Rebellen hebben vorige week honderden burgers afgeslacht in het oliestadje Bentiu in het noorden van Zuid-Sudan. De slachtoffers zijn gedood om hun etnische afkomst.
Dat heeft de VN-missie in het land laten weten. Rebellengroep SPLA in Opposition viel vorige week dinsdag het stadje Bentiu in de provincie Unity aan.
Een lokaal radiostation, Radio Bentiu FM, zou haattoespraken hebben uitgezonden. Een rebel riep op tot seksueel geweld tegen vrouwen van andere stammen.
Moskee
Veel burgers zochten hun toevlucht tot instituties. In het ziekenhuis werden Nuers vermoord, die daar naartoe waren gevlucht omdat zij weigerden zich bij andere Nuers te voegen die de SPLA-strijders toejuichten.
In een moskee werden 200 mensen op basis van hun etnische afkomst gedood, en nog eens 400 gedood. Ook in een kerk werd mensen gevraagd hun etniciteit en nationaliteit prijs te geven en werden slachtoffers op basis van die informatie uitgekozen.
Levensgevaarlijk
Zuid-Sudan is het jongste land ter wereld sinds het zich afscheidde van noorderbuur Sudan. Het is er de laatste maanden levensgevaarlijk.
In december ontspoorde een conflict tussen president Salva Kiir, een Dinka, en zijn ontslagen vicepremier en aartsrivaal Riek Machar, een Nuer. De strijd heeft in enkele maanden tijd aan duizenden mensen het leven gekost. Meer dan een miljoen Zuid-Sudanezen zijn ontheemd geraakt.
Ook op de compound van de Verenigde Naties in de stad Bor, waar ruim 5.000 mensen worden opgevangen, is het niet veilig. Vorige week werden zeker 58 ontheemden daar gedood toen een groep van 300 mannen het kampement binnenviel.