Een groot aantal Nederlandse gemeenten krijgt naar eigen zeggen niet genoeg financiële steun voor de inburgering en opvang van migranten. Vooral integratiekosten zijn niet goed genoeg gedekt.
Dat meldt Reporter 2021, van de KRO. Van de 262 gemeenten die reageerden op een vragenlijst, gaf bijna 56 procent aan niet tevreden te zijn met het budget dat beschikbaar wordt gesteld. Het geld dat aan gemeenten wordt gegeven, gaat vooral naar de opvang van asielzoekers, terwijl meer geld nodig zou zijn voor integratie.
Dure cursussen
Aanhoudende problemen met inburgeringscursus Nederland
Vooral de inburgeringscursussen kosten geld. Tolkendiensten moeten worden ingezet, en gemeenten maken gebruik van jeugdhulp. Het toezicht op de inburgeringscursussen blijkt al jaren veel te wensen over te laten, ondanks het feit dat het kabinet miljoenen investeert. Voor 2016 werd 400 miljoen beschikbaar gesteld voor de opvang van asielzoekers.
Zo wordt er niet of nauwelijks gecontroleerd of de migranten die meedoen aan de inburgeringscursus wel goed Nederlands leren. Daarnaast stelt het keurmerk ‘Blik op Werk’, dat toezicht houdt op de kwaliteit van de cursussen weinig voor.
Lokbureaus
Sinds 1 januari 2013 zijn asielzoekers zelf verantwoordelijk voor de voorbereiding op het verplichte inburgeringsexamen. Ze mogen daarvoor tot 10.000 euro lenen bij DUO, wat omgezet wordt in een gift als ze binnen drie jaar het examen halen.
Door die regeling zijn statushouders een zeer interessante groep voor de onderwijsbranche: veel aanbieders lokken asielzoekers met cadeaus als laptops en tablets. Ook laten sommige commerciële bureaus alleen statushouders met een hoog opleidingsniveau toe, omdat zij sneller het examen kunnen halen.