Van de wal naar Wall Street

Wall Street, de straat die zijn oorsprong in Nederlandse tijd heeft. Foto: Dave Center

Het verhaal van een veronachtzaamd verleden: Nederlanders brachten Amerika vrijhandel, verdraagzaamheid en een pragmatische levenshouding.

Dit artikel verscheen begin 2009 in ‘Ons Amerika’, een speciale editie van Elsevier Weekblad.

Door Russell Shorto, vertaling Jabik Veenbaas.

Russell Shorto (1959) was van 2008
tot 2013 directeur 
van het John Adams Institute in Amsterdam. In 2004 publiceerde hij zijn veelgeprezen boek Nieuw-Amsterdam. Eiland in het hart van de wereld, over Nederlands Manhattan. In 2013 verdiepte hij zich in de Amsterdamse geschiedenis met het boek Amsterdam: A History of the World’s Most Liberal City.

Toen Henry Hudson, de vermaarde zeventiende-eeuwse Engelse ontdekkingsreiziger, met plannen kwam voor wat zijn derde achtereenvolgende zoektocht zou worden naar een kortere route naar de rijkdommen van Azië, besloot de Engelse financier die hem langdurig had gesteund, de Muscovy Company, om zijn steun in te trekken. Misschien had die zijn buik vol van Hudsons arrogantie en zijn koppigheid. Misschien had hij simpelweg het geloof in hem verloren. Hoe dan ook, dankzij deze historische buitenkans kon Hudsons meest gedenkwaardige reis – die van 1609 – plaatsgrijpen onder Nederlandse auspiciën.

Gouverneurs van Nieuw-Nederland
Cornelis May              1624-1625
Willem Verhulst        1625-1626
Peter Minuit               1626-1633
Wouter van Twiller  1633-1638
Willem Kieft               1638-1647
Peter Stuyvesant      1647-1664

Kort nadat de Muscovy Company Hudson zijn congé had gegeven, bood Emanuel van Meteren, de Nederlandse ambassadeur in Londen, aan om op te treden als bemiddelaar met de Verenigde Oost-Indische Compagnie in Nederland. Hudson sprak met de Heeren Zeventien in Amsterdam, en zij besloten hem te steunen. Ze moeten bekend zijn geweest met zijn koppigheid en eigenzinnigheid, want ze lieten in het contract opnemen dat hij zich niet moest bezighouden ‘met het ontdekken van andere routes of passages’ dan die ene die hij had toegezegd: de noordoostelijke, om Scandinavië heen.

Maar dat deed Hudson dus toch en in 1609 zette hij voet op Manhattan.

Irrelevant werelddeel

Hudson zou vast verbijsterd zijn als hij wist dat het jaar 2009 het ‘Henry Hudsonjaar’ is gedoopt, ter ere van de vierhonderdste verjaardag van zijn expeditie – en dat zijn reis hulde zal worden bewezen met festivals, conferenties, toespraken, proclamaties, en, inderdaad, reizen. Hudson meende dat hij er maar weinig mee had bereikt. Noord-Amerika was voor hem een hindernis, een hindernis die overkomelijk bleek. Maar zij die na hem kwamen, dachten er anders over. De ontdekkingsreizigers uit de Renaissance waren op zoek naar de Oriënt. De volgende generatie realiseerde zich dat dit grotendeels ononderzochte werelddeel, dat aanmerkelijk dichterbij lag, een nieuw en zelfs een waardiger doel vormde. Huiden, hout, tabak: de natuurlijke voorraden aan exploitabele producten waren onmetelijk groot. En je kon er je nog goed vestigen ook.

ons-amerika-2

In 1621, het jaar dat het twaalfjarig bestand in de oorlog met Spanje eindigde, stichtten de Nederlanders een nieuwe multinational: de West-Indische Compagnie (WIC), een militair geaffilieerde handelsonderneming. Ze zou onder meer opereren vanuit het Noord-Amerikaanse territorium dat Hudson in kaart had gebracht: de basis waarop de Nederlanders hun aanspraken lieten gelden. De hoofdstad, op het zuidelijke puntje van Manhattan, zou Nieuw-Amsterdam worden genoemd, omdat Amsterdamse kooplieden grote invloed uitoefenden op de ontwikkeling ervan.

Nieuw-Nederland is geen prominent onderwerp in Nederlandse geschiedenisboeken geworden – noch in Amerikaanse geschiedenisboeken. Door de problematische geschiedenis van de West-Indische Compagnie, besloten de Nederlanders zich meer te gaan richten op de Oost-Indische Compagnie, de motor van de Nederlandse Gouden Eeuw. In de Verenigde Staten werd het perspectief van de oorspronkelijke dertien koloniën bepaald door het feit dat de Engelsen ze uiteindelijk in bezit namen. Er werd de Amerikanen later geleerd dat de Engelse overname van Nieuw-Amsterdam – in 1664, waarbij de plaats New York kwam te heten – het werkelijke begin van hun geschiedenis betekende.

Multiculturele verdraagzaamheid

Maar wat er tussen Hudsons reis en de overname door de Engelsen gebeurde, was stilletjes van groot belang. De Nederlanders – en dan niet zozeer de West-Indische Compagnie, maar de kolonisten zelf – bouwden een welvarende nederzetting op in de Nieuwe Wereld, die vitale kenmerken aan het oude moederland had ontleend. ‘Verdraagzaamheid’ als beleidslijn kwam voort uit de bloedige ervaringen van de Nederlanden met Spanje, en dan ging het vooral om de vervolgingen door de Spaanse inquisitie.

ons-amerika
Manhattan 1660 – Schilderij van Amerikaan Len Tantillo op basis van computermodellen

Omdat in de Nederlandse provinciën hoge concentraties minderheden woonden, werd ‘verdraagzaamheid’ de sociale lijm die de ongelijksoortige bevolking bij elkaar moest houden. Manhattan nam – hoe onvolmaakt ook – die verdraagzaamheid over, en onder meer om die reden kon de kolonie zo’n overvloed van etnische groeperingen en identiteiten incorporeren. Een bezoeker noteerde in 1643 dat hij achttien talen hoorde spreken in de straten van Nieuw-Amsterdam, in een tijd dat de stad vermoedelijk niet meer dan vijfhonderd inwoners telde. Nederlanders, Engelsen, Duitsers, Zweden, Joden, Quakers, Bohemers; je zou kunnen zeggen dat New York City er al was voordat de naam bestond.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

De kolonie nam nog iets van de Republiek der Nederlanden over, en dat was haar unieke houding tegenover de vrije handel. In 1640 gaf de West-Indische Compagnie, die de kolonie niet winstgevend had weten te maken, haar monopolie op. Ze riep Nieuw-Nederland uit tot ‘stapelhaven’ voor de handel aan de Atlantische kust, tussen de Republiek, de Caraïben en Noord-Amerika. Op dat moment werd de wereldhaven New York geboren.

Wall Street

Een man die veel bijdroeg aan het mengen van deze ingrediënten in de fundering van de stad was een advocaat uit Breda: Adriaen van der Donck (zie ‘Adriaen van der Donck: held van Nieuw-Amsterdam’ op deze pagina). Hij werd de leider van de bevolking: hij rebelleerde tegen de WIC (en in het bijzonder tegen de directeur-generaal van het gewest, Peter Stuyvesant) en stelde zich op het standpunt dat de Nederlandse regering direct gezag over de kolonie moest uitoefenen. Hij bereikte zijn doel niet, maar het resultaat van zijn pogingen was wel dat de Staten-Generaal Nieuw-Amsterdam in 1653 Nederlandse stadsrechten verleenden.

Dit had zowel op de korte als de lange termijn grote consequenties. De bestuurders van de stad investeerden in publieke werken, onder meer in een project met opmerkelijke historische gevolgen. Ze besloten ‘om het grootste deel van de stad te omringen met een hoge palissade en een lage borstwering’. De straat die langs deze wal (eigenlijk meer een omheining) liep, zou Wall Street gaan heten.

Dit bescheiden publieke project vormt een symbool van veel grotere dingen. Het staat voor de manier waarop de Nederlandse periode deel werd van de basisstructuur van de stad New York. En het staat voor de invloed die er tot ver buiten New York van die periode uitging – net zoals ‘Wall Street’, als financieel instituut, mede aan de basis lag van de Verenigde Staten. In de Engelse koloniale periode zou New York het centrum worden voor nieuwe immigranten. Zij liepen de povere straten in, troffen daar de bonte mengeling aan van volken, talen en keukens, allemaal vechtend voor een plaatsje onder de zon, maar op de een of andere manier toch samenhang vertonend, en bestempelden die als ‘Amerikaans’.

De blijvende invloed van Nederland

En zo kreeg een kleine Nederlandse nederzetting invloed – een diffuse, maar reële invloed – op de samenleving van de Verenigde Staten van Amerika. Je treft er zowel in het klein als in het groot sporen van die invloed aan. Amerikanen hebben altijd cookies gegeten en geen biscuits (het Engelse woord), omdat cookie werd afgeleid van het woord ‘koekje’, daterend uit de tijd dat de lekkernijen nog in Nieuw-Amsterdam werden gemaakt. Ook het woord ‘boss’ is afkomstig uit de kolonie Nieuw-Nederland, het komt van het Nederlandse ‘baas’. En de functie van de Amerikaanse officier van justitie, de district attorney, komt voort uit die van de zeventiende-eeuwse schout (de eerste Engelse kronieken noemden deze functionaris ‘scout’).

Maar het belangrijkste erfgoed treffen we aan in de structuur en het karakter van de Amerikaanse samenleving. De Nederlandse verdraagzaamheid uit de zeventiende eeuw groeide uit tot het ‘alle mensen zijn gelijk geschapen’ uit de Amerikaanse achttiende eeuw. Toen New York tot wasdom kwam, legden zijn gemengde bevolking en zijn filosofische fundament de basis voor een politiek pragmatisme en voor de beschermende houding die de overheid met betrekking tot de samenleving aannam. Toen die houding op het nationale toneel verscheen, leidde ze tot de politiek die in de jaren dertig van de vorige eeuw de New Deal in het leven riep, een hervorming van de Amerikaanse economie als reactie op de vooroorlogse crisisjaren.

Adriaen van der Donck: held van Nieuw-AmsterdamPeter Stuyvesant mag dan een stuk beroemder zijn, volgens de Amerikaanse auteur Russell Shorto is de Nederlander Adriaen van der Donck (circa 1618-1656) de echte held in de geschiedenis van Nieuw-Amsterdam. De jurist uit Breda stond onder meer voor tolerantie en hij introduceerde de  functie van openbaar aanklager (district attorney) in het Amerikaanse rechtsstelsel.

ons-amerika-vd-donck
Van der Donck – Kolonie los van de WIC

Van der Donck was de centrale figuur in een politieke strijd die de kolonie uiteindelijk los zou maken van de West-Indische Compagnie (WIC). Van der Donck stond aan de basis van de Remonstrantie van Nieuw-Nederland, een meer dan tachtig pagina’s tellende aanklacht tegen het bewind van de WIC die, zoals Shorto schrijft in zijn boek Nieuw-Amsterdam, Eiland in het hart van de wereld, de kolonie zou wortelen in Nederlands recht en uiteindelijk zou bijdragen aan de unieke vorm en het karakter van de stad New York.

Nooit eerder, zo schrijft Shorto, had een buitenpost van een Nederlandse handelscompagnie een politieke status geëist. Welke rechten hadden individuen in zo’n buitenpost? En hadden ze recht op dezelfde vertegenwoordiging als de burgers in Nederland?

Van der Donck ontwikkelde zich ook tot een autoriteit op het gebied van bevers – de handel in beverhuiden was, naast die in tabak, erg belangrijk voor de economie van de kolonie.

 

Chronologie

1609
Engelse ontdekkingsreiziger Henry Hudson (circa 1570-1611) vaart op zoek naar doortocht naar China met Halve Maen langs Manhattan, over de Noordrivier (later de Hudson geheten) tot voorbij het huidige Albany

1610 Vermoedelijk vaart opnieuw een Nederlands schip naar Manhattan. Meer schepen volgen om met de indianen te handelen in beverbont, waarvan in Europa hoeden worden gemaakt

1614Concurrerende handelscompagnieën richten samen de Nieuw-Nederland Compagnie op voor handel

1615 Staten-Generaal geven Nieuw-Nederland Compagnie monopolie voor handel met nieuw ontdekt gebied

1621 West-Indische Compagnie opgericht, neemt handelsmonopolie over

1623 WIC besluit kleine handelskolonie te stichten ten behoeve van bonthandel en vanwege vastere claim op het nieuw ontdekte gebied

1624 Eerste kolonisten stichten Fort Orange (nu Albany). Meer nederzettingen volgen. Willem Verhulst wordt directeur van de kolonie

1625 WIC besluit fort en handelspost op Manhattan te vestigen. Handelspost wordt Nieuw-Amsterdam, het fort zal Fort Amsterdam heten

1626 Commandant van Fort Orange sneuvelt na bemoeienis met oorlog tussen indianenstammen. Peter Minuit (circa 1580-1638) vervangt Verhulst en koopt het eiland Manna Hatta (heuvelachtig eiland) van de indianen. Steeds meer kolonisten zoeken vanwege de oorlog bescherming in Fort Amsterdam

1629 Juwelier Killiaen van Rensselaer (1586-1643) mag eigen kolonie in Nieuw-Nederland stichten; die heet Rensselaerswijck

1633 Peter Minuit wordt vervangen door Wouter Van Twiller (circa 1606-1654) wegens ruzie met de kolonisten

1638 Peter Minuit sticht voor Zweden Nieuw-Zweden vlak bij Nieuw-Nederland

1638 Willem Kieft (1597-1647) vervangt Van Twiller

1643 Tweejarige oorlog met indianen: slachtpartijen over en weer. Kieft krijgt ruzie met kolonisten

1647 Peter Stuyvesant (circa 1611-1672) nieuwe directeur. Oprichting Beverwijck in gebied Rensselaerswijck; plaats zal uitgroeien tot tweede stad van Nieuw-Nederland na Nieuw-Amsterdam

1643 Bouw verdedigingswal tegen Engelsen op eiland Manhattan

1649 Advocaat Adriaen van der Donck (1618-1655) gekozen in raad van kolonisten. Hij krijgt ruzie met Stuyvesant. Pleit vruchteloos voor afzetten Stuyvesant en overname kolonie door Staten-Generaal

1655 Stuyvesant verovert Nieuw-Zweden

1664 Engelsen nemen Nieuw-Nederland over

1667 Vrede van Breda bepaalt dat Nieuw-Nederland in handen Engeland blijft

1673 Nederlandse vloot verovert Nieuw-Nederland in Derde Engels-Nederlandse Oorlog. Kolonie krijgt de naam Nieuw-Oranje

1674 Nieuw-Nederland definitief over naar Engelsen