De Britse minister van Binnenlandse Zaken Amber Rudd heeft zondagavond onverwacht haar ontslag ingediend. Rudd lag de laatste tijd onder vuur wegens het zogenoemde Windrush-schandaal.
De Windrush-generatie is een groep mensen uit onder meer de Caraïbische gebieden die tussen 1948 en 1971 naar het Verenigd Koninkrijk kwamen en nu moeten bewijzen dat zij legaal in het land verblijven. Velen van hen wonen al decennia in Groot-Brittannië.
Rudd, bekend om haar strenge aanpak van illegale immigranten, geeft maandag tekst en uitleg over haar vertrek. Premier Theresa May heeft het ontslag geaccepteerd.
Het afscheid van Europa nadert, maar geen Brit weet hoe het verder moet:
Tijdens een parlementair verhoor ontkende Rudd afgelopen week dat er ‘targets’ bestaan voor het uitzetten van illegalen. In de dagen erna kwam dagblad The Guardian met bewijs dat de bewindsvrouw er wel van op de hoogte was en dus had gelogen. Rudd was sinds juli 2016 minister van Binnenlandse Zaken.
Opnieuw gezichtsverlies voor May
Het schandaal betekent opnieuw gezichtsverlies voor May, die twee weken eerder al haar excuses moest aanbieden. Toen bleek dat het ministerie van Binnenlandse Zaken tientallen immigranten ten onrechte een brief had gestuurd waarin staat dat ze het land moeten verlaten. ‘Deze brieven hadden nooit mogen worden verstuurd,’ zei de bewindsvrouw in een reactie.
Door de harde lijn in de immigratiepolitiek de afgelopen jaren verloren veel immigranten banen, huizen en recht op gezondheidszorg, terwijl ze daarop wel recht hadden. Zo noemt Trouw het voorbeeld van de 63-jarige Albert Thompson, die al 44 jaar in Londen woont, maar geen (gratis) kankerbehandeling in een staatsziekenhuis kreeg, omdat zijn papieren niet in orde waren. Hij kon pas worden behandeld na betaling van 54.000 pond.
Lees ook deze column van Jelte Wiersma: ‘De Britten zijn al 500 jaar tegen een verenigd Europa’
‘Targets’ waren ‘ambitieus maar haalbaar’
Hoewel het probleem maandenlang door de Britse pers is beschreven en er volop klachten waren binnengekomen op het departement, hield Rudd vol niets te hebben geweten. Maar toen een brief aan May uitlekte waarin ze schreef dat de ‘targets’ ‘ambitieus maar haalbaar’ waren, werd haar vertrek onontkoombaar.
Rudd is het vierde lid dat opstapt uit het inmiddels zwaar gehavende kabinet van May. Zo stapte minister van Defensie Michael Fallon in november vorig jaar op te midden van de #MeToo schandalen omdat hij zijn hand op het bovenbeen van een journaliste had gelegd in 2002.
Geheime ontmoetingen en pornoschandaal
Minister van Ontwikkelingssamenwerking Priti Patel diende zeven dagen na Fallons vertrek ook haar ontslag in toen bleek dat ze geheime ontmoetingen had gehad met Israëlische ministers, mensen uit het bedrijfsleven en een senior-lobbyist.
Vicepremier Damian Green stapte in december op na het verschijnen van een onderzoeksrapport over een pornoschandaal waarin hij verwikkeld was geraakt. Twee oud-politieagenten verklaarden dat de politie in 2008 bij een onderzoek naar regeringslekken porno op Greens werkcomputer in het Lagerhuis had aangetroffen. Ook zou de vicepremier ongewenste seksuele avances hebben gemaakt naar een jonge vrouw.
De vertrekreeks is extra pijnlijk voor May omdat ze tijdens de verkiezingscampagne juist een ‘sterk en stabiel’ kabinet beloofde.
Lees ook deze column van Afshin Ellian: Britse les: een politicus moet nooit gokken