Bij de aangekondigde dood van Hafid Bouazza

Hafid Bouazza in 2008. Foto: Maartje Geels/HH.

Oud is hij niet geworden, geleefd heeft hij wel. Schrijver Hafid Bouazza werd slechts 51, maar laat een bijzonder oeuvre achter van uitbundig geschreven boeken en vertalingen, en van stevige islamkritiek. Jammer genoeg hield Bouazza evenveel van drank (en dan vooral absint) en verdovende middelen als van taal en schrijven, dus zijn dood kwam niet onverwacht, schrijft Liesbeth Wytzes.

Hij was al lang ziek, maar niet van plan zijn manier van leven aan te passen. Hafid in de sportschool – daarbij kon je je niets voorstellen.

Zo was hij de laatste jaren veranderd van een beeldschone jongen met prachtige ogen in een dikke, zieke man.

Bouazza distantieerde zich steeds meer van cultuur van zijn jeugd

Bouazza, afkomstig uit Oujda in Marokko, kwam in 1977 naar Nederland. Hij studeerde Arabische taal- en letterkunde, maar distantieerde zich steeds meer en steeds nadrukkelijker van de cultuur van zijn jeugd, en van de islam.

‘Het moet gezegd blijven worden en er moet op gehamerd worden totdat de nagel doordringt en verder verzinkt in het splinterig hout: ondanks alle tegenwerpingen en beschuldigingen van islamofobie en racisme, de kern van de strijd tussen islam en het Westen is de vrouw,’ aldus de schrijver, overigens groot liefhebber van vrouwen, in een artikel in ThePostOnline in 2017.

Bouazza was voor het laatst in Marokko in 1986 en voelde zich door en door Nederlands. In 1996 kreeg hij voor de verhalenbundel De voeten van Abdullah de E. du Perronprijs, hij schreef voor toneel, vertaalde poëzie uit het Arabisch.

Hij had, als hij anders had geleefd, nog veel meer kunnen schrijven, maar anders leven kon hij niet, en hij wilde het ook niet.