Terwijl zijn land nog geen week voorzitter van de Europese Unie is, bracht de Hongaarse premier Viktor Orbán een onaangekondigd bezoek aan Moskou. Brussel staat op zijn achterste benen over deze provocatie. Terecht, vindt René van Rijckevorsel.
Niet alleen in Den Haag, ook in de Europese Unie wordt er politieke strijd gevoerd via het sociale medium X. In de ochtend van vrijdag 5 juli liet de Hongaarse premier Viktor Orbán op X weten:
‘Je kunt geen vrede sluiten vanuit een luie stoel in Brussel. Ook al heeft het roulerend EU-voorzitterschap geen mandaat om namens de EU te onderhandelen, we kunnen niet achterover leunen en wachten tot de oorlog op miraculeuze wijze eindigt. Wij zullen dienen als een belangrijk instrument om de eerste stappen naar #vrede te zetten. Dit is waar onze vredesmissie over gaat. #HU24EU.’
Het was de bevestiging van een gerucht dat op donderdag al door Brussel gonsde. Nadat hij eerder deze week Kyiv bezocht, zou Orbán nu op de koffie gaan bij de Russische president Vladimir Poetin.
In Brussel is de woede groot
Dat Orbán naar Moskou gaat, mag niet verbazen. Dat deed hij de laatste jaren wel vaker. Sinds de Russische inval in Oekraïne in 2022 lag hij ook dwars bij alle Europese strafmaatregelen tegen Moskou. En hij verzette zich lang tegen het kandidaat-lidmaatschap van de EU voor Oekraïne.
Maar dat hij indirect in naam van de EU als vredesstichter bij Poetin op bezoek gaat, vinden ze in Brussel niet te verteren. Voor welke ontregelende verrassingen gaat Orbán nog zorgen het komende half jaar?
Commissievoorzitter Ursula von der Leyen sneerde meteen via X:
‘Verzoening zal Poetin niet tegenhouden. Alleen eenheid en vastberadenheid zullen de weg vrijmaken voor een alomvattende, rechtvaardige en duurzame vrede in Oekraïne.’
Ook de voorzitter (tot 1 december dit jaar) van de Europese Raad liet van zich horen. Charles Michel schreef op X:
‘Het roulerend voorzitterschap van de EU heeft geen mandaat om zich namens de EU met Rusland in te laten. De Europese Raad is duidelijk: Rusland is de agressor, Oekraïne het slachtoffer. Er kunnen zich geen discussies over Oekraïne voordoen zonder Oekraïne.’
Als de tijd rijp is om met Poetin te praten, gebeurt dit met de Raadsvoorzitter of de EU-buitenlandchef, en op verzoek van de regeringsleiders, aldus Michel. Het halfjaarlijkse EU-voorzitterschap moet de ministeriële vakraden in goede banen leiden en spreekt niet namens de EU.
Orbán zet EU voor schut
De Republikeinse Amerikaanse presidentskandidaat Donald Trump beweert dat hij in 24 uur de oorlog van Rusland tegen Oekraïne tot een eind zal brengen. Orbán blaast niet zó hoog van de toren, maar denkt wel in een bliksembezoek (hij was onderweg naar Azerbeidzjan) eventjes het pad naar vrede te plaveien.
Niet voor niets kozen de provocateurs in Boedapest als slogan voor hun voorzitterschap het Trumpiaanse ‘Make Europe Great Again’ (MEGA). Viktor Orbán lijdt misschien niet aan een messias-complex, wel aan een Trump-complex. Terwijl hij de EU voorzit, zet hij diezelfde EU voor schut.
Het doet ook denken aan wat in Den Haag gebeurde. Daar zette Orbáns vriend Geert Wilders – ook een bewonderaar van Trump – de door hem aangezochte premier Dick Schoof in zijn eerste debat al te kakken, door hem publiekelijk voor ‘slappe hap’ uit te maken. Met een herhaling op X, uiteraard.