Bij het natuurgeweld in de Colombiaanse stad Mocoa zijn afgelopen weekeinde minstens 43 kinderen omgekomen. In totaal zijn tot nu toe 254 mensen omgekomen.
De Colombiaanse president Juan Manuel Santos maakte deze cijfers bekend. De president bezocht gisteren het rampgebied in het zuiden van Colombia. Mocoa, de hoofdstad van het departement Putumayo, werd afgelopen weekeinde getroffen door hevige modderstromen, die op gang kwamen na overvloedige regenval vrijdag. Toen de rivieren buiten hun oevers traden, ging het heel snel. De modder overspoelde complete huizen; ook zijn woningen meegetrokken in de stroom. Meer dan duizend inwoners verloren hun huis.
Zoektocht naar overlevenden
Sinds zaterdag wordt in de modder gezocht naar overlevenden. De verwachting is dat het dodental nog verder zal oplopen. In het gebied is nu geen stroom, ook is er gebrek aan water en voedsel. Volgens de burgemeester van Mocoa ontbreekt het ook aan locaties om dodelijke slachtoffers onder te brengen. ‘We moeten de slachtoffers zelf bergen, en ik verwacht er nog meer,’ zei hij tegen persbureau Reuters.
De politie laat weten dat de belangrijkste toegangsweg naar Mocoa door het natuurgeweld onbruikbaar is. De ziekenhuizen zijn overvol, omdat er voortdurend gewonden worden binnengebracht.
Wederopbouw
De Colombiaanse president heeft de noodtoestand uitgeroepen. Santos zei dat in de nacht van vrijdag op zaterdag 130 millimeter regen is gevallen. ‘Dat is 30 procent van de regen die gewoonlijk in een maand valt,’ aldus de president. Ruim 1.100 militairen en politiemensen zijn ingezet bij de reddingswerkzaamheden en het zoeken naar vermiste inwoners van Mocoa.
De Colombiaanse president beloofde de getroffenen een snelle wederopbouw van hun huizen. Getroffen inwoners krijgen een tegemoetkoming van omgerekend 5.600 euro per familie.