Terwijl ze hard werden geraakt door de eurocrisis, behoren de voormalige probleemlanden in Zuid-Europa nu juist tot de snelste groeiers. Betekent dit dat hun schuldenprobleem weer onder controle is?
In de Europese Unie (EU) is een opmerkelijke omkering van de economische omstandigheden te zien. Tijdens de eurocrisis in de eerste jaren van het vorige decennium waren de zuidelijke lidstaten de zwakke broeders. Nu groeien deze landen juist sneller dan het Europese gemiddelde, terwijl grootmacht Duitsland hapert.
Griekenland haalt Duitsland in
De Duitse economie was in het eerste kwartaal van dit jaar 0,2 procent kleiner dan een jaar eerder. De Spaanse juist 2,4 procent groter. En ook Italië heeft met 0,7 procent groei de Duitsers ingehaald. ‘Zelfs’ de Griekse economie groeit.
Zijn de onderliggende problemen in het Zuiden dus opgelost? Die problemen begonnen toen de Amerikaanse bankencrisis van 2008 in de jaren daarna oversloeg naar Europa. Overheden met hoge schulden zoals Griekenland en Spanje kwamen in de problemen. Vijf landen werden ‘gered’ door een allegaartje aan internationale instellingen, vaak samen optrekkend als ‘Trojka’: de Europese Commissie, het Internationaal Monetair Fonds en de Europese Centrale Bank (ECB).
Zijn de schulden nu lager?
Na die reddingsacties en de verlaging van de rente door de ECB, kwamen deze landen in rustiger vaarwater. Vele hebben de rust gebruikt om hun schulden draaglijker te maken. Koploper lijkt Ierland, waarvan de schuld spectaculair daalde tot 43,7 procent. Maar dat komt vooral doordat de economie op papier veel groter lijkt geworden nadat multinationals papieren bezittingen naar het eiland verplaatsten.
De Griekse schuld daalt de laatste jaren rap, maar blijft hoog, met 161,9 procent van het bruto binnenlands product, zoals blijkt uit cijfers van Eurostat. Ook Portugal en Cyprus staan er nu beter voor, met respectievelijk 99,1 en 77,3 procent schuld. Alleen in Spanje is de schuld nu hoger dan tien jaar eerder: 107,7 procent.
Hoe deden de grootste economieën het?
Ook ‘niet geredde’ landen als Frankrijk en Italië lieten de afgelopen tien jaar hun schulden oplopen. Frankrijk, na Duitsland de grootste economie in de EU, heeft nu 110,6 procent schuld. Italië, de derde economie van de eurozone, heeft 137,3 procent schuld. Duitsland mag dan wel te kampen hebben met economische krimp, de schulden hebben zij wel onder controle. De overheidsschulden daalden tot 63,6 procent van het bbp.
En Nederland? Ook dat bracht de schuldenlast terug, tot 46,5 procent.