Koninklijk paar bezoekt door Nederlanders gesticht Albany: wat is dit voor een stad?

11 juni 2024Leestijd: 9 minuten
Albany is de hoofdstad van de staat New York. The Egg State Theater is links op de foto te zien. Beeld: ANP

Het koninklijk paar haalt deze week de banden aan met de Verenigde Staten. Ze worden er ontvangen door twee totaal verschillende steden: Savannah, de mooiste stad van het land en Albany, precies vierhonderd jaar geleden door Nederlanders gesticht. Oud-hoofdredacteur Arendo Joustra bezocht beide steden en beschrijft waarom ze zo bijzonder zijn. Vandaag: Albany.

Nederlanders mogen graag lachen om onwetende Amerikanen die denken dat Kopenhagen de hoofdstad is van Nederland. Maar hoeveel Nederlanders weten op hun beurt dat Albany de hoofdstad is van de machtige staat New York? Nog minder zullen weten dat deze stad, een kleine 3 uur rijden ten noorden van New York City, dit jaar precies vier eeuwen geleden is gesticht door Nederlanders, waarmee het een van de oudste steden in de Verenigde Staten is die door Europeanen is gesticht en nog steeds bestaat.

Die vroege Nederlandse pleisterplaats heette Fort Orange en rondom ontstond een dorpje dat toepasselijk Beverwijk werd genoemd. Destijds verdienden de Nederlanders goud geld met de handel in beverhuiden, die van de Indianen werden gekocht. Het feest duurde veertig jaar, tot 1664, toen de Engelsen de Nederlandse kolonie (Nieuw-Nederland) overnamen. Fort Orange en Beverwijk gingen Albany heten en Nieuw-Amsterdam werd New York.

Wat voor een stad treffen koning Willem-Alexander en koningin Máxima aan als ze Albany woensdag 12 juni bezoeken?

Engelse arbeidersstad

Vandaag de dag lijkt Albany nog het meest op een Engelse arbeidersstad, met meer pubs dan winkels. De stad ligt met de rug naar de fraaie rivier de Hudson, genoemd naar de Engelsman die deze waterweg in 1609 in dienst van de Nederlanders ‘ontdekte’. De stad oogt verder alsof die een decennium geleden is gebombardeerd. Overal zijn lege plekken tussen de gebouwen. Eens moeten hier huizen of kantoren hebben gestaan, maar de lege ruimtes zijn nooit herbouwd en doen nu dienst als parkeerterrein waar je voor 20 dollar een hele dag kunt staan.

Nee, downtown Albany oogt niet gezellig. Kroegen ja, maar nauwelijks winkels of restaurants. De stad telt nog geen 100.000 inwoners, tienduizenden minder dan honderd jaar geleden. Dat is veelzeggend. ‘De witte vlucht’, noemen de Albanians dit. De ambtenaren van de staat New York die in de hoofdstad Albany werken, wonen in de groene buitenwijken. In het weekeinde oogt downtown Albany helemaal desolaat. De winkels en restaurants zijn dan dicht, de parkeerterreinen zijn leeg, en daklozen, bedelaars en verslaafden bevolken de binnenstad dan nog meer dan ze op doordeweekse dagen doen.

De roman Ironweed van de in Albany geboren William Kennedy beschrijft het leven van deze mensen. Kennedy heeft zijn verhaal, dat in 1984 met een Pulitzer Prize werd bekroond, gesitueerd in de jaren dertig, maar aan het leven van de daklozen op straat en in de afbraakpanden lijkt weinig veranderd. ‘Mobiele arbeiders’, noemt Kennedy’s hoofdpersoon Francis Phelan zijn lotgenoten in de roman.

Weinig straatbewoners

Het koninklijk paar zal weinig van deze straatbewoners zien. Toen de toenmalige gouverneur van New York, Nelson Rockefeller, in 1959 Willem-Alexanders moeder Albany liet zien, schrok hij zo van de aanblik van zijn eigen hoofdstad, dat hij hele wijken liet afbreken en een hoop marmer liet aanrukken. Deze woestijn van steen heet nu Empire State Plaza en oogt als lelijk broertje van de Braziliaanse hoofdstad Brasilia, inclusief het gebogen beton, dat in Albany een theater omvat dat The Egg wordt genoemd.

Het plein zelf, waaraan de kantoren van de staat New York liggen zoals in Brasilia de ministeries, oogt zowel ’s avonds als overdag leeg. Het leven speelt zich ondergronds af, in een brede gang waar de ambtenaren van de staat tussen de middag hun lunch nuttigen en ook toegang hebben tot een reeks parkeergarages. Noodzaak om de neus even buiten de deur te steken, is er niet. Dit gedrag wordt bevorderd door de behoefte van Amerikanen aan een constante temperatuur – zowel in de winter, die hier zo koud kan zijn dat zelfs de rivier bevriest, als in de zomer, wanneer de thermometer zonder veel moeite ver boven de 30 graden komt.

