In The Call of the Wild toont Jack London zich als de negentiende-eeuwse, laat-romantische schrijver die hij was: levendig en avontuurlijk. Voor het eerst schreef hij niet vanuit het perspectief van een mens, maar van een hond.
Goudkoorts en sledehond
- Jack London (1876-1916) vertrok in 1897 op zijn 21ste vanuit Berkeley, Californië naar Yukon, Noordwest-Canada, aangetrokken door de geruchten over de Klondike Gold Rush (1896-1899), ‘het laatste grote avontuur van de negentiende eeuw’. Londons ervaringen als goudzoeker en zijn observaties ter plekke gaven hem veel inspiratie voor zijn latere boeken, waaronder de avonturenroman The Call of the Wild (1903). In 1904 werkte hij als oorlogscorrespondent in Japan tijdens de Russisch-Japanse Oorlog (1904-1905). London stierf op jonge leeftijd in 1916 – hij was pas 40 -, hoogstwaarschijnlijk aan een dodelijke mix van dysenterie, niervergiftiging en alcoholisme.
- The Call of the Wild is geschreven vanuit het perspectief van een hond, Buck, een bastaard met genen van een Schotse collie en een Sint-Bernard. Buck woont in Californië ten tijde van de Klondike Goldrush. Een tuinier ontvoert de hond en brengt hem naar het noorden, waar hij Buck verkoopt als sledehond. De hond maakt er kennis met de wildernis, die hij uiteindelijk niet alleen accepteert, maar waar hij ook in gedijt. Buck gaat van eigenaar naar eigenaar, tot hij in de slothoofdstukken gehoor geeft aan the call of the wild, de roep van de natuur.
Waarom zo populair?
- The Call of the Wild was vanaf het moment van verschijnen populair. Hoe komt het dat dit boek van net honderd pagina’s over een hond zijn relevante plek in de Amerikaanse canon heeft behouden? Buck belichaamt de archetypische Amerikaanse held. Iemand die het drukke stadsleven achter zich laat en terugkeert naar de simpele, maar ook harde omgeving van de wildernis, en daar gedijt. London appelleerde in The Call of the Wild aan het nostalgische ideaal van de ruige natuur en wildernis, als alternatief voor het complexe stadsleven en de industrialisatie. Buck is als de Amerikaanse cowboy, die de beschaving de rug toekeert en zijn plek vindt in de natuur – John Wayne met een vacht.
Meld je hier gratis aan voor de Amerika Update, de wekelijkse nieuwsbrief met de laatste ontwikkelingen over de Verenigde Staten. Elke vrijdag in je mailbox.
- Een mooie passage is wanneer Buck, samen met de andere sledehonden, een konijn achterna zit. Buck rent vooraan de roedel en voelt de sensatie van de jacht voor het eerst. ‘Er is een extase die het toppunt van het leven markeert, waarboven het niet verder kan stijgen. Zo is de paradox van het bestaan: de extase is er wanneer je het meest leeft, en ze is er wanneer je geheel vergeet dat je leeft.’ Intuïtief leven in het wild en Bucks overgave eraan worden prachtig beschreven. London schetst Bucks tegenslagen, conflicten en hoogtepunten krachtig. Hij laat de lezer intens meeleven met zowel Bucks euforie als zijn ongeluk. Door de realistische en naturalistische beschrijvingen haalt London de lezer het noordelijke landschap binnen: wanneer Buck het koud heeft, voel je eenzelfde kilte.
De relatie tussen mens en dier
- Omdat het verhaal vanuit een hond wordt verteld, heeft The Call of the Wild een opvallende schrijfstijl. Er is sprake van antropomorfisme: het toedichten van menselijke eigenschappen aan niet-mensen. London past ethische concepten op Buck toe, koppelt menselijke waarden aan dierlijk gedrag. Wanneer Buck voor het eerst het voer van een andere hond steelt, schrijft London: ‘Nog een bewijs van het verval en de teloorgang van zijn morele karakter.’ Het antropomorfisme gaat zover dat Buck zelf inziet dat zijn ‘morele karakter’ door de diefstal afneemt. Al blijft Buck een hond. De lezer begrijpt vaak meer dan Buck zelf. Al in de eerste zinnen van het verhaal wordt dit duidelijk. ‘Buck las de krant niet, anders had hij wel geweten dat er onrust dreigde.’ ‘Hij kwam omdat mensen een geel metaal in het noorden hadden gevonden.’ De lezer snapt dat het om goudkoorts gaat.
- De relatie tussen mens en dier is in The Call of the Wild een belangrijk thema. Buck heeft meerdere eigenaars. Sommigen behandelen hem goed, anderen niet. Met zijn laatste eigenaar, John Thornton, heeft Buck de sterkste band, wat zich uit in wederzijdse loyaliteit. London plaatst wel kanttekeningen bij de verschillen tussen mens en dier in The Call of the Wild. De mens wordt in de regel gedreven door materialisme en hebzucht. Het dier daarentegen dient terug te keren naar de natuur, waar het thuishoort.
Een omgekeerde Call of the Wild
- The Call of the Wild is ongetwijfeld Londons bekendste werk. Minder bekend is White Fang, de tegenpool van The Call of the Wild. In White Fang schrijft London over een wilde wolfshond die gaandeweg tammer wordt en uiteindelijk in een huis in Californië komt te wonen.
- Londons boek werd als feuilleton gepubliceerd in een tijdschrift, waarna het in boekvorm werd uitgegeven. The Call of the Wild werd meteen goed ontvangen. Het boek werd liefst zeven keer verfilmd, voor het eerst in 1923, voor het laatst in 2009. Er wordt momenteel aan een achtste verfilming gewerkt, met Harrison Ford als John Thornton. Eind 2019 is de première. Londons verhaal blijkt 115 jaar na publicatie nog steeds tijdloos.