In het boek De achilleshiel van de koning schetst AD-journalist Jan Hoedeman een kwart eeuw koningshuis. De dalende populariteit zou volgens de schrijver een wake-up call voor de Oranjes moeten zijn.
Het aantreden van een nieuw staatshoofd gaat altijd met verwachtingen gepaard. Gaat het wat worden of wordt het niets? Zo ook toen Willem-Alexander tien jaar geleden zijn als perfectionist bekendstaande moeder koningin Beatrix opvolgde. Journalist Jan Hoedeman maakt de balans op en schetst een beeld van een Koning die in de gevarenzone dreigt te komen door misstappen die voor het grote publiek volledig waarneembaar zijn. Van jetsetachtig gedrag tot coronablunders.
Hoe anders opereerde Beatrix, die zich in haar 33-jarige ambtstermijn volgens sommige critici te veel met de politiek bemoeide. ‘Het grote verschil is dat de politieke beïnvloeding van koningin Beatrix nauwelijks waarneembaar was, slechts voor een kleine groep in de bovenlaag van politiek Den Haag. Het heeft haar populariteit nauwelijks geweld aangedaan. Alleen haar imago werd lang als koel ervaren,’ concludeert Hoedeman raak.
Hij beschrijft hoe hij als aanstormend koningshuisverslaggever in 2002 het initiatief nam tot de oprichting van de Vereniging Verslaggevers Koninklijk Huis, die gesprekken op de achtergrond voerde met hofdignitarissen en het – toen nog – kroonprinselijke stel. Tegen hen zei hij, als voorzitter van de club: ‘Ik geef onmiddellijk toe dat deze niche in de polder het allerlaatste stukje is dat nog niet was georganiseerd.’ Hilariteit bij het paar, schrijft Hoedeman.
Titel: De achilleshiel van de koning
Uitgever: Atlas Contact
Pagina’s: 184
Prijs: € 19,99
★★★☆☆
Deze contacten tussen journalisten en koningshuis waren zelden vertoond en nuttig voor verslaggevers die deze tak van sport serieus willen beoefenen. Op zijn beurt kreeg het paar inzicht in de werkwijze van de media. Aan beide zijden groeide begrip voor elkaars frustraties. En dat na decennia van vertroebelde betrekkingen door schandalen en onderling onbegrip.
De koning beschikt over humor en zelfrelativering
Hoedeman schrijft soms droog humoristisch en toont dat Willem-Alexander over humor en zelfrelativering beschikt. ‘De lakei komt binnen voor de derde ronde thee. Maar Willem-Alexander kan zich ook voorstellen dat we aan iets anders toe zijn. Resumerend zegt hij dat we het toch met elkaar moeten doen. Ze zijn nu eenmaal een gek instituut in een gek land.’
Op een gegeven moment gingen de paleisdeuren ‘op een kier’. Dat gebeurt na publicaties in 2009 over de vakantievilla van het paar in Mozambique. De Oranjes waren verontwaardigd hierover, maar ten paleize ontbreekt juist een politieke en sociale antenne, ziet Hoedeman.
Het boekstaven van de jonge geschiedenis is lovenswaardig, zeker als de schrijver er zelf ook een rol in heeft. De opzet van het boek is ietwat onhelder. Zo’n beetje alle belevenissen van de koningshuisverslaggever passeren de revue, waardoor de tekst soms opsommerig is. Noodgedwongen komt in koningshuisbeschouwingen veel voorbij wat al zo vaak is vastgelegd. En telkens begint de schrijver over de mate van populariteit van de Oranjes. Die daalt gaandeweg.
Het blazoen van Willem-Alexander kreeg in de loop van de tijd smetten
Willem-Alexander had de laaggespannen verwachtingen bij zijn aantreden als Koning gelogenstraft door, met de stralende Máxima aan zijn zijde, in zijn rol te groeien. Maar het blazoen kreeg in de loop van de tijd smetten. Van perikelen rond vakantiehuizen tot vier incidenten in coronatijd.
Jan Hoedeman (62) is politiek redacteur en doet al een kwart eeuw verslag over het koningshuis – eerst voor de Volkskrant en nu voor het AD.
Hoedeman waarschuwt dat de komende twintig jaar zich geen incidenten meer mogen voordoen, en constateert dat een monarchie niet per se het eeuwige leven heeft. Zeker als ‘het boegbeeld zich te zeer gehinderd voelt door de ketenen van het koninklijke keurslijf,’ schrijft hij, doelend op de kritische wijze waarop het volk de gangen van het Koninklijk Huis volgt. Dat de Oranjes geregeld excuses maken, illustreert trouwens dat ze niet ongevoelig zijn voor kritiek.
‘De trend van de jarenlang dalende peilingen zou een wake up-call voor de koning zelf moeten zijn en voor degenen die worden geacht het instituut overeind te houden. Er komen geen nieuwe monarchieën meer bij, ze sterven wel uit,’ besluit de auteur.