Ticker-tape parade

De 21-jarige prinses Beatrix was in 1959 op bezoek bij Rockefeller omdat het 350 jaar geleden was dat Henry Hudson het gebied ‘ontdekte’. Net als in 1909 werd dat groots gevierd en Beatrix kreeg in de stad New York zelf een ticker-tape parade: een rondrit door de stad in een open auto, waarbij je wordt bedolven door papiersnippers die hoog boven je uit de ramen van de kantoorgebouwen worden gegooid – een eer die slechts voor weinigen is weggelegd.

Beatrix’ grootmoeder koningin Wilhelmina deed in juli 1942 Albany aan. Ze bezocht de eerste kerk van de stad, opgericht in 1642. Niet dat het Nederlandse, gereformeerde kerkje toen nog als gebouw bestond. Ze bezocht de editie uit 1799, met een zandloper op de preekstoel om de dominee eraan te herinneren dat zijn schaapjes niet de hele dag de tijd hadden voor de preek. Die preekstoel is toevallig wel de oudste in de Verenigde Staten en dateert uit 1656.

Teddy Roosevelt

In de kerk wijst de koster zijn bezoeker de plek aan, waar op de derde rij gouverneur Teddy Roosevelt altijd met zijn gezin zat als hij op zondag in de stad was. Roosevelt, wiens voorouders uit Zeeland kwamen, is een van de vele beroemde gouverneurs die de staat New York heeft voortgebracht. Vier brachten het tot president. Naast Teddy Roosevelt zijn dat achtereenvolgens Martin van Buren, die thuis nog Nederlands sprak, Grover Cleveland en Teddy’s neefje Franklin D. Roosevelt, de langstzittende president uit de geschiedenis van de Verenigde Staten (twaalf jaar). Zes werden vicepresident. Andere bekende gouverneurs zijn Thomas E. Dewey, W. Averell Harriman en Mario Cuomo.

De huidige gouverneur van New York, nummer 57, heet Kathy Hochul (65) en is de eerste vrouw die deze post vervult. Ze is lid van de Democratische Partij, net als de burgemeester van Albany, de tweede Kathy van de stad. Kathy Sheenan (60) is ook de eerste vrouw in haar baan.

Gouverneur Kathy ontvangt het koninklijk paar in haar residentie, de Executive Mansion, in 1856 gebouwd voor een bankier. Net als het even verderop gelegen Schuyler Mansion uit 1763 ligt het gebouw in een buurt waar de brave burgers van de stad niet dood of levend willen worden gevonden. In de zeventiende eeuw was deze grond in handen van de Gereformeerde Kerk en werd het als weiland gebruikt door de inwoners van Beverwijk. Maar toen Albany in de negentiende eeuw moest uitbreiden om de vele immigranten uit Ierland, Duitsland en Italië te huisvesten, werden hier goedkope woonkazernes neergezet.

De immigranten zijn al lang geleden verder getrokken. Als je door je oogharen kijkt, zie je, met enige welwillendheid, aan de randen van dit gebied, South End genaamd, nog wel de schoonheid van de inmiddels dichtgespijkerde winkelgevels. Het is zo’n buurt waar anderen alleen met de ramen dicht doorheen rijden, hoewel er geen enkele noodzaak is om hier te komen – behalve dan woensdag 12 juni om het koninklijk paar te ontmoeten.

Alexander Hamilton

Niet alleen in de residentie van de gouverneur is een ontvangst. Er is ook een bijeenkomst van het paar in het nabijgelegen huis van generaal Philip Schuyler (1733-1804), wiens verre voorvader in Nederland is geboren, maar die bij de Amerikanen vooral bekend is vanwege zijn rol in de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783). Inmiddels is Schuyler nog bekender geworden door het grandioze succes van de musical Hamilton, die is genoemd naar zijn schoonzoon Alexander Hamilton, een van de grondleggers van de Verenigde Staten. Schuylers dochter Elizabeth trouwde op 14 december 1780 in haar ouderlijk huis met Hamilton.

Het koninklijk paar bevindt zich woensdag in het Schuyler Mansion, dus op historische grond, als het hier samen de gouverneur en andere politici van de staat New York spreekt met Amerikaanse jongeren over klimaat en een gezonde leefomgeving. Net als in Nederland is er flink discussie over standbeelden voor hen die slavenhouders en -handelaren waren. Vorig jaar is daarom een beeld van Schuyler verwijderd dat sinds 1925 op een kleine rotonde voor het stadhuis van Albany stond, omdat een aantal ambtenaren aanstoot aan het beeld nam.

Het standbeeld is opgeslagen en zal, zo klinkt het hoopvol, later in een stadspark herrijzen met een verklarend bord waarvoor op de kleine rotonde midden op de drukke weg geen plaats was.

De fan van generaal Schuyler die honderd jaar geleden het beeld liet plaatsen, had in het fundament een koperen kist geplaatst met brieven, kranten, papiergeld, munten, foto’s, plattegronden, postzegels, ansichtkaarten, en nog zo wat. Al deze voorwerpen uit deze tijdcapsule zijn nu tentoongesteld in drie grote zalen van het sympathieke Albany Institute of History and Art.

De echtgenote van generaal Schuyler kwam uit een familie die zeker zo aanzienlijk was als die van hem. Catherine was de dochter van Johannes van Rensselaer, een nazaat van Kilian van Rensselaer. Deze Amsterdamse juwelier en zakenman was in 1621 een van de oprichters van de West-Indische Compagnie en een van de Heren XIX die de directie vormden. Hij bemachtigde een enorm gebied in Amerika rond wat nu Albany heet. De Amerikaanse historici spreken van een miljoen acres (400.000 hectares). Nederlandse bronnen zijn wat preciezer en houden het op een landgoed van 40 bij 65 kilometer, een kolonie in een kolonie als het ware. Toegewezen aan Van Rensselaer en zogenaamd gekocht van de Mohikanen en de Mohawks.

Fort Orange

Van Rensselaer is zelf nooit in Amerika geweest. Hij verbleef liever op zijn buitenplaats Crailo in Huizen. Het beheer van zijn private kolonie liet hij over aan zijn zoon Jeremias van Rensselaer. Hij is dan ook de stamvader van de Amerikaanse tak van de familie Van Rensselaer, naar wie verschillende steden zijn vernoemd, onder meer de stad die aan de andere kant van de Hudson tegenover Albany ligt.

Van Fort Orange, waar de geschiedenis van Albany in 1624 begon, is weinig meer te zien en de Koning kan de vesting die naar zijn familie is vernoemd dan ook niet bezoeken. De locatie ligt slechts 10 minuten lopen naar het noordoosten vanaf Schuyler Mansion, maar het enige wat je ziet zijn grote betonnen olifantspoten, die hoog in de lucht het klaverblad dragen van de kruising van twee snelwegen, de Interstate 787 en Highway 20.

Dr. Charles Gehring

Verdrietig over zoveel ahistorisch besef van de wegenbouwers en hun opdrachtgevers schudt de 85-jarige dr. Charles Gehring, directeur van het New Netherland Research Center, zijn hoofd. Gelukkig is er in de jaren zeventig nog wat archeologisch onderzoek gedaan om de precieze locatie van het fort vast te stellen. Maar toen kwamen de betonmolens. Zoals op vele plekken in Albany waar niets meer te zien is, staat er wel een keurig bord om aan te geven wat voor schoons er eens was, zoals een diva graag foto’s laat zien van hoe mooi ze vroeger straalde.

Wat de fysieke ruimte ontbeert, poogt Gehring al een halve eeuw goed te maken door het vertalen van geschriften uit de periode dat de Nederlanders hier de baas waren. Dat doet hij al sinds 1974. En de goedlachse Gehring gaat nog zeker een jaar door. Vrijdag 7 juni was er een gala in Albany om zijn werk van de afgelopen vijftig jaar (!) te eren. En terecht, want hij heeft duizenden pagina’s zeventiende-eeuws Nederlands getranscribeerd en vervolgens naar het Engels vertaald.

Er liggen nog vele duizenden pagina’s te wachten. Een monnikenwerk, al past het beeld van een monnik niet zo goed bij Gehring, die getrouwd is en Italiaanse en Duitse voorouders heeft.

Gehring leest en spreekt niet alleen zeventiende-eeuws Nederlands. Soms lijkt hij ook nog in die tijd te leven. Als een afspraak voor 13 mei wordt gemaakt, is zijn eerste reactie dat dit de sterfdag is van Johan van Oldenbarnevelt (in 1619). En op zijn werkkamer hangt een portret van Michiel de Ruyter, zijn grote held.

In het programma van het koninklijk paar staat geen ontmoeting met Gehring gepland. De historie van Nieuw-Nederland komt in New York City aan bod, waar Russell Shorto – auteur van de bestseller The Island at the Center of the Word, over de korte tijd dat New York nog Nieuw-Amsterdam heette – het echtpaar zal rondleiden. Het boek van Shorto, die Gehring vrijdag 7 juni op het gala toesprak, leunt deels op het werk van Gehring. Zo is die er toch nog een beetje bij.

Schrijf u in voor onze Amerika-nieuwsbrief

Blijf altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in Washington D.C. en de Verenigde Staten met de gratis nieuwsbrief American Dreamers.

Arendo Joustra
Arendo Joustra (1957) was van 1 januari 2000 tot en met 31 december 2023 hoofdredacteur van EW.
Lees meer
Arendo Joustra