Het conflict tussen de Verenigde Staten en Noord-Korea vanwege de cyberaanval op Sony is nog niet beslecht. De Amerikanen leggen nieuwe sancties op tegen het streng communistische land.
Het Witte Huis heeft de sancties vrijdag bekendgemaakt. Hoewel Noord-Korea ontkent achter de cyberaanval te zitten, is de FBI ervan overtuigd dat het regime van Kim Jong-un verantwoordelijk is.
Welke sancties treffen de Verenigde Staten?
De sancties zijn gericht tegen het regime, niet tegen de Noord-Koreaanse bevolking, benadrukt het Witte Huis.
- Drie Noord-Koreaanse bedrijven en tien regeringsfunctionarissen worden geraakt door de sancties. De functionarissen, die zich onder meer bezighouden met wapenhandel van Noord-Korea, werken in Rusland, China, Syrië en Iran.
- Amerikanen mogen geen zaken meer doen met de bedrijven en personen.
- Ook mag de groep niet meer naar de Verenigde Staten komen.
- De functionarissen krijgen geen toegang meer tot het Amerikaanse bankenstelsel.
Complot
Sony produceerde de satirische film The Interview, waarin de CIA een complot voorbereidt om Kim Jong-un te vermoorden. Het bedrijf werd gehackt, waardoor bedrijfsgevoelige informatie op straat kwam te liggen en films werden vrijgegeven die nog niet uit waren. Daarna dreigden de hackers een aanslag te plegen als de film in première zou gaan.
Hoewel het Noord-Koreaanse regime ontkent iets te maken te hebben, verwelkomde het land de actie wel. De film werd gezien als een belediging van de grote leider.
Sony besloot eerder de film niet in première te laten gaan, maar heeft dat uiteindelijk toch gedaan. President Obama was een van de velen die kritisch was over het besluit om de film niet uit te geven.
Noord-Koreaanse staatsmedia citeerden een regeringswoordvoerder, die zei dat Obama zich ‘zo roekeloos als een aap in het bos’ gedroeg. De regering veroordeelt het vertonen van de ‘oneerlijke en reactionaire film’ die niet alleen Kim kwetst, maar ook terrorisme in de hand zou werken.