President Macron is koninklijker dan koning Willem-Alexander

27 april 2022Leestijd: 3 minuten
Emmanuel Macron viert zijn herverkiezing. Foto: ANP

Ons koekhappende koningshuis ademt de burgerlijke geest van ons vaderland, schrijft Constanteyn Roelofs. Anders dan in Frankrijk, waar de recent herkozen Emmanuel Macron zijn rol met verve speelt.

Het is staatshoofdenweek in het nieuws: Emmanuel Macron, de president van Frankrijk, is herkozen en wij vieren dat we in ons koninkrijk ook dit jaar weer mogen genieten van de goedertierene heerschappij van Zijne Majesteit de Koning Willem-Alexander, bij de gratie Gods. Het lijkt zowaar een portret in spiegelbeeld als je de twee heren zo naast elkaar zet. Macron is immers een zeer koninklijke president en Willem-Alexander is misschien wel de meest burgerlijke voorzitter  van een land denkbaar.

Wekelijks verkent historicus Constanteyn Roelofs (1989) de tragikomische tegenstrijdigheden in economie en maatschappij.

Het is natuurlijk een gekende grap onder Frankrijkvorsers dat de Fransen sinds het guillotineren van de Bourbons naarstig op zoek zijn naar een fantoom-monarch en dat ze daarom zo gehecht zijn aan hun presidenten. De ‘jupiteriaanse’ Emmanuel Macron speelt zijn rol met verve. Geef die man een parade met marsmuziek, het Vreemdelingenlegioen en overvliegende Rafales en je ziet aan de krullende bakkebaarden dat nog lang niet alle echo’s uit het Ancien Régime en de periode van l’Empire onder Napoleon verstorven zijn. Ons koekhappende koningshuis ademt daarentegen de burgerlijke geest van ons vaderland.

Als er een crisis is, komt er een commissie en een onderzoek

Je merkt het aan bepaalde dingen. Als Willem-Alexander een oranje polo aandoet om naar het nationale hockey te kijken, lijkt hij op zijn gemak. Als Macron een hoodie aandoet om volkser over te komen, moeten mensen daar eigenlijk vooral om lachen. Als er een geopolitiek probleem is, stapt Macron zelf in het vliegtuig. In Nederland mag een woordvoerder een tweetje plaatsen met een link naar een document op de website van de regering. Een veelzeggend detail uit de afgelopen presidentsrace is dat het Franse volk zeer ontstemd was dat de aanpak van de coronacrisis in toenemende mate aan dure externe bureaus werd uitbesteed. Volgens de commentaren werd Macrons persoonlijke daadkracht geroemd, maar het afschuiven op consultants dan weer niet.

Hoe anders gaat dat in Nederland, waar zowel het beleid als de controle op het beleid en het onderzoek naar de misstanden rond het beleid wordt uitbesteed aan consultants omdat wij vinden dat een ‘externe’ blik essentieel is voor de macht. Zo gaat het ook bij het koningshuis: als er een crisis is, komt er een commissie en een onderzoek.

Al eeuwen een burgerlijke oligarchie

Het is misschien een beetje een middeleeuws idee, maar wij van de reactie hebben altijd ergens nog het idee dat de macht niet zomaar weg te institutionaliseren is naar een anonieme bureaucratie met vervangbare poppetjes. Uiteindelijk is macht immers één op één gespiegeld aan verantwoordelijkheid. En verantwoordelijkheid hoort bij mensen, niet bij instituten en zeker niet bij extern ingehuurde bureaus. The buck stops here, zei de Amerikaanse president Harry S. Truman over het presidentschap: het is de ultieme focus van de macht in het land. Het Franse volk lijkt dat ergens toch goed aan te voelen (net als de Yanks trouwens) en de vervreemding van Nederlanders van onze onpersoonlijke consultantsbureaucratie komt misschien wel door het gebrek aan een echte ‘baas’. L’État is uiteindelijk misschien toch een meneer (of een mevrouw).

In tegenstelling tot Frankrijk weten we wat minder wat we met die gevoelens aan moeten omdat we hier natuurlijk al eeuwen een burgerlijke oligarchie hebben en nooit een heuse Zonnekoning of een echte Napoleon (met ferme bakkebaarden) hebben gehad.