Een op de vijf coassistenten slachtoffer seksuele intimidatie

18 procent van de coassistenten wordt tijdens de opleiding geconfronteerd met seksuele opmerkingen en ander ongewenst seksueel gedrag, blijkt uit onderzoek van het studentenplatform van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij ter bevordering van de Geneeskunde (KNMG).

Een arts die tussen twee patiënten door naaktfoto’s van zijn maîtresse laat zien en een begeleider die de coassistent in de avond thuis uitnodigt om de presentatie nog even ‘door te nemen’. Het onderzoek van het platform onder bijna 1349 studenten toont aan dat coassistenten regelmatig in situaties terechtkomen die in een ziekenhuisserie niet zouden misstaan.

Melding

DIt is geen nieuw fenomeen: in 2006 werd al geconstateerd dat 21 procent van de coassistenten last had van seksuele intimidatie tijdens het werk. Hierop werd geschokt gereageerd en allerlei maatregelen werden in gang gezet om intimidatie bespreekbaar te maken en de meldingsprocedure te versimpelen.

Uit de nieuwe enquête blijkt nu dat de problemen zich nog onverminderd voordoen. Slechts 7 procent van de studenten meldde het incident op de faculteit.

Opmerkingen

Zowel patiënten (59%) als artsen (56%) maken zich schuldig aan de seksuele intimidatie. De ongewenste aandacht bestaat vooral uit opmerkingen over het uiterlijk (67%) en seksueel getinte opmerkingen tijdens medische handelingen (50%). In 28 procent van de gevallen was er sprake van ongewenst lichamelijk contact. Vooral vrouwen worden getroffen door de seksuele intimidatie (94%).

Overlegpunt

Studenten doen vrijwel nooit melding van het probleem, stelt het platform. De Vereniging van Nederlandse Vrouwelijke Artsen (VNVA) heeft sinds vorig jaar een overlegpunt voor seksuele intimidatie, bedoeld om het melden van seksuele intimidatie laagdrempelig te maken. Tot nu toe is door studenten slechts twee keer contact opgenomen met het punt.