Het is de Turkse president Recep Tayyip Erdogan niet gelukt een spreekverbod af te dwingen tegen Mathias Döpfner, bestuursvoorzitter van het Duitse mediaconcern Axel Springer. Döpfner koos vorige week openlijk partij voor de Duitse komiek Jan Böhmermann, die wellicht wordt vervolgd wegens het beledigen van de Turkse president.
De Duitse rechter heeft de eis dinsdag afgewezen, melden Duitse media.
Vervolging
Volgens de rechter heeft de gedaagde ‘het recht om zijn mening vrijelijk te uiten’. Of Erdogans advocaat Ralf Höcker in beroep gaat tegen de uitspraak is nog onduidelijk. Maandag verklaarde hij in ieder geval de Turkse president te gaan adviseren dat wel te doen als de rechter het verzoek zou afwijzen.
Döpfer, uitgever van onder meer het Duitse weekblad Bild, schreef vorige week een open brief waarin hij zich schaarde achter komiek Jan Böhmermann. ‘Ik vind zijn gedicht geslaagd. Ik heb er hard om moeten lachten,’ schreef hij in Welt am Sonntag. In een naschrift zei hij: ‘Ik sluit me, meneer Böhmermann, voorzichtigheidshalve inhoudelijk geheel en al aan bij uw formuleringen en honende opmerkingen’.
Volgens onze bloggers Afshin Ellian: ‘Inperking van satire leidt het einde in van de vrijheid’
Het Duitse Openbaar Ministerie moet nog bepalen of Böhmermann, die eerder een satirisch gedicht voorlas over de Turkse president, al dan niet vervolgd wordt. In het gedicht noemde de cabaretier Erdogan onder meer een schapen-/geitenneuker en een liefhebber van kinderpornografie.
‘Groepsverkrachting’
Het zou niet de eerste zaak zijn waarin Erdogan gelijk krijgt. Advocaat Höcker verwees maandag naar een gerechtelijke uitspraak die er nu wel ligt tegen filmregisseur Uwe Boll. Hij mag bijvoorbeeld niet meer zeggen dat Erdogan een ‘randdebiel lulletje rozenwater’ is. De veroordeelde moet bovendien de kosten van het proces betalen.
Höcker sprak zich maandag fel uit tegen degenen die zijn cliënt beledigen. ‘Het is net als bij groepsverkrachting,’ zei de advocaat. ‘Als er een is begonnen, kruipen er steeds meer uit hun holen om mee te doen. En helemaal als het slachtoffer zogenaamd niets beters verdiend heeft. We moeten als maatschappij oppassen wanneer de dunne lak van beschaving afbladdert en collectieve ontremming ontstaat’.