Lessen in leiderschap van Mart de Kruif

Mart de Kruif. Foto: ANP/Hollandse Hoogte/Anneke Janssen

De Russische invasie in Oekraïne is ruim zes weken onderweg. Met luitenant-generaal buiten dienst Mart de Kruif spreekt EW over de lessen in leiderschap die we kunnen leren uit het conflict.

‘Wat mij vooral opvalt is een gebrek aan moraliteit in het leiderschap aan Russische zijde,’ zegt Mart de Kruif zodra we hem opbellen. ‘Eén van de grootste opdrachten van een leider is te zorgen dat hij zijn mensen een ethisch kompas meegeeft. Het is net alsof dat hier ontbreekt. Dat is ook wel te verklaren: Rusland heeft nooit een onderofficierenkorps gehad. De officier geeft de richting aan, maar hoe het moet gebeuren, dat bepaalt de onderofficier, dat is de vakman.’

Mart de Kruif is een voormalig militair met de rang van Luitenant-Generaal in de Koninklijke Landmacht. Hij had als generaal-majoor de leiding over de International Security Assistance Force (ISAF) in Zuid-Afghanistan. Van 25 oktober 2011 tot en met 24 maart 2016 was hij Commandant Landstrijdkrachten.

Hij is een van de docenten in de collegereeks Leiderschap in Turbulente Tijden, die EW organiseert samen met de Nyenrode Universiteit.

‘Als ik zie dat in een dorpje zomaar twaalf Russische tanks worden afgeschoten door Oekraïners, dan zegt dat niets over de kwaliteit van de tank. Maar die moet je altijd in teamverband inzetten. Zeker in dorpen en steden zijn tanks kwetsbaar, die moeten altijd worden beveiligd door infanterie. Dat teamoptreden, dat doen Russen niet.’

Beter een briljante sergeant dan een goede generaal

Waarom niet? ‘Het Russische leger is van oudsher centralistisch georganiseerd, met een sterk hiërarchische commandolijn. Officieren geven de bevelen, er is geen ruimte voor eigen interpretatie en inzichten. Dat leidt tot allerlei excessen die we nu zien, richting Oekraïense burgers, maar ook naar de eigen manschappen. De gecentraliseerde commandostructuur leidt tot grote verliezen.’

‘Vooral sinds Srebrenica is in het Nederlandse leger het onderofficierenkorps essentieel geworden. In strategisch en fysiek opzicht, maar ook mentaal. Als je een slechte generaal hebt en een briljante sergeant win je de oorlog, maar met een goede generaal en een slechte sergeant kom je nergens.’

Een krachtmeting in leiderschap en training

Is het Russische leger dan niet goed getraind? De Kruif: ‘Jawel, maar de Russen zijn niet voorbereid op dit type oorlog. In Syrië en Irak hebben ze vooral special forces ingezet, die zijn goed geoefend. Maar deze oorlog is anders. Het gewone leger is wel voorbereid op veldslagen, maar in Oekraïne kiest de verdediger zelf waar hij vecht: in dorpen en steden. Met kleine groepjes vanuit de bossen. Het is een guerilla waar de Russen niet op zijn voorbereid.’

‘De Oekraïense legerleiding is sterk getraind op dit soort scenario’s, door de Britten en Amerikanen. Het leger ontwijkt de vuurkracht van de Russen in open confrontatie en zet kleine, flexibele eenheden in om de vijand op diens zwakke plekken te raken.’

Een geelblauwe bril

De Kruif blijft wel kritisch: ‘Zelensky doet het erg goed, maar we zijn hier in Nederland soms erg happig op Oekraïens nieuws en horen liever geen andere geluiden. We kijken met een geelblauwe bril naar deze oorlog. Maar aan Oekraïense kant gaat er heus ook veel mis op militair strategisch gebied.’

Leer vanuit diverse invalshoeken naar leiderschap in turbulente tijden te kijken. In deze inspirerende collegereeks geven zes experts en topsprekers uit de wetenschap, sport, gezondheidszorg en het bedrijfsleven hun visie op leiderschap in turbulente tijden en leert u hoe u dit toepast in uw eigen praktijk.
Meld u hier aan voor de collegereeks Leiderschap in Turbulente Tijden van EW en Nyenrode

‘Wel is het knap dat de Oekraïense legerleiders op geen enkel moment verrast lijken te zijn door het Russische optreden. En Oekraïne heeft de informatiecampagne goed op orde, met een sterke inzet van moderne media en de kracht van het beeld.’

De laatste fase van de oorlog

Wat valt er komende tijd te verwachten? De Kruif: ‘De oorlog is de laatste fase in gegaan. Poetin ziet nu: als hij overal wil winnen, wint hij nergens. Zijn elger heeft te weinig massa om succes te boeken. Daarom laat hij Kiev nu vallen en schraapt hij overal uit Rusland troepen bij elkaar en concentreert hij zich op Marioepol en de Donbas.’

‘Maar de Russische eenheden liggen op apegapen, voorraden raken op, mensen zijn uitgeput. Intussen vecht hij tegen een sterk getraind en enorm gemotiveerd Oekraïens leger, dat steeds weer de voorwaarden dicteert waaronder de Russische troepen deze oorlog moeten voeren. Ik verwacht niet dat deze oorlog nog heel lang zal gaan duren.’