit Leiden. Hij schrijft wekelijks onder meer over de idealen en vrijheden van de westerse cultuur.
Wij zijn de onderdanen van herinneringen, een dictatoriaal rijk dat we niet kunnen veranderen. Herinneringen tarten ons soms, strelen ons soms, maar in het rijk der herinneringen stroomt vooral verdriet. Ja, ik ben de zoon van de tragische kusten van het mediterrane.
Het oostelijke mediterrane wordt verbonden met de westelijke kant van het mediterrane door muziek, de ziel van tragische muziek. Ik kom uit deze wereld, die zijn eigen dood met open ogen tegemoet treedt en herrijst bij de zonsopgang.
Achter een masker van rationaliteit leven in mij het Midden-Oosten en Centraal-Azië: aan de voet van het hooggebergte Alborz, in het antieke Kabul, in Bamian en de steppen van Turkmenistan worden stenen en zand inkt voor verhalen. De amandelvormige ogen in Centraal-Azië, de groene ogen van de Pansjiris, de goudblonde haren van Najib, de zoon van een Pashtuns stamhoofd, staren nog steeds naar mij. En de blonde Zainab, met haar amandelvormige ogen, trotseert in mijn hoofd nog altijd de herrie van raketbeschietingen door met haar lievelingspop op het balkon te spelen. Als ik haar zag, wist ik dat de vertakking van de liefde in Tajikistan de kronkelingen van de tijd zal overleven.
Het leven van een individu is een klein patroon in het tapijt van het leven
Dit zijn stukjes, fragmenten die samen in beweging komen om in tijden van rust een beeld te vormen. Het leven van een individu is een fragment, een klein patroon in een tapijt, het tapijt van het leven.
Maar ook hoor ik de muziek van het rijk der herinneringen. De Koerden hoor ik dwars door het gebergte heen zingen over liefde en verraad. En Azeri’s, die samen de rivier Aras in klanken veranderen om net als de oude Grieken tragedie in muziek te vangen. Plotseling duiken de Gilanische meisjes (uit Gilan bij de Kaspische Zee) dansend en vrolijk op in hun bloemetjesjurk. Op dit punt reis ik naar Isfahan. Terwijl de kolonel met zijn Amerikaanse vrienden aan de oever van de rivier Zayandeh Rud whiskey drinkt, roepen de gasten: Proost jongens! Dronkenschap geneest mijn pijn niet, zingt Hayedeh (1942-1990):
Lees verder onder de video
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Dronkenschap geneest mijn pijn niet
Verdriet is met mij geboren, laat het me niet los
Laat het me niet los
De nacht komt eraan
Het vreemde, ontheemde komt ook met de nacht
In de stegen van de stad
weer klinkt zijn voetsporen
Ik neem mijn oude verdriet
om het in de kroeg achter te laten
Ik zie iemand uit de kroeg komen
dronken zingt hij een lied
Dronkenschap geneest mijn pijn niet.
Abonnee worden?Dagelijks op de hoogte blijven van de laatste actualiteiten, achtergronden en commentaren van onze redactie? Bekijk ons aanbod en krijg onbeperkt toegang tot alle digitale artikelen en edities van EW.
Kom, nu gaan we samen naar het westelijke mediterrane. Na de beëindiging van de militaire dictatuur in Griekenland gaf de dichter, musicus en dirigent Mikis Theodorakis (1925-2021) zijn eerste concert in een vrij Griekenland. Maria Farantouri zong op muziek van Theodorakis, de schepper van Zorba, het lied Ο Αντώνης, O Antonis.
O Antonis begint met een verwijzing naar het verhaal dat Theodorakis ooit had gehoord van Iakovos Kampanellis. Hij was een Griekse gevangene in het concentratiekamp Mauthausen, waar hij in de steengroeven dodenarbeid moest verrichten. Daar was ook Antonis, een andere Griekse gevangene, die zijn Joodse medegevangene hielp bij het dragen van stenen:
Lees verder onder de video
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Daar op de brede trap
Op de ladder van tranen
in de diepte van Wiener Graben
in de steengroeve van rouw
lopen Joden en partizanen
Joden en partizanen vallen op de grond
ze dragen elk een rots op hun schouders
een rots, een doden kruis.
Daar, Antonis, hoort
een stem, een stem die hem roept
O, kameraden, o kameraden
help mij de trap op te klimmen.
De Afghaanse kunstenaars hadden in de jaren tachtig van de vorige eeuw een patriottisch liedje gemaakt op de muziek van O Antonis van Theodorakis. Het liedje heet Watan Eeshq-e to Eftekahram, vaderland, liefde voor jou is eervol.
Watan, vaderland, is een heel moeilijk woord. In de nadagen van het Ottomaanse Rijk (1299 tot 1922) verzonnen de verlichte Ottomanen het woord ‘watan‘ als aanduiding voor vaderland. Na duizend jaar kalifaat moest een begrip worden bedacht voor het onafhankelijke gebied waar iemand woonde. Dat werd watan.
Afghaanse droom: vaderland zonder oorlog, Taliban, islamisme
In dat mooie liedje, dat een paar jaar geleden door een nieuwe generatie Afghanen werd gezongen, beluisteren we de hoop en dromen van jonge Afghanen over een vaderland zonder oorlog, zonder Taliban, zonder islamisme. Dit liedje zou onder de heerschappij van de Taliban nooit meer worden uitgezonden in Kabul:
Lees verder onder de video
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Watan, liefde voor jou is eervol,
Watan, ik geef mijn leven voor jou,
Watan, je schone aarde, mijn paradijs
Watan, je rozentuin, mijn tulpenvelden
(…)
Door jou ontluikt mij hart als een bloem
in de herfst of in de lente.
Het wordt een zware, lange winter in Afghanistan
In de videoclip zie ik een mooi Hazara-meisje, een Tajiks meisje en een Pathaanse jongen. Wat een verdriet: nu blijkt watan nooit te hebben bestaan. Er waren liedjes, gedichten, gebergten, riviertjes, vader, moeder, vrienden. Meer is er niet. Watan was een droom, een vluchtige droom. Het wordt een zware lange winter in Afghanistan. Het islamitische emiraat is geen watan, geen Afghanistan!
Lees ook deze blog van Afshin Ellian: Val van Afghanistan was grootste internationale gebeurtenis van 2021
Jeremiëren heeft geen zin. In de vereniging van het oostelijke en westelijke mediterrane, in Isfahan en Florence, in Kabul en Siena, zal het verlangen naar vrijheid en liefde ons verscheuren en verbinden, verdriet afwisselen met vreugde en in een niet te doven licht van hoop de weg wijzen, desnoods in onze dromen.
Weer ben ik aan de voet van het Alborz-gebergte. Haydah bezingt dronkenschap. Hij zit daar met zijn mooi gestreken witte overhemd. Proost vadertje, proost! Kom eens langs in mijn dromen.