Terreur: Amerikanen vertrouwen Clinton meer dan Republikeinen

'AFP'

De Amerikanen hebben het meeste vertrouwen in de Democratische presidentskandidaat Hillary Clinton wat de aanpak van terreur betreft. Ze krijgt meer vertrouwen van de Amerikaanse kiezer dan welke Republikeinse kandidaat dan ook.

Dat blijkt uit een peiling van de Amerikaanse krant The Washington Post en de Amerikaanse zender ABC News, meldt CNN maandag.

Vertrouwen

De peiling werd gehouden tijdens de nasleep van de terreuraanval in Parijs. De peiling stelde Clinton (68) tegenover vijf Republikeinse kandidaten en stelde de kiezer de vraag wie hij meer zou vertrouwen. Opmerkelijk is dat bij de peiling haar Democratische concurrent Bernie Sanders buiten beschouwing werd gelaten. Clinton laat in de peiling alle Republikeinen achter zich.

De Republikein Jeb Bush scoorde daarbij het kleinste verschil, die met 43 procent slechts 3 procent minder vertrouwen kreeg dan Clinton (46 procent). Tegenover de populairste Republikeinse kandidaat Donald Trump, die bekendstaat om zijn harde uitspraken, krijgt Clinton de steun van 50 procent van de Amerikanen, en Trump 42 procent. Het grootste verschil scoorde Clinton bij de Republikeinse nummer twee Ben Carson: hij kreeg slechts 40 procent van de stemmen, en zij 49 procent.

Verder haalde Clinton 47 procent tegenover de Texaanse senator Ted Cruz (40 procent) en tegenover Marco Rubio, senator van Florida 47 procent tegen 43 procent.

Ontevreden

Daarnaast werd de kiezer ook gevraagd naar de tevredenheid met de aanpak van terreurbeweging Islamitische Staat (IS) en terreur in het algemeen van de huidige president Barack Obama. De uitslag daarbij is helder: de kiezer is daar niet tevreden over.

Voor zijn aanpak van IS krijgt Obama steun van slechts 35 procent van de Amerikanen, tegenover 57 procent die zijn beleid afkeurt. Obama blijft erbij dat IS alleen vernietigd kan worden, wanneer er eerst een politieke oplossing komt voor het conflict in Syrië en Assad van het toneel verdwijnt. Bij zijn aanpak van terrorisme in het algemeen zijn de resultaten iets milder: 40 procent van de kiezers steunt het beleid, terwijl 54 procent het afkeurt.