De tussentijdse verkiezingen op 8 november zouden een gelopen race moeten zijn voor de Republikeinen. President Joe Biden is niet populair. Maar voorganger Donald Trump domineert het nieuws en helpt met zijn gedrag de zwalkende Democraten.
Met een donderende toespraak van bijna twee uur eiste de Amerikaanse oud-president Donald Trump tijdens het Labor Day–weekeinde begin september de hoofdrol op bij een grote verkiezingsbijeenkomst in battleground state Pennsylvania. Hij noemde president Joe Biden een vijand van de staat, deed zijn beklag over de ‘gestolen’ presidentsverkiezingen van 2020, en bestempelde de recente FBI-inval in zijn huis als een van de grofste voorbeelden van staatsmachtsmisbruik in de Amerikaanse geschiedenis.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Trump zelf staat bij midterm elections – de tussentijdse verkiezingen in november – niet op het stembiljet. De Republikeinse kandidaten die in Pennsylvania wél verkiesbaar zijn, kwamen slechts kort aan het woord. Het illustreert de ongebruikelijke campagne van de Republikeinen. De tussentijdse verkiezingen zijn dit jaar geen referendum over de zittende president, maar een schaduwverkiezing tussen Joe Biden en Donald Trump.
Halverwege de eerste termijn een stevige draai om de oren
Amerikanen gaan elke twee jaar naar de stembus, dus de tussentijdse verkiezingen zijn reguliere verkiezingen. Zij kiezen dan het volledige Huis van Afgevaardigden, eenderde van de Senaat, en talloze functionarissen in staten en steden – van gouverneur tot gemeenteraadsleden. Maar omdat deze verkiezingen zich halverwege een presidentiële ambtstermijn afspelen, worden zij altijd ‘tussentijds’ genoemd.
Toch gaat altijd de meeste aandacht uit naar de president. Amerikanen kunnen voor het eerst sinds zijn aantreden een electoraal oordeel over hem vellen door parlementskandidaten van zijn partij te steunen of af te wijzen. Meestal krijgen presidenten halverwege hun eerste termijn een stevige draai om de oren. Negen van de tien directe voorgangers van Biden verloren halverwege hun eerste termijn zetels in het Huis van Afgevaardigden, en in zes gevallen verzwakte hun positie in de Senaat. Als de president hierdoor ook nog eens zijn meerderheid verliest in Huis of Senaat, wordt het voor hem veel lastiger om het land te besturen en zijn achterban tevreden te houden.
De Republikeinse partij staat er goed voor
De Republikeinen hebben dit jaar een ijzersterke uitgangspositie, want Biden steunt op flinterdunne meerderheden. Zijn Democratische Partij heeft in het Huis 222 zetels, terwijl er voor een meerderheid 218 nodig zijn. In de Senaat hebben de Democraten – met steun van twee onafhankelijke Senatoren, onder wie Bernie Sanders – 50 zetels, net zoveel als de Republikeinen. Maar omdat vicepresident Kamala Harris ook voorzitter is van de Senaat, en haar stem bij het staken van de stemmen de doorslag geeft, zijn de Democraten daar in feite de meerderheidspartij.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen