Het nieuwe inreisverbod dat de Amerikaanse president Donald Trump heeft afgekondigd, is door een federale rechter afgeschoten. De rechtbank in Hawaï stelt vast dat het decreet van president Trump juridisch niet haalbaar is.
Volgens de rechter houdt het decreet geen steek, en zal het sneuvelen als het in de rechtszaal wordt aangevochten. Het inreisverbod zou discriminerend zijn op het punt van religie.
3 mei in de Rode Hoed
American Dreamers: 100 dagen Trump
‘Een redelijke en onafhankelijke toeschouwer ziet in één oogopslag dat het inreisverbod religieuze discriminatie voor ogen heeft,’ schrijft rechter Derrick K. Watson in een 43 pagina’s tellende notitie.
‘VS niet langer zwak’
Trump reageerde fel op de uitspraak van de federale rechtbank. Hij noemt de beslissing slecht en droevig nieuws. Tijdens een bijeenkomst in Nashville zei hij dat het nieuwe inreisverbod een ‘afgeslankte versie’ is van het vorige. Trump meent dat er sprake is van sabotage van het inreisverbod vanuit politieke motieven.
‘Door deze stap van de rechter lijken we zwak, maar geloof me, dat is niet langer het geval,’ zei hij tegen een joelende menigte. Het inreisverbod moet personenverkeer uit de volgende zes landen voorkomen: Iran, Libië, Somalië, Jemen, Syrië en Sudan. In de nieuwe versie van het inreisverbod is Irak geschrapt. ‘Elk van deze landen sponsort terrorisme en is een bakermat van terroristische organisaties,’ zegt Trump.