Merkel en May praten over Brexit, maar hebben geen haast

Merkel en May hebben beide baat bij een langzame Brexit Foto: AFP

Theresa May, de kersverse premier van Groot-Brittannië, zal vandaag overleg voeren met de Duitse bondskanselier Angela Merkel. Geen van de twee leiders heeft veel haast en het Britse vertrek uit de EU zal nog wel even duren.

Het gesprek tussen May en Merkel gaat op papier vooral over de grote problemen binnen de Europese Unie (EU): de migratiecrisis, de situatie in Turkije en misschien zelfs wel de dreigende bankencrisis in Italië. Beide politici willen echter vooral duidelijkheid van de andere partij over Brexit.

Merkel en May tasten nog even af

Over een ding zijn Merkel en May het in ieder geval eens: Brexit kan wel even wachten. Merkel zei begin juli al dat de machthebbers in Europa tot na de zomer moesten wachten acties en overleg over Brexit. Zij geeft zichzelf tijd om te overleggen met andere centrum-rechtse partijen in Europa. De bondskanselier moet haar acties met betrekking tot het Britse vertrek ook zorgvuldig coördineren om populair te blijven bij het Duitse volk: haar CDU-partij zal het lastig krijgen tijdens de verkiezingen in oktober volgend jaar.

Ook May wil voorlopig nog geen beroep doen op Artikel 50. De voormalige ‘Remain’-campagnevoerder heeft dan wel een kabinet vol met pro-Brexit-ministers aangesteld, maar ziet veel meer in lang overleg en een ‘rationele’ Brexit dan een direct vertrek uit de Unie.

Tijd voor overleg over nieuwe relatie

‘We moeten een succes maken van Brexit en zorgen dat het voor iedereen werkt,’ houdt zij vol. Volgens The Guardian zal May vooral tijd nodig hebben voor overleg met Schotland, Wales en Noord-Ierland. Na de Brexit-stem op 23 juni is het moeilijker dan ook om het Verenigd Koninkrijk verenigd te houden.

May zal waarschijnlijk pas volgend jaar Artikel 50 van het Verdrag van Lissabon inroepen. Dat betekent dat het Britse vertrek uit de EU begin 2019 is voltooid. Eén ding is zeker: de Duitsers wachten nu op May. ‘Groot-Brittannië zou nu duidelijk moeten maken hoe het wil dat de structuur van haar relatie met de EU eruit zal zien.’