Economische krimp is dit jaar niet te voorkomen. Dat concludeert het Centraal Planbureau op basis van de laatste berekeningen van de gevolgen van het coronavirus voor de Nederlandse economie. In het somberste scenario kan de economie tot wel 7,7 procent krimpen.
Dat de economie dit jaar gaat krimpen, staat volgens de rekenmeesters van het CPB vast. In het tweede kwartaal van dit jaar is de terugval waarschijnlijk zelfs 10 tot 15 procent. Het CPB schetst vier scenario’s voor het herstel van de economie.
Erger dan kredietcrisis
In drie van de vier berekeningen is de economische neergang erger dan in de kredietcrisis van 2008. In het gunstigste scenario krimpt het nationaal inkomen dit jaar met 1,2 procent en stijgt de werkloosheid naar 4 procent. Afgelopen januari was de werkloosheid in Nederland nog 3 procent.
Volgens dit optimistische scenario duren de beperkende maatregelen, zoals het verbod van grote evenementen, drie maanden. Na de zomer zou de economie dan weer kunnen groeien. Maar het verlies wordt dit jaar niet meer ingelopen, dat gebeurt pas in 2021.
In de sombere scenario’s wordt ervan uitgegaan dat de maatregelen tegen de coronapandemie langer dan zes maanden duren. De gevolgen zijn in dat geval groot. Een recessie zal dan tot en met 2021 duren en de werkloosheid kan oplopen naar 8,4 tot 9,4 procent.
Directe impact op arbeidsmarkt
Volgens het CPB wordt de arbeidsmarkt direct geraakt door de crisis omdat mensen door de maatregelen niet aan het werk kunnen, of omdat ze thuis werk en zorg moeten combineren. Dat is een groot verschil met eerdere economische recessies, toen de arbeidsmarkt pas na verloop van tijd werd geraakt.
Het CPB houdt wel een slag om de arm. Zo blijft onduidelijk welk van de vier scenario’s het meest waarschijnlijk is. De economische schade van het coronavirus is lastig in te schatten. Ook is nog niet duidelijk hoelang het coronavirus de samenleving zal beïnvloeden.
De impact van het coronavirus in Nederland is ook afhankelijk van de situatie in het buitenland. De Nederlandse economie is voor een belangrijk deel gericht op de export en heeft baat bij een goed draaiende wereldeconomie.
Steunmaatregelen
Woensdag debatteerde de Tweede Kamer met minister van Financiën Wopke Hoekstra (CDA) over de steunmaatregelen van het kabinet. Komend kwartaal trekt het kabinet 10 tot 20 miljard euro uit om ondernemers, werknemers en zzp’ers te steunen.
Dat gebeurt onder meer met bijstandsregelingen voor zzp’ers en met werktijdverkorting voor bedrijven. De overheid helpt bedrijven dan het salaris te betalen als de omzet geheel of gedeeltelijk wegvalt.
Voor de steunmaatregelen moet de rijksoverheid een bedrag van tussen de 45 en 65 miljard lenen. Een groot deel daarvan (35 tot 45 miljard euro) is nodig om uitgestelde belastingbetalingen op te vangen.
Door de crisis krijgen de overheidsfinanciën een tik, maar ze komen volgens het CPB niet in de gevarenzone. In het meest negatieve scenario loopt de staatsschuld op tot bijna 74 procent van het nationaal inkomen.