Inmiddels hebben de veertig grootste familiebedrijven van Nederland een omzet van meer dan 1 miljard dollar. Dat blijkt uit het onderzoek EW Top 200 Familiebedrijven.
Hoe komt de EW Top 200 Familiebedrijven tot stand?
In de Top 200 Familiebedrijven staan de grootste familiebedrijven van Nederland. EW rangschikt de familiebedrijven op basis van omzet.
De informatie die EW gebruikt om de lijst tot stand te brengen, komt uit diverse databases en bronnen. Zoals de Kamer van Koophandel, jaarverslagen en websites van bedrijven. Ook vraagt EW waar nodig aanvullende informatie bij bedrijven zelf.
Voor de definitie van familiebedrijf sluit EW aan bij die van branchevereniging European Family Businesses. Die stelt dat de meerderheid van de zeggenschap moet liggen bij de (familie van) natuurlijke personen die het bedrijf hebben opgericht, of overgenomen. Als een bedrijf beursgenoteerd is, geldt een drempel van 25 procent van de aandelen.
Ook moet ten minste één familielid betrokken zijn bij het bestuur of toezicht op het bedrijf. Daarom ontbreekt bijvoorbeeld schoonmaakbedrijf CSU op de lijst, waar de familie bewust op afstand blijft.
EW voegt daaraan twee criteria toe. Er moet ten minste een tweede generatie actief zijn in het bedrijf (een oprichter is niet genoeg). Ook vallen bedrijven af die louter investeren, waaronder investeerder HAL van de familie Van der Vorm.
Van bedrijven op de lijst worden onder meer omzet, winst, aantal werknemers en de oprichtingsdatum in kaart gebracht, evenals de aandeelhoudende familie(s). EW heeft de lijst in december 2023 samengesteld. Wijzigingen die daarna plaatshadden – neem een overname – zijn niet meegenomen.
Om te worden opgenomen in de Top 200 moesten bedrijven in december 2023 in elk geval hun omzet over 2021 bekend hebben gemaakt. Bij de twintig grootste bedrijven in de lijst heeft EW in april 2024 nog gekeken of er toen omzetcijfers uit 2023 bekend waren. Was dat het geval, dan zijn die cijfers gebruikt. In de deellijsten (vanaf pagina 93) zijn die cijfers niet aangepast.