Waarom de wereld minder gewelddadig is geworden

Er is steeds minder oorlog en moord. Schoorvoetend wordt de mens beschaafder. Kanttekeningen bij een bloedige zomer.

De wereld staat in brand. Gaza, Irak, Syrië, Oost-Oekraïne, de islamitische terreur van IS en Boko Haram, het neerschieten van MH17, genocide op de Jezidi’s – het bloed spat van het beeldscherm. Het lijkt alsof er meer conflicten zijn dan ooit, die ook nog eens weerzinwekkender worden.

Vredelievender

Onderzoekers komen echter tot het inzicht dat de mens voortdurend vredelievender wordt. Natuurlijk zijn we in aanleg wraakzuchtig en wreed, hoewel de bewering van Bert Haanstra in de film Bij de beesten af (1972) dat de mens het enige dier is dat oorlog voert, onzin is: niet alleen mieren voeren doorlopend oorlog met andere stammen, ook andere dieren doen dit, waaronder onze naaste verwant, de chimpansee. Zoals primatoloog Frans de Waal altijd betoogt: dieren en mensen zijn zowel agressief en xenofoob als meevoelend en sociaal.

Homo sapiens slaagt er steeds beter in, stelde socioloog Norbert Elias in Het Civilisatieproces (1982), om de kwade krachten in zichzelf te beteugelen. Als gevolg daarvan neemt het geweld op straat af, net als het aantal verkrachtingen, het aantal oorlogen en de smerigheid daarvan. Wie bereid is zich hiervan te laten overtuigen, kan op internet zoeken naar de Human Security Reports, die de universiteit van British Columbia (Canada) jaarlijks publiceert. Of het boek aanschaffen van de Canadees-Amerikaanse geleerde Steven Pinker uit 2011 (The Better Angels of Our Nature).

Vooruitgang

Interessanter dan de vraag of het zo is, is waardoor het komt. Een eenduidig antwoord is er niet, of het moet ‘vooruitgang’ luiden. Vrijwel alles wordt in de loop van de evolutie en geschiedenis beter (met af en toe een kleine terugval). Geweld vormt geen uitzondering op die optimistische hoofdwet.

Waarom? Er zijn legio verklaringen aangevoerd. Daar zitten verrassende bij. Diverse onderzoekers wijzen erop dat mensen door het lezen van romans hebben geleerd om zich in de ander te verplaatsen. Zo heeft De negerhut van Oom Tom van Harriet Beecher Stowe uit 1852 een grote rol gespeeld in de afschaffing van de slavernij. Een andere verklaring is de toegenomen hygiëne: de ander is minder weerzinwekkend geworden.

De staat

Het ontstaan van de staat wordt door bijna alle deskundigen als cruciaal beschouwd. In primitieve samenlevingen stierven vijftig maal zoveel mensen door oorlog, moord en doodslag. Analyse van prehistorische begraafplaatsen, maar ook observaties bij huidige gemeenschappen van jagers annex verzamelaars leren dat bij hun oorlogen 20 tot 60 procent van de bevolking stierf, terwijl het aantal slagvelddoden in de twintigste eeuw minder dan 1 procent vormde van de oorlogvoerende volkeren. Voor er staten bestonden, vochten hele dorpen en volken met elkaar, daarna is het uitbesteed aan legers.

Toen gedurende de afgelopen eeuwen feodale gebieden in grote koninkrijken veranderden, werd het centrale gezag sterker en nam het onderlinge geweld af. Zo voerden in de vijftiende eeuw Delfshaven (nu een wijk van Rotterdam) en Rotterdam oorlog, net als andere steden. In de geschiedenisboeken wordt dit eufemistisch aangeduid als Hoekse en Kabeljauwse twisten, maar het was toch heus oorlog: inclusief uithongering en platbranden van steden.

Rationaliteit

In het Europa van de zeventiende en achttiende eeuw deed vervolgens rationaliteit haar intrede. Dan hoef je een tegenstander niet meer de hersens in te slaan: je kunt hem met argumenten verslaan. Rede is de bondgenoot van zelfbeheersing, de drijfveer van het civilisatieproces. Als gevolg daarvan ontstonden er in Europa en de Verenigde Staten protestbewegingen tegen slavernij, duelleren, martelen, mensenoffers, vierendelen, radbraken en wreedheid tegen dieren, kinderen en vrouwen.

De Amerikaanse psycholoog Abraham Maslow (1908-1970) stelde halverwege de twintigste eeuw een piramide van behoeften op. Onderop eten en drinken, daarboven veiligheid, vervolgens vriendschap en liefde, enzovoorts. De mensheid beklimt de piramide en wordt onderweg fatsoenlijker. Het is wat Bertolt Brecht bedoelde met ‘Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral’. Een ontwikkeling die organisatiepsycholoog Geert Hofstede als feminisering heeft aangeduid. Bij deze theorie hoort dat geweld (een demonstratie van mannelijkheid) als achterhaald wordt gezien.

In 1950 schreef president Harry Truman nog aan een recensent van The Washington Post (die iets onaardigs had beweerd over de zangkunsten van Trumans dochter) dat wanneer hij de criticus zou tegenkomen deze een nieuwe neus, veel biefstuk voor op zijn blauwe ogen en een suspensoir nodig zou hebben. Het is ondenkbaar dat Obama dreigt iemand vol in het kruis te schoppen.

Watjes

West-Europeanen zijn zo afkerig van geweld geworden dat zelfs de vraag of ouders hun kind een tik mogen geven, tot felle polemieken leidt. Het is daarom dat ze in het Rusland van Poetin (die het goed met Truman zou hebben kunnen vinden) westerlingen watjes vinden. Onze voorouders zouden het daarmee eens zijn geweest. In vroeger tijden betoogden denkers dat een oorlog het beste in mensen naar boven haalt (en wellicht hadden ze daarin nog een beetje gelijk ook). ‘Oorlog is het leven zelf,’ schreef Emile Zola. ‘Oorlog is noodzakelijk voor de vooruitgang van de mensheid,’ meende Igor Strawinsky.

Ook handel voorkomt oorlog. Zoals de Amerikaanse wetenschapsschrijver Robert Wright opmerkte: ‘Een van de redenen om de Japanners niet te bombarderen, is het feit dat ze mijn auto hebben gemaakt.’ Mensen die wat van elkaar willen, zijn beleefd, anders duperen ze zichzelf. Na al die propaganda dat grootindustriëlen (‘handelaren in de dood’) zoveel geld verdienen aan oorlog dat ze er daarom achter de schermen op aansturen, is het wel amusant te vernemen dat kapitalisme juist de vrede bevordert.

De wereld is kosmopolitischer geworden. Veel mensen voelen zich door al dat reizen, de televisie en Facebook niet alleen deel van een etnische of religieuze groep maar ook wereldburger. Daardoor is er meer empathie voor mensen die er anders uitzien en andere gebruiken hebben.

Islam

Gaat het civilisatieproces ook op voor islamitische terroristen? Tja, dat weet niemand. Bemoedigend is wel dat er ook in het verleden altijd groeperingen zijn geweest die geen enkel ontzag hadden voor het leven van de ander, maar dat deze na verloop van decennia altijd uitdoofden. Ze krijgen ruzie, hun principes verwateren, hun volgelingen worden wijs. Terrorisme lijkt aanvankelijk te lonen maar loopt uiteindelijk toch dood. Met andere woorden, het mag tijdens deze bloedige zomer ongeloofwaardig overkomen, maar het is een feit: er zijn steeds minder oorlogen. Ze maken minder slachtoffers (zeker als wordt gecorrigeerd voor de omvang van de wereldbevolking) en ze worden humaner. Israël mag in Gaza veel burgers hebben gedood (alhoewel door de fog of war onduidelijk is of dit echt allemaal burgers waren), feit is dat het in de militaire geschiedenis nog nooit is voorgekomen dat een leger opbelt alvorens te bombarderen.

Dat is toch een andere aanpak dan die van de hertog van Alva in 1572 nadat hij Naarden had ingenomen: hij liet de hele mannelijke bevolking ombrengen. De Griekse strijdheer Agamemnon legde drieduizend jaar geleden aan koning Menelaos uit wat hij met het vijandige Troje ging doen: ‘Zelfs baby’s in de baarmoeder mogen niet in leven blijven. Het hele volk moet worden uitgeroeid, er mag niemand overblijven die aan hen denkt en een traan zal laten.’