De Syrische dictator Bashar al-Assad lijkt weer steeds steviger in het zadel te zitten. Hij durft het zelfs aan om een islamitische gebedsdienst ter ere van het Suikerfeest bij te wonen in Hama, op zo’n 200 kilometer van de hoofdstad Damascus.
Op de Syrische staatstelevisie is te zien hoe hij gebeden prevelt in de grote moskee van de stad, vlak achter de imam, naast andere geestelijken, met achter hem een groot aantal gelovigen.
Enorm bloedbad
De imam zou volgens het Syrische staatspersbureau SANA hebben gezegd dat Assads aanwezigheid aantoont dat het land nog maar een paar stappen is verwijderd van de overwinning, en de terugkeer van de veiligheid in het land. Dat Assad in Hama is, is ook pikant: het is de stad waar zijn vader Hafiz in 1982 een enorm bloedbad aanrichtte.
Assad zat lange tijd ernstig in de verdrukking door de opmars van zijn gewapende tegenstanders – die steun kregen van de Amerikanen – en het zich uitdijende IS-kalifaat. Door de opstand in 2011 en de daaruit voortvloeiende burgeroorlog zat de Syrische president lange tijd gekluisterd aan zijn bureau in Damascus, waarvandaan hij de operaties leidde tegen de rebellen en terroristische groeperingen.
Zo kon hij sinds het begin van de gewelddadigheden Hama niet meer bezoeken. Vorig jaar bracht hij wel een bezoek aan het eerder veroverde Homs. Maar die stad ligt een dichter bij Damascus.
Met hulp van Rusland
De rebellen hebben sinds 2015 veel terrein moeten prijsgeven, vooral omdat Rusland het Syrische regime militaire bijstand geeft. Op de grond zijn het de Iraniërs die hun sjiitische milities laten vechten tegen Assads vijanden. Het leidde tot klinkende zeges in de strategisch belangrijke steden Aleppo en Palmyra.
Dat betekent niet dat de oorlog spoedig zal eindigen. In maart naderden de rebellen Hama tot op een paar kilometer, meldt persbureau Reuters. Uiteindelijk werden zij na stevige gevechten teruggedrongen. Aanzienlijke delen van Syrië zijn nog altijd in handen van de anti-Assad-strijders.