Dat Griekenland niet in staat is om voor 5 juni aan de Europese betalingsverplichtingen te voldoen, is wel duidelijk. Beleggers wachten een Grieks faillissement liever niet af.
Het is maandag rustig op de beurzen vanwege Tweede Pinksterdag, maar toch werd vrijdag al duidelijk dat beleggers op de valutamarkt hun euro’s liever kwijt dan rijk zijn.
Euro kwijt
Bij het slot van de Europese beurzen noteerde de euro op 1,0980 dollar, tegen 1,1026 dollar. Beleggers ruilen de euro liever in voor een munt die niet aan schommelingen onderhevig is zoals de Zwitserse Frank.
Reden voor de recente druk op de euro is de aankomende deadline van Griekenland dat voor 5 juni een nieuwe aflossing moet voldoen aan het IMF. De Griekse minister Nikos Voutsis van Binnenlandse Zaken zei dit Pinksterweekend dat Griekenland niet genoeg geld in kas heeft om aan de betalingsverplichtingen te voldoen. ‘De vier termijnen voor het IMF in juni zijn 1,6 miljard euro, dit geld wordt niet overgemaakt en er is geen geld om over te maken,’ zei Voutsis op de Griekse televisie. De termijnen zijn bedoeld voor rente en aflossingen.
Bankroet
In principe komt het erop neer dat Griekenland op 5 juni officieel in gebreke kan worden gesteld door de schuldeisers. Als de Grieken niet akkoord gaan met een nieuwe lening, waar harde eisen aan verbonden zijn, dreigt een faillissement. Maar nieuwe strenge verplichtingen zullen de Grieken niet meer aangaan, zo beloofde regeringspartij Syriza plechtig tijdens de verkiezingen.
Vermoedelijk zal Europa voor 5 juni weer een tijdelijke regeling treffen met Griekenland waardoor het land niet in gebreke zal worden gesteld. Het feitelijke probleem wordt hier echter alleen maar mee vooruit geschoven. Steeds meer beleggers zijn het gebrek aan daadkracht hoe dan ook zat en kiezen andere valuta voor hun geld.