De terreurverdachte Salah Abdeslam werkt al twee maanden lang niet mee aan het onderzoek. Sinds begin juli beroept hij zich op zijn zwijgrecht.
Nog altijd weigert hij mee te werken aan iedere ondervraging, meldt persbureau AFP woensdag op basis van gerechtelijke bronnen.
Abdeslam is de hoofdverdachte in het onderzoek naar de terreuraanslagen in Parijs van 13 november. Hij zwijgt al sinds 7 juli, schrijft het Belgische dagblad De Morgen. Zijn advocaat Frank Berton bereidde in diezelfde periode een verzoek voor dat een einde moest maken aan het permanente cameratoezicht waaraan Abdeslam wordt onderworpen.
Radicalen treiterden Abdeslam in gevangenis
De terreurverdachte klaagde al geruime tijd dat er in de gevangenis Fleury-Mérogis, ten zuiden van Parijs, camera’s hangen. Het verzoek werd uiteindelijk verworpen. Andere (radicale) gedetineerden in de gevangenis zouden Abdeslam bovendien treiteren, omdat hij in Parijs besloot zijn bomgordel niet af te laten gaan. Ook zouden zijn medegevangenen boos zijn dat hij eerder informatie had geleverd aan de veiligheidsdiensten.
De onderzoeksrechter zou op 8 juli voor het eerst een proces-verbaal hebben opgesteld, waarin vermeld werd dat Abdeslam weigerde om zijn cel in de gevangenis te verlaten.
Advocaat Berton reageert niet, maar zei eerder dat Abdeslam bleef zwijgen omdat hij geen videobewaking meer wil. Bij zijn eerste ondervragen in mei in Frankrijk weigerde Abdeslam ook al om te praten. Hij werd in maart opgepakt, luttele dagen voor de fatale aanslagen in Brussel, die gepleegd werden door handlangers van hem.