Monique Parijs (52) is zelfstandig trouwambtenaar voor huwelijken op bijzondere locaties.
‘Twee jaar lang was ik trouwambtenaar in Den Bosch. Maar bij veel huwelijken achter elkaar lijkt het soms massaproductie. Ik vind dat een bruidspaar zelf moet kunnen kiezen waar het wil trouwen en of daar speciale rituelen bij komen kijken. Al snel bleek daar veel vraag naar en inmiddels ben ik al acht jaar zelfstandig trouwambtenaar op bijzondere locaties, ook in het buitenland.
‘Voor een huwelijksvoltrekking reken ik 895 euro. Voor de ceremonie praat ik met het paar, maar ook met vrienden en familie. Zij vertellen dan dingen die ze normaal niet tegen elkaar zeggen. Dat maakt het extra persoonlijk.
‘Als een stel in het buitenland wil trouwen, komen er extra kosten bij, zoals voor het hotel of appartement. Het is niet iets waar je rijk van wordt. Dat hoeft van mij ook niet. Ik keer mezelf 1.200 euro per maand uit. Mijn man heeft een vaste baan.’
Toga
‘Ik ben niet moeilijk met geld uitgeven, maar als ik niets nodig heb, dan koop ik ook niets. Mijn man en ik maken graag verre reizen en daar geven we best wat aan uit, zo’n 5.000 euro voor een reis. Voor mijn werk heb ik niet veel nodig: een goede auto, een laptop en nette kleding. De auto kochten we onlangs voor 25.000 euro.
‘Toen ik net begon, heb ik een bijzondere toga laten maken, die er net wat anders uitziet dan een standaardtoga. Deze heeft mij 400 euro gekost. Aan kleding geef ik ongeveer 200 euro per maand uit. Ik houd van merkkleding, maar die koop ik wel in de uitverkoop. Het is belangrijk dat een trouwambtenaar er verzorgd uitziet. Daarom ga ik eens in de zeven weken naar de kapper. Dat kost 70 tot 80 euro.
‘De meeste stellen trouwen in het voorjaar en de zomer. In de wintermaanden doe ik daarom vrijwilligerswerk. Zo help ik activiteiten in de stad te organiseren. Ik ben ook politiek actief als voorzitter van de Stadspartij Knillis. Verder organiseer ik voor de gemeente Den Bosch een cursus voor raadsleden en ambtenaren die bestaat uit tien lessen over de stad. Zo ben ik ook in het najaar lekker bezig.’
Elsevier nummer 26, 27 juni 2015