Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën sluit niet uit dat ook accountants grensoverschrijdende constructies moeten gaan melden. Belastingplichtigen vallen nu al onder de meldingsplicht.
De Eerste Kamer heeft vragen gesteld over de voorgestelde meldingsplicht voor grensoverschrijdende belastingconstructies, de zogenoemde Mandatory Disclosure-richtlijn. Deze (concept)richtlijn van de Europese Commissie (EC) moet vanaf 2019 gaan gelden, Nederland heeft al wat aanpassingen voorgesteld.
Meld u hier gratis aan voor de Elsevier Weekblad Belasting Update, de gratis wekelijkse nieuwsbrief met het laatste fiscale nieuws, analyses, achtergronden en commentaren. Elke vrijdag in uw digitale brievenbus.
Agressieve belastingstructuren
De VVD-fractie wil dat ‘de vrijheid van belastingoptimalisatie’ blijft bestaan. Wiebes benadrukt dat de richtlijn gericht is op de uitwisseling van informatie. Het kabinet wil deze uitwisseling zo veel mogelijk beperken tot nieuwe informatie over mogelijke belastingontwijking. Ook zou het moeten gaan om daadwerkelijk opgezette constructies.
Financiële tussenpersonen moeten bepaalde grensoverschrijdende constructies melden, maar die verplichting kan ook bij de belastingplichtige komen te liggen. De meldingsplicht verschuift naar de belastingplichtige als de tussenpersoon geen informatie hoeft te verstrekken, bijvoorbeeld door het verschoningsrecht voor advocaten.
Volgens de staatssecretaris hoeft de belastingplichtige niet te beoordelen of de constructie toelaatbaar is, dat is de taak van de Belastingdienst.
Dat is echter niet helemaal waar. Volgens de richtlijn geldt de meldingsplicht voor ‘mogelijk agressieve belastingstructuren’. Een belastingplichtige moet de voor hem opgezette constructie dus wel degelijk beoordelen, al is het maar op de hoofdpunten.
Accountants
Accountants vallen nu nog buiten de meldingsplicht, omdat zij geen fiscale adviezen mogen geven. De EC wil de meldingsplicht mogelijk uitbreiden tot accountants die de jaarrekening van een belastingplichtige goedkeuren. Die zijn immers door hun werk op de hoogte van de opgezette constructies. Wiebes merkt alleen op dat er over dit soort maatregelen in EU-verband moet worden besloten. Hij zegt niet expliciet dat het kabinet tegen deze uitbreiding zou zijn.
Grens meldingsplicht
In de richtlijn is geen minimumgrens opgenomen voor de melding van een constructie, het kabinet is ook geen voorstander van een grensbedrag. Als de mogelijke belastingbesparing beslissend wordt, kan de meldplicht worden omzeild. Bovendien is het juist bij grensoverschrijdende structuren zeer moeilijk om een minimum bedrag aan belastingbesparing vast te stellen.
Opbrengsten
De staatssecretaris weet niet of het invoeren van de meldingsplicht ook geld gaat opleveren. Hij verwacht dat er aanzienlijke kosten aan verbonden zullen zijn, maar kan hiervan geen schatting geven. Er zal vooral een preventieve werking uitgaan van de meldingsplicht, dus de ‘opbrengsten’ zullen niet meetbaar zijn in geld.
Er moet nog worden vastgesteld welke ‘doeltreffende, evenredige en afschrikkende’ sancties gaan gelden voor het niet voldoen aan de meldingsplicht. Het is echter de vraag of het opleggen van hoge boetes opweegt tegen de kosten van meer controles en een strengere handhaving.