Topadviseurs van Donald Trump hadden voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen in november vorig jaar meerdere keren contact met medewerkers van de Russische inlichtingendiensten. De contacten kwamen vorig jaar aan het licht.
Dat melden de Amerikaanse nieuwszender CNN en dagblad The New York Times op basis van bronnen binnen de Amerikaanse inlichtingendiensten en de regering.
Elke week op de hoogte worden gehouden over Trumps Amerika? Meld u nu aan voor onze Amerika-nieuwsbrief! Klik hier>
Alarmbellen gingen af
Zowel Trump als de toenmalige president Barack Obama is over deze contacten ingelicht. De diensten kwamen de communicatie op het spoor in dezelfde periode dat zij erachter kwamen dat Russen computers wisten te hacken van de Democratische partij. Daardoor werden e-mails over Hillary Clintons campagne openbaar. Het is zeker niet vreemd dat campagnemedewerkers contact hebben met buitenlandse overheden. In dit geval gingen toch alle alarmbellen af.
Dat had te maken met de frequentie van de gesprekken en het feit dat Trumps belangrijke adviseurs ermee te maken hadden. Om welke adviseurs gaat het? CNN noemt Michael Flynn – Trumps veiligheidsman die maandag opstapte nadat hij vicepresident Mike Pence had misleid over zijn contacten met Rusland – maar ook Paul Manafort, Trumps ex-campagneleider.
Gevraagd naar een reactie zegt Manafort de aantijgingen ‘absurd’ te vinden. ‘Ik heb geen idee waarover dit gaat. Voor zover ik kan weten heb ik nooit gesproken met Russische inlichtingenfunctionarissen. Ik was nooit betrokken bij zaken die iets met de Russische regering of het Poetin-bewind van doen hebben,’ zegt hij. De tv-zender rept ook over Roger Stone – eveneens iemand die dichtbij de Amerikaanse president staat. Wat er precies is besproken tijdens de afgetapte telefoongesprekken is (vooralsnog) onduidelijk. Eerder ontkende Trump nog in alle toonaarden dat dit soort contacten bestonden.
‘Onvolledig’ geïnformeerd
De Amerikaanse vicepresident Mike Pence ontdekte pas vorige week dat hij was misleid door de toenmalige nationale veiligheidsadviseur Michael Flynn. Andere functionarissen in het Witte Huis waren twee weken eerder al bijgepraat over de kwestie, schreef de Amerikaanse krant The Washington Post gisteren. Flynn diende maandag zijn ontslag in nadat bleek dat hij Pence niet de waarheid had verteld over zijn contacten met de Russische ambassadeur in de Verenigde Staten.
De twee zouden nog voor de inauguratie van Trump hebben gesproken over de Amerikaanse sancties tegen Rusland. Pence ontdekte volgens zijn woordvoerder op 9 februari dat hij ‘onvolledig’ was geïnformeerd door Flynn, die aanvankelijk beweerde dat de sancties niet ter sprake waren gekomen. Dat is opvallend, omdat Trump vorige maand al was gewaarschuwd dat de topadviseur toch over de strafmaatregelen had gesproken.