Sinds het begin van het staakt-het-vuren in Oost-Oekraïne vorige maand zijn er minstens 331 doden gevallen in de regio. Ook worden er nog steeds op grote schaal mensenrechten geschonden.
De Oekraïense overheid en de gewapende separatisten kwamen op 5 september tot een wapenstilstand. Sinds de start van het staakt-het-vuren kwamen er in de regio alsnog 331 mensen om het leven. Dit staat gelijk aan ongeveer tien doden per dag. Dat staat in een rapport dat de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN woensdag uitbracht.
Doden
Met dit aantal staat het totale aantal geregistreerde doden in het conflict op minstens 3.600 sinds april, vertelt Gianni Magazzeni, woordvoerder van de Mensenrechtencommissie van de VN, tijdens een persconferentie in Genève. Dit zijn zowel militairen als burgers.
De meeste burgerdoden zijn gevallen tijdens willekeurige beschietingen van woonwijken door zowel pro-Russische separatisten als militaire strijdkrachten..
Daarnaast kreeg de VN meldingen van massagraven waar honderden lijken in zouden liggen. Gewapende rebellen in Oekraïne hadden eind september al melding gemaakt van massagraven met meer dan vierhonderd lijken, maar de veiligheidssituatie zou voor de VN te precair zijn geweest om daar concreet bewijs voor te verzamelen.
De Mensenrechtencommissie meldt in het rapport ook dat het de uitwisseling van zware wapens, tanks en vuurwapens in sommige gebieden in het oosten van Donetsk en Loehansk tijdens de wapenstilstand gewoon doorgaat.
Mensenrechten
Het aantal doden is wel gedaald met de invoer van het staakt-het-vuren, maar volgens Magazzeni vinden er nog steeds op grote schaal mensenrechtenschendingen plaats: ‘de separatisten blijven de bevolking terroriseren’ in de gebieden die zij in handen hebben.
De VN is verder huiverig over de zogenaamde vrijwilligersbataljons die in Oekraïne actief zijn. De bataljons zouden burgers willekeurig detineren, martelen en kidnappen en worden verdacht van afpersing van zakenlieden bij checkpoints.
Nederland
Het bestand tussen de separatisten en het Oekraïense leger wordt gecontroleerd door de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE). Het ministerie van Buitenlandse Zaken laat weten dat Nederland 1,88 miljoen extra euro aan de OVSE te geven voor de waarnemingsmissie in Oost-Oekraïne.
Daarnaast overweegt het kabinet om vanuit Nederland extra waarnemers voor de missie aan te bieden. Het ministerie liet al eerder weten OVSE-waarnemers ‘van cruciaal belang’ te vinden. De repatriëringsmissie van MH17 kan tot dusver namelijk niet worden afgerond omdat het te gevaarlijk is in de regio.