Van de duizenden Syrische migranten die op dit moment door Europa trekken, komt het overgrote deel uit Turkije. Omdat Turkije begonnen is de Syriërs het land uit te jagen, trekken de meesten nu naar Europa.
Dat zeggen vrijwilligers van het Rode Kruis in Wenen tegen Elsevier.nl. In Wenen werden donderdagnacht 1.800 Syrische en Afghaanse migranten opgevangen die waren gestrand aan de Hongaarse grens.
Paradijs
Omdat Oostenrijk het treinverkeer vanuit Hongarije tijdelijk heeft stilgelegd probeerden de migranten te voet hun eindbestemming te bereiken. Oostenrijk bracht ze daarom met bussen naar opvanglocaties in de hoofdstad waar ze de nacht konden doorbrengen. Maar bijna niemand wil in Oostenrijk blijven.
Donderdagochtend werden alle migranten naar het West Bahnhof in Wenen gebracht waar ze de trein naar München namen. ‘Duitsland is voor hen het Paradijs, ze denken dat het geld daar op straat voor het grijpen ligt,’ zegt een Syriër uit Aleppo die zelf een half jaar geleden in Wenen aankwam, en besloot daar te blijven.
In Turkije kreeg hij als ondernemer weinig kansen, in Wenen is het leven stukken beter. Nu helpt hij namens het Rode Kruis lotgenoten die op doorreis zijn.
‘Ik spreek niemand hier die nu direct uit Syrië is gevlucht. De meesten komen uit Turkije. Dat land is korte tijd geleden begonnen met het Syrische vluchtelingen het land uit te pesten. Ze worden allemaal de bootjes naar Griekenland in gedreven.’
Door de velden
De gevolgen daarvan zijn duidelijk zichtbaar in de grensstreek van Hongarije en Oostenrijk. Duizenden migranten lopen hier door de velden richting Wenen. Het treinverkeer komt langzaam weer op gang, en de Oostenrijkse politie heeft bussen ingezet, maar de plekken zijn gering.
Vooral families met jonge kinderen worden nu met bus of trein naar Wenen of verder gebracht. De anderen, hoofdzakelijk jongemannen tussen de 16 en 30 gaan te voet richting Wenen. Op hun IPhone checken ze de route. Tegen beter weten in proberen ze een lift te regelen bij voorbijgangers.
‘Is Düsseldorf nog ver?’ vraagt een Syrische man van in de vijftig. ‘We willen een taxi nemen.’ ‘Komen jullie uit Nederland? Amsterdam? Is het daar leuk wonen? Zijn de mensen daar vriendelijk?’, vraagt de 23-jarige Eddin.
Het Rode Kruis heeft provisorische tentenkampen op de grens geplaatst waar migranten zoals Eddin kunnen uitrusten. ‘Niemand blijft hier langer dan een dag,’ zegt een vrouwelijke agent bij een tussen windmolens verstopt kamp in het grensplaatsje Nickelsdorf. ‘We doen wat we kunnen, maar hiertegen is niet op te treden. Deze mensen willen door, naar Wenen, en dan naar Duitsland. En er is niemand die ze kan tegenhouden.’