Het aantal werklozen in Nederland daalde vorige maand naar 277.000, dat is 2,9 procent van de beroepsbevolking. Daarmee is het werkloosheidspercentage terug op het niveau van februari 2020, net voordat de coronacrisis uitbrak.
Dat maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag bekend. Om het cijfer internationaal te kunnen vergelijken, gebruikt het CBS de berekeningsmethode van de internationale arbeidsorganisatie ILO. Personen tussen de 15 en 75 worden als werkloos geregistreerd als ze geen betaald werk hebben, maar daar wel naar zoeken en direct beschikbaar zijn.
Coronacrisis was onderbreking dalende trend
Tijdens de coronacrisis liep de werkloosheid wel degelijk op, met als hoogste punt 4,6 procent van de beroepsbevolking in augustus vorig jaar. Daarna zette opnieuw een daling in. De pandemie was een onderbreking van een trendmatige daling van de werkloosheid sinds begin 2014, nadat de werkloosheid piekte op meer dan 7 procent.
Lees terug uit februari: Werkloosheid stijgt hard binnen de EU
In dat jaar kwam Nederland uit een reeks crisisjaren. Eerst waaide de kredietcrisis over uit Verenigde Staten. Amerikaanse hypothecaire leningen van beroerde kwaliteit waren herverpakt en wereldwijd met een hoog kwaliteitslabel verkocht – wat goed ging totdat de Amerikaanse huizenmarkt instortte. Aangezien niemand wist waar de rommel precies zat, vertrouwden banken elkaar niet meer en was de kredietcrisis geboren. Mede doordat banken moesten worden gered door overheden liep de ‘Grote Financiële Crisis’ in de eurozone naadloos over in een schuldencrisis, waarbij de zwakke eurolanden werden gestut.
De overheid als vangnet
De problemen op de vastgoed- en financiële markten drukten ook de reële economie en daarmee de arbeidsmarkt. De recessie tijdens de coronacrisis was ook scherp: de Nederlandse economie kromp vorig jaar met 3,7 procent, vergelijkbaar met de zwaarste dip tijdens de kredietcrisis in 2009. Dat de werkloosheid tijdens de pandemie toch relatief laag is gebleven, heeft alles te maken met de steun die de overheid verleende aan bedrijven die leden onder de lockdown.
Abonnee worden?Dagelijks op de hoogte blijven van de laatste actualiteiten, achtergronden en commentaren van onze redactie? Bekijk ons aanbod en krijg onbeperkt toegang tot alle digitale artikelen en edities van EW.
Er zijn allerlei regelingen opgetuigd, onder meer loonkostensubsidies voor bedrijven met zware omzetverliezen. Personeel kon zo worden doorbetaald, waardoor de economische krimp niet één op één terug te vinden was in de werkloosheidsstatistieken. Daarvoor tastte de staat diep in de buidel. De kosten van de crisismaatregelen in de periode 2020-2022 worden geschat op meer dan 80 miljard euro.
Zeker de Nederlandse overheid kan zich deze uitgaven permitteren. Voorafgaand aan de coronacrisis was de staatsschuld gezakt tot onder de 50 procent van het nationaal inkomen (ruim onder de euronorm van 60 procent) en de staat leent gratis. De grootste schade zat bij zzp’ers en flexwerkers, de in omvang toegenomen ‘flexibele schil’ waar het eerst in wordt gesneden.
Zo erg als in de jaren dertig is het nooit meer geweest
Overigens zijn de werkloosheidspieken deze eeuw sowieso bescheiden. In 1935, in de nasleep van de Grote Depressie die begon met de beurscrash in 1929, zat bijna eenvijfde van de beroepsbevolking zonder werk. Dat niveau is nooit meer gehaald. Het hoogste naoorlogse werkloosheidspercentage bedroeg ruim 10 procent, in 1983 en 1984.
Terug naar oktober 2021. De werkloosheid kan natuurlijk ook dalen doordat werklozen zich helemaal terugtrekken van de arbeidsmarkt en zo niet meer tot de beroepsbevolking worden gerekend. In de afgelopen drie maanden daalde de werkloosheid ‘uitsluitend’ doordat meer werklozen een baan vonden dan er werkenden werkloos werden, zo meldt het CBS. De beroepsbevolking groeide juist, met 12.000 naar 9,4 miljoen personen.
Meer van Marijn Jongsma: Inflatie op hoogste punt in bijna twintig jaar, energieprijzen stuwende factor
Alleen tijdens de naoorlogse wederopbouwjaren was de Nederlandse arbeidsmarkt nog krapper. De vraag is of de stijgende inflatie in deze situatie zal leiden tot hogere looneisen, en mogelijk zelfs tot een loon-prijsspiraal zoals die zich in de jaren zestig voordeed. Normaliter zou de Europese Centrale Bank met renteverhogingen ingrijpen om de economie af te koelen. In Frankfurt wordt de oplopende inflatie echter als tijdelijk gezien.
Elders in de eurozone is de werkloosheid hoger
Complicerende factor: niet overal in de eurozone is de arbeidsmarkt even krap. In september bedroeg het (seizoensgecorrigeerde) werkloosheidspercentage in de eurozone 7,4 procent, zo berekende het Europees statistisch bureau Eurostat eerder deze maand. Een behoorlijke daling ten opzichte van een jaar eerder (8,6 procent), maar meer dan het dubbele van het Nederlandse cijfer.
In Duitsland is de werkloosheid ook laag, maar ook daar staan relatief meer mensen langs de kant dan in Nederland. Koplopers in negatieve zin zijn Spanje en Griekenland, waar rond de 14 procent van de beroepsbevolking zonder baan zit.