Levensgevaarlijke nonchalance van Rob Jetten

Rob Jetten straalt een gevaarlijk gebrek aan urgentie uit. Zowel de Nederlandse welvaart als de Oekraïense democratie staat op het spel, maar de minister verzaakt stelling te nemen in alle grote dossiers, schrijft Joris Heijn.

Minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten (D66) heeft heel wat verantwoordelijkheid. Niet alleen moet hij het klimaat redden, ook is hij verantwoordelijk voor energie, waarvan de Nederlandse welvaart afhankelijk is. Vooral op het gebied van energie had hij de afgelopen maanden het verschil kunnen maken, maar op cruciale dossiers laat de minister het afweten.

Jetten had na Russische inval kunnen zeggen: zet de thermostaat lager

Jetten had de dag na de Russische inval in Oekraïne, op 24 februari, kunnen zeggen: zet allemaal de thermostaat lager om niet onnodig geld naar de Russische president Vladimir Poetin te sturen.

Maar nee, hij wachtte met een halfslachtige energiebesparingscampagne (alleen opgebakken oud beleid) tot het ‘cv-seizoen’ al lang voorbij was. Onderwijl bleef het gasgeld naar Poetin stromen.

Groninger gas is en blijft laatste redmiddel

Jetten had met zijn partijgenoot Hans Vijlbrief, staatssecretaris Mijnbouw, al snel na de Russische invasie kunnen zeggen: het inzetten van Gronings gas is en blijft een allerlaatste redmiddel, maar we willen dat Groningers, bedrijven en de rest van Nederland er wel alvast rekening mee houden dat dit mogelijk toch gaat gebeuren. En we gaan nú alvast met alle betrokken om tafel zitten om een fatsoenlijke regeling te treffen voor bewoners van het aardbevingsgebied, opdat er te zijner tijd draagvlak is voor zo’n maatregel.

Maar nee, Jetten wacht tot het opendraaien van de eigen gaskraan onvermijdelijk is, Groningers dus met hun rug tegen de muur staan en er daardoor onnodige spanningen in de maatschappij ontstaan, terwijl Nederland in deze tijd juist als één front zou moeten opereren.