De Turkse president Recep Tayyip Erdogan heeft de Duitse ambassadeur in Ankara op het matje geroepen. Erdogan is kwaad om een satirisch filmpje over hem dat door een Duitse regionale publieke omroep werd uitgezonden.
‘We willen daarmee onze weerstand tegen de uitzending uitspreken’, zegt een bron binnen de Turkse regering tegen persbureau AFP. ‘We eisen dat het filmpje uit de lucht wordt gehaald’.
Belachelijk
In het filmpje ‘Erdowie, Erdowo, Erdogan’ worden de Turkse president en zijn politieke lijn belachelijk gemaakt. Het nummer is een herschreven versie van het bekende nummer Irgendwie, Irgendwo, Irgendwann van de Duitse zangeres Nena. De satirische video maakte onderdeel uit van het Duitse tv-programma Extra 3 op de regionale omroep NDR.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Het noemt onder meer hoe Erdogan de persvrijheid in zijn land afbreekt en ridiculiseert zijn exorbitante uitgaven. ‘Een journalist die iets schrijft wat Erdogan niet wil, zit morgen in de gevangenis,’ is onder meer te horen.
Ook verwijst het nummer naar de militaire campagne die Erdogan voert tegen de PKK met ‘Hij heeft een pesthekel aan de Koerden en bombardeert liever hen dan de religieuze broeders van Islamitische Staat’. De Turkse regering is boos omdat het land volgens Erdogan ‘alleen terroristen’ bombardeert. De PKK wordt in Turkije, evenals in Europa en Amerika, gezien als terroristische organisatie.
Lees ook ‘Stapje voor stapje wordt persvrijheid in Turkije afgebroken’
Journalisten
Turkije ligt onder vuur vanwege de armoedige persvrijheid in het land. De regering van Erdogan heeft in de afgelopen maanden een aantal vooraanstaande (regeringskritische) kranten en persbureaus overgenomen. Ook worden met regelmaat journalisten aangeklaagd die zich kritisch uitlaten over de president.
Het Duitse weekblad Der Spiegel heeft vorige week zijn correspondent uit Istanbul teruggetrokken, vanwege de situatie in het land. Turkije schendt de persvrijheid, vindt het weekblad.
Zaterdag startte het proces tegen de Turkse journalisten Can Dundar en Erdem Gul van de links-seculiere krant Cumhuriyet, waarbij veel buitenlandse pers en diplomaten van verschillende landen aanwezig waren. Ook dit werd niet op prijs gesteld door Erdogan: de diplomaten handelen daarmee buiten hun eigen macht, zei hij.
Spionage
Dundar en Gul staan terecht voor onder meer spionage, omdat ze een verhaal hadden gemaakt over Turkse wapenleveranties aan rebellen in Syrië, die vermoedelijk uiteindelijk bij IS zijn terechtgekomen. Het Turkse Constitutioneel Hof oordeelde eerder dat de arrestatie van de twee een ‘schending van de rechten van journalisten’ was. Ook hier reageerde Erdogan dreigend op: ‘Ik hoop niet dat het Constitutionele Hof nogmaals iets doet dat haar bestaansrecht ter discussie zal stellen’.
De Turkse president maakt werk van mensen die hem publiekelijk bekritiseren, door zich te beroepen op een oud en enigszins controversieel wetsartikel over belediging van het staatshoofd. Sinds augustus 2014 zijn er al bijna 2.000 strafzaken geweest tegen mensen die Erdogan zouden hebben beledigd.