Meer dan 45 jaar werden de Baltische staten bezet door de Sovjet-Unie. Nu eisen Estland, Letland en Litouwen een schadevergoeding van Rusland voor die bezetting.
De ministers van Justitie ondertekenden donderdag een gezamenlijke verklaring in de Letse hoofdstad Riga. De drie landen zullen eerst de totale economische en culturele schade van de bezetting gaan onderzoeken. Daarna willen de Baltische staten schadeloos worden gesteld door Rusland.
Misdaden
In de verklaring staat dat er wereldwijd meer aandacht moet komen voor de ‘misdaden die het totalitaire, repressieve Sovjetregime heeft begaan in de Baltische staten.’
Volgens de Estse minister van Justitie Urmas Reinsalu verloor Estland door massadeportaties ‘een vijfde van haar bevolking’ tijdens de bezetting. ‘De nieuwe generatie heeft de verplichting om te vechten voor een vergoeding van de schade,’ aldus Reinsalu.
Nieuwe spanningen
De Sovjet-Unie bezette de Baltische staten in 1940 nadat de Duitse dictator Adolf Hitler en de Sovjetleider Joseph Stalin een deal sloten. Tussen 1941 en 1944 waren de staten onderdeel van nazi-Duitsland, daarna nam de Sovjet-Unie de macht weer over. Pas na de val van de Muur werden Estland, Letland en Litouwen onafhankelijke naties. In 2004 sloten ze zich aan bij de Europese Unie.
Sinds de Russische annexatie van de Krim is de relatie tussen de Baltische staten en Rusland flink bekoeld. In de drie landen wonen nog altijd grote groepen Russischtaligen, waardoor de situatie op het oog vergelijkbaar is met die in delen van Oekraïne.
De afgelopen maanden voerden de Russen meerdere grootschalige militaire oefeningen uit aan de grenzen met Estland, Letland en Litouwen. Woensdag vroegen negen Centraal- en Oost-Europese landen om hulp van de NAVO om de toenemende ‘Russische agressie‘ tegen te gaan.