Wantrouwen jegens Turkije bemoeilijkt noodhulp Syrië

Aanhangers van Bashar al-Assad in een buitenwijk van het zwaargetroffen Aleppo. Foto: AFP

Hoopvolle berichten vanuit Syrië, waar de gevechten tussen rebellen en het Syrische regime grotendeels zijn gestaakt na het ingaan van de wapenstilstand. Hulpwerkers komen het land echter, door politiek wantrouwen, niet binnen.

De Verenigde Naties meldt dinsdag dat zo’n veertig vrachtwagens klaar staan om hulp te brengen aan getroffen gebieden in Syrië. Ze hebben de Turkse grens al overgestoken, maar zijn veertig kilometer ten westen van Aleppo tot stilstand gebracht. De konvooien moeten langs allerlei controleposten, van zowel rebellengroepen als het regime, legt een VN-official uit aan Reuters.

Het Syrische staatspersbureau SANA schrijft dat de regering van Bashar al-Assad niet zomaar hulpkonvooien kan toelaten die afkomstig zijn uit Turkije, omdat het onbekend is wat voor goederen in de vrachtwagens zitten. ‘Materialen vermomd als humanitaire hulp kunnen niet zomaar het land binnen, zeker niet van het Turkse regime,’ reageert het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Tekort aan vrijwel alles in verwoest Aleppo
Het Turkije van Recep Tayyip Erdogan is al vanaf het begin van de oorlog in Syrië een fel tegenstander van Assad en vecht pas sinds kort openlijk tegen Islamitische Staat (IS). Het Turkse Rode Kruis bezweert dat de vrachtwagens enkel en alleen hulpmiddelen mee brengen.

De bevolking in Aleppo, ingeklemd tussen rebellengroepen en het Syrische regime, heeft de hulp hard nodig. Er is een groot gebrek aan eten, medicijnen en benzine, volgens de VN.

Lees het commentaar van René van Rijckevorsel: ‘Goed dat afschuw IS Amerika en Rusland in elkaars armen drijft’

Duidelijk minder gevechten in Syrië
VN-gezant Staffan de Mistura beloofde bij de start van de wapenstilstand  ‘een eind aan bommen en meer hulpkonvooien’. De eerste belofte lijkt te worden gehouden door de strijdende partijen. In de 24 uur na het ingaan van het akkoord nam het aantal gevechten en luchtbombardementen sterk af, melden zowel Rusland als Amerika. Er zou op kleine schaal nog wel gevochten worden, door zowel rebellen als het Syrische leger.

Die twee landen hebben beloofd om samen op te trekken in de strijd tegen IS, op de voorwaarde dat de wapenstilstand minimaal een week lang standhoudt. Assad sprak zijn steun uit voor de deal, rebellengroepen waren meer terughoudend. Zij vrezen dat het Syrische regime zich niet aan de afspraken houdt.