Vormt nationalisme de basis van het WK voetbal?

Vlaggen van deelnemende landen aan het WK voetbal in Qatar. Foto: PA Images / Alamy - Sport

Op de dag dat de finale wordt gespeeld, blikt Philip van Tijn terug op het WK voetbal in Qatar en op de toekomst van het toernooi. Het aantal supporters en vlaggen op de tribune – vaak omgekeerd evenredig met het nationaal inkomen van het betreffende land – verraadt het sterk nationalistische karakter van het wereldkampioenschap. Maar tegelijk drukt mondialisering een steeds grotere stempel.

Philip van Tijn is bestuurder, toezichthouder en adviseur. Hij schrijft wekelijks een blog over de actualiteit.

Als ik dit schrijf, moet de finale van het WK voetbal nog gespeeld worden, maar over een paar uur is het toch echt voorbij. Tot opluchting van velen en tot bedroefdheid bij anderen. Het heeft ons dagelijks leven door omstandigheden minder beheerst dan in andere jaren, want: prestaties van onze jongens beneden verwachting, vele doden bij de bouw van stadions, Qatar land met eigenaardige zeden en gebruiken, zoals een bijrol voor vrouwen en alcohol onder strenge voorwaarden, de winter leent zich aanmerkelijk minder voor enthousiasme dan de zomer.

En ook corruptie, een onuitstaanbare meneer Gianni Infantino die denkt dat hij als voorzitter van de FIFA de wereld regeert en dictatoriale regels van de dwergstaat Qatar (uit te spreken als ‘Katter’ volgens minister Kaag en die kan het weten) die zeggen dat een lhbti-vlag op de tribune misdadig is, terwijl een Palestijnse vlag wordt aangemoedigd.

Ja, goed dat het voorbij is en dat we niet meer over elke scheet lezen die Cristiano Ronaldo of Lionel Messi laat, mannen die meer bewonderd worden naarmate ze meer verdienen. Raar, want 200 miljoen salaris of meer per jaar wordt toegejuicht, terwijl een minister met nog geen 200.000 per jaar al gauw als ‘zakkenvuller’ wordt bestempeld.

Vlaggenzeeën op de tribunes, maar geen rood-wit-blauw

Maar er is méér. Voordat ‘de WK’ begon, zei mijn goede vriendin R. tegen me, dat ze het iets vreselijks vond omdat het kernbegrip van het festijn nationalisme is, terwijl nationalisme de bron van veel ellende is.

Nationalisme

Lees ook deze column terug van Geerten Waling over nationalisme: een omstreden ideaal

Ik heb daar vaak aan gedacht, al kijkend naar wat zich in Doha en omstreken afspeelde. De zeeën van blauw-witte vlaggen bij wedstrijden van Argentinië en van rood-groene als ‘de Leeuwen van de Atlas’ speelden (een flauwekulbenaming die onze wakkere sportredacteuren kritiekloos overnamen voor de Marokkaanse spelers) spraken boekdelen. Nederland speelde in dat opzicht totaal niet mee. Bij Argentinië-Nederland waren naar schatting 50.000 Argentijnen en een handjevol Nederlanders (in het oranje gehuld) en je hoeft geen aardrijkskunde te hebben gestudeerd om te weten dat het vanuit Argentinië een stuk langer (en duurder) vliegen is. Bij de ‘troostfinale’ Marokko-Kroatië was iets dergelijks het geval: bijna geen rood-witte blokjes en zeeën van rood-groen.

Ik kwam tot een vreemde slotsom. De belangrijkste meting van welvaart van een land is het nationaal inkomen per hoofd en dat lijkt vrijwel het tegendeel te zijn van de aantallen vlaggen op de tribune. Want dat bedraagt in Argentinië 500 euro per jaar, in Marokko 3.000 euro en in Nederland 58.000 euro. Je zou natuurlijk ook kunnen veronderstellen dat de verdeling van de welvaart in het vaderland van onze Koningin en die in Marokko schever zijn dan die in Nederland, waardoor nogal wat van de 46 miljoen Argentijnen en 37 miljoen Marokkanen zich reis en langdurig verblijf kunnen veroorloven. (Kroatië telt 4 miljoen inwoners; hun brons is dus platina waard.)

Maar ook dan is de hoofdoorzaak nationalisme of vaderlandsliefde. En dus het omgekeerde: haat jegens degenen die de nationale glorie proberen te voorkomen.

Een Marokkaans fluitconcert zodra een tegenstander de bal heeft. Maar ook de grote Messi, die als een kleine jongen boos op Van Gaal toestapt om hem eens even de les te lezen. Want onze Louis had de Argentijnse trots gekrenkt.

Finale WK 2038: Qatar-Bahrein

Het nationalisme lijkt in de wereld toe te nemen en daarvoor zijn ook verklaringen. Hoe meer globalisering, hoe meer migratie, hoe meer Europese Unie en dergelijke, des te meer de behoefte om tot een overzichtelijke groep te behoren.

Lees ook het omslagverhaal dat EW vlak vóór het WK publiceerde: Tien redenen om gewoon naar het WK in Qatar te kijken

Maar tegelijkertijd zijn de gevolgen van deze ontwikkelingen op het WK zichtbaar. Bij het zingen van het Wilhelmus, voordat de wedstrijd aanvangt, lijkt meer de helft van de Nederlandse ‘basis’ (voor niet-ingewijden: dat zijn de elf spelers met wie de coach begint) de sporen van migratie en/of kolonialisme te vertonen. Bij het Franse elftal en ook andere Europese teams is dat niet anders. Maar omgekeerd is van de elf leeuwen van de Atlas nauwelijks één in de Atlas geboren, maar onder meer in Amsterdam, Utrecht en Leiderdorp, terwijl de wieg van de grote ster Hakim Ziyech in Dronten stond.

Dat heeft natuurlijk veel te maken met de dubbele paspoorten, wat niet alleen in Nederland een dingetje is. De wereldvoetbalbond FIFA interesseert het niet, al heeft iemand tien paspoorten. Maar je moet in elk geval een paspoort hebben van het land waarvoor je uitkomt en als je eenmaal voor land A bent uitgekomen, mag je nooit meer voor land B of C uitkomen.

Dat lijkt streng, maar bij een weinig beginselvaste en dollarhongerige FIFA kan dat morgen anders zijn. De invloed van het geld en die van rijke (olie)landen zal steeds groter worden. Het zal niet lang meer duren voordat de FIFA dergelijke regels laat vallen. Allemaal lastige ballast, als je aan een WK 7 miljard wil overhouden.

En de dag na die beslissing worden mondiale topspelers staatsburgers van Qatar of Saudi-Arabië, zoals nu al bij Ethiopische en Somalische atleten gebeurt. In 2038 staan in de WK-finale Qatar en Bahrein, terwijl niet één van de 22 finalisten in Qatar of Bahrein geboren is.

Ik zal R. vragen wat zij daarvan vindt en of ze denkt dat daarmee het nationalisme is uitgebannen.