‘EU-onderzoek’ naar discriminatie moslims rammelt aan alle kanten

Ruim de helft van de Nederlandse moslims ervaart discriminatie, volgens een nieuw rapport van de Europese Unie. Met dat rapport is veel mis, schrijft Afshin Ellian.

Het getal regeert. Goochelen met getallen is verslavend. De juiste getallen zijn nuttig. Ze fungeren als basis voor een beleidsterrein. Sommige getallen zijn prettig om te horen. Zoals de getallen omtrent economische groei. En je kunt dan alsnog beslissen om minder te groeien. Andere getallen, zoals het tekort aan huizen, verpleegkundigen of leraren, dwingen ons tot maatregelen.

 Jan van de Beek, wiskundige en immigratiedeskundige, raakte onlangs nog in een getallenoorlog verwikkeld met de Leidse hoogleraar Leo Lucassen. Van de Beek won. De werkelijkheid won van ideologisch gedreven fantasieën.

Naast harde getallen zijn er geconstrueerde getallen – de corebusiness van ideologen. Zie het discriminatierapport Being Muslim in the EU. Experiences of Muslims van de European Union Agency for Fundamental Rights. NRC schreef erover: ‘55 procent van de Nederlandse moslims ervaart discriminatie.’

Dus meer dan 500.000 Nederlanders menen dat ze in Nederland worden gediscrimineerd. Dit is echt geen grapje, het staat in NRC.

Discriminatie is geen opinie

Om de onderzoekers recht te doen, citeer ik hen: ‘Dit rapport is gebaseerd op de ervaringen en meningen van 9.604 respondenten die zichzelf als moslim identificeerden toen hen naar hun godsdienst werd gevraagd in dertien lidstaten: België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Spanje en Zweden.’

Het gaat hier dus om opinieonderzoek. Terwijl discriminatie niets te maken heeft met opinie, maar een feitelijke handeling is: ongerechtvaardigd onderscheid maken op grond van bijvoorbeeld gender, ras, afkomst, seksuele geaardheid, religie of levensovertuiging. De gediscrimineerde wordt met een handeling geconfronteerd.

Het rapport erkent dat bij de lidstaten niet zoveel meldingen van discriminatie (bij de politie of andere instanties) zijn geregistreerd. In de onderzochte landen houden diverse instanties zich bezig met discriminatie. Nederland heeft een Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme, het College voor de Rechten van de Mens, de politie, het Openbaar Ministerie, de rechter, integriteitscommissies, vertrouwenspersonen en volksvertegenwoordigers op diverse niveaus. In de volksvertegenwoordigende organen, vooral in de grote steden, zitten ook nog islamitische partijen. Die 500.000 Nederlanders die menen te zijn gediscrimineerd, wilden zich niet melden bij een van deze organen.

Terwijl na de ‘minder Marokkanen’-uitspraak ruim vijfduizend aangiftes tegen PVV-Kamerlid Geert Wilders werden gedaan. De weg naar een politiebureau is dus niet moeilijk te vinden.

Alle moslims op een hoop gegooid

Er is veel meer mis met dit opinieonderzoek. Volgens het rapport telt de Europese Unie 26 miljoen moslims: ‘de op één na grootste religieuze groep’ in Europa. De onderzoekers rekenen dus 26 miljoen individuele moslims, uit verschillende landen en continenten en met verschillende etnische en linguïstische achtergronden, tot één religieuze megagroep.

Hoe weten ze dit zo zeker? Achten alle mensen van Marokkaanse afkomst zich een deel van een islamitische geloofsgemeenschap met onder meer Iraniërs, Turken en Somaliërs? Nog steeds willen de meeste Turkse moskeegangers niet naar een Marokkaanse moskee. De meeste Iraniërs hebben überhaupt een bloedhekel aan moskeeën.

En de vraag is wat de onderzoekers bedoelen met ‘religieuze’. Moslim zijn staat niet gelijk aan religieus zijn. De overgrote meerderheid van mensen uit islamitische landen heeft niet ervoor gekozen moslim te zijn. ‘Moslim’ verwijst naar het geloof van iemands vader. Meer niet. Er zijn ook atheïstische moslims. En heel veel cultuurmoslims.

Eigenlijk hanteren de schrijvers van het opinierapport het perspectief van Al-Qa’ida en de Iraanse ayatollah Ali Khamenei: er zijn 26 miljoen religieuze moslims, dus 26 miljoen leden van umma wonen in de EU.

De umma die in Brussel in naam van de mensenrechten wordt geconstrueerd, kan alleen door shariageweld nog een umma worden. Verbijsterend dat de EU de opdracht gaf tot de productie van deze antimensenrechtelijke onzin.

Gevoel is gevoel

In dat opiniestuk onderzochten de onderzoekers discriminatie op basis van religie, ras, etnische afkomst en geslacht. Maar ras of etnische afkomst heeft niks te maken met de religie. Discriminatie wegens ras of etnische afkomst gebeurt op grond van uiterlijke kenmerken of afkomst. Zoals een Iraanse Jood die wegens zijn Iraanse afkomst wordt gediscrimineerd, of een Ethiopische katholiek wegens zijn huidskleur. Dan speelt religie geen rol.

De onderzoekvraag wisten ze wel helder af te bakenen:

The report outlines selected findings on respondents’ personal experiences of feeling discriminated against on different grounds in various areas of everyday life, considering multiple and intersecting grounds of discrimination.

O – feeling!

Toen ik laatst met een Nederturk sprak, had ik zo’n feeling dat hij, als Turk, mijn afkomst er een van mafkezen en fanatici beschouwde, en mijn afkomst daarom als lager en ongeschikt achtte voor het beroep van rechter. Hij zei hier trouwens niets over, maar ja, feeling is feeling.

Discriminatie is geen feeling of opinie, maar een daad.