De speurtocht naar de vermiste Boeing 777 van Malaysia Airlines is ‘een nieuwe fase’ ingegaan. Onderdeel hiervan is een uitbreiding van het zoekgebied van de onderzeeër Bluefin 21.
Dit zei de Australische premier Tony Abbott maandag.
De speuracties met vliegtuigen worden opgeschort, omdat de kans volgens Abbott erg klein is dat er na zeven weken nog wrakstukken zullen worden gevonden op het water.
Daarnaast zal de onbemande onderzeeër Bluefin 21, die vooralsnog een relatief klein gebied op de bodem van de Indische Oceaan afspeurde, in een ‘veel groter gebied’ gaan zoeken. Ook zal een krachtiger onderzeeër worden ingezet, die dieper kan duiken en beter sonarapparatuur heeft.
Sporen
De robot Bluefin 21 heeft de afgelopen twee weken gezocht op 4.500 meter diepte, in een straal van 10 kilometer rond het gebied ten westen van Australië. Dit leverde tot nu toe nog niets op.
Toch is er volgens premier Abbott nog steeds ‘een aanzienlijke kans’ dat de satellietsporen van 8 april afkomstig waren van een zwarte doos van een vliegtuig.
Kosten
De nieuwe fase van het onderzoek gaat omgerekend meer dan 43 miljoen euro kosten. Australië zoekt daarom steun bij andere landen om deze kosten te dekken.
Het zal nog enkele weken duren voordat de nieuwe operatie van start gaat. Intussen zoekt de Bluefin 21 verder.
Vlucht MH370 van Malaysia Airlines is sinds 8 maart vermist. Het vliegtuig, met 239 mensen aan boord, zou van Kuala Lumpur naar Peking vliegen maar verdween van de radar boven de Zuid-Chinese Zee